KC1: Determinanten-gedrag fysieke gezondheid
Determinanten: factoren die de gezondheid/gezondheidsdrag beïnvloeden
(voorspellers)
Bij longitudinaal onderzoek: determinant
Bij cross-sectioneel onderzoek: collerate
Niveau 1: determinanten fysieke (on)gezondheid
Persoonsgebonden determinanten
Leefstijl & gedrag determinanten
Omgevingsdeterminanten
Niveau 2: determinanten van gedrag
Persoonlijke determinanten
Omgevingsdeterminanten
In dit blok: risicofactoren/gedragsoorzaken
In dit blok: determinanten van gedrag (deze kennisclip)
Hoe ontstaat gedrag?
Klassieke conditionering
Operante conditionering
Observationeel leren
Klassieke conditionering: gedrag is aangeleerd en ontstaat door koppeling
van ongeconditioneerde stimulus met geconditioneerde stimulus
experiment met kwijlende hond
Operante conditionering: effect van gedrag bepaalt of het versterkt of
verzwakt wordt
aan hendel trekken en eten krijgen (versterkt) en aan hendel trekken en
gestraft worden (verzwakt)
Observationeel leren: je leert door gedrag van anderen te observeren
je ziet iemand hand verbranden aan pan en dan doe je dat dus zelf niet
Gedrag
Ontstaat als reactie op stimulus
Beloning belangrijk: beloond (zien) worden
Onbewust/ automatisch vs. Gecontroleerd/ weloverwogen
Gewoonte = automatisch gedrag
Gedragsverandering = verandering determinanten
Identificeren van determinanten
, Welk gedrag?
Determinanten van gewenst gedrag of ongewenst gedrag?
Wiens gedrag, individu of overheid?
Bewustzijn van dit ongezonde gedrag?
Indeling van determinanten
1. Proximaal, distaal, ultiem
2. Predisposing, reinforcing, enabling
3. Biologisch, omgeving, psychologisch
Verschillende invloed op gedrag:
Proximale determinanten: directe inbloed
Distale determinanten: meer indirect invloed (beleid gemeente,
school)
Ultieme determinanten: indirecte invloed (accijns)
Omgevingsfactoren zijn vaak proximaal, maar gedragsverklarings
modellen zijn omgevingsinvloeden distaal of ultiem
Predisoping factors: psychologische en cognitieve factoren gerelateerd aan
de motivatie van een individu of groep
Reinforcing factors: factoren die het gevolg zijn van een gedrag en
tegelijkertijd een continue beloning vormen voor het aanhouden van dit
gedrag (support, gewichtsverlies)
Enabling factors: factoren die het gedrag faciliteren (bepaalde
vaardigheden om sport te uitoefenen zal je helpen om deze sport lang uit
te voeren, sportschool om de hoek en ver weg fietsen)
Biologisch: leeftijd, geslacht, genetische aanleg
Omgeving: intentie, attitude, bewustzijn, eigen effectiviteitsverwachting,
geanticipeerde spijt en morele verplichting, risico-inschatting, subjectieve
norm/ervaren sociale invloed, kennis
Intentie:
Mate waarin iemand van plan is zijn gedrag te veranderen
Is vaak een resultante van andere proximale en distale
determinanten
Is een belangrijke voorwaarde voor gedragsverandering maar geen
garantie (bijvoorbeeld goede voornemens)
Attitude
Houding van mensen tegenover onderwerp
Geeft richting aan maar is niet gelijk aan gedrag
Mede gevormd door leerervaringen
Gebaseerd op opvattingen/beliefs
o Beliefs zijn onder te verdelen in voor- en nadelen
o Onderscheid tussen voor- en nadelen op korte en lange termijn
o Belangrijkheid van de voor- en nadelen speelt een rol bij het
uitvoeren van gedrag