Experimenteel I
Causale verbanden interessant:
- Begrijpen hoe (sociale) werkelijkheid in elkaar zit
- Beinvloeden van die werkelijkheid
Voorwaarden causaliteit
1. Covariance relatie
2. Temporal precedence voorafgaan
3. Internal validity alternatieve verklaringen
Middels gerandomiseerd experiment voldoen aan drie voorwaarden, onderzoeksopzet waarbij:
- Door randomisatie de groepen hetzelfde worden verondersteld
- Onderzoeker één variabele manipuleert (varieert)
- Onderzoeker effect daarvan op andere variabele meet
(1) Covariance
Onafhankelijke variabele = gemanipuleerde variabele
Afhankelijke variabele = gemeten variabele (uitkomt variabele)
Sprake van samenhang als er verschil zit in de uitkomsten van de twee experimentele groepen
(2) Temporal precedence
Onderzoeker zorgt ervoor dat oorzaak voorafgaat aan het gevolg.
Door 1. manipulatie uit te voeren voorafgaand aan 2. meting van de afhankelijke variabele
(3) Interne validiteit
Bedreigingen van interne validiteit:
- Design confounds: was gemanipuleerde variabele wel enige verschil in behandeling van de
twee groepen
o Willekeurig of systematisch verschil tussen de groepen?
- Selectie effect: waren de twee groepen wel vergelijkbaar bij aanvang van het experiment?
o Met betrekking tot afhankelijke en/of andere onafhankelijke variabelen?
Hoe werden de groepen ingedeeld?
- Natuurlijke indeling / eigen keuze deelnemers?
- Op grond van bepaalde persoonskenmerken?
- Op basis van willekeur toegewezen? = random toewijzing
Doel willekeurige toewijzing is ervoor zorgen dat:
- Gemiddelde scores en spreiding in scores
- Op alle variabelene (gemeten & ongemeten)
- Bij aanvang vergelijkbaar zijn tussen groepen
Probleem kleine steekproef: groepen niet even groot & relevante kenmerken deelnemers niet
gelijkmatig verdeeld over de condities > oplossing is complexere randomisatie methoden.
Soms gaat randomisatie mis door contaminatie: fouten van deelnemers en/of onderzoeker