Kern van arbeidsrecht samenvatting
Hoofdstuk 1 t/m 1.5.2 en 1.5.6
Titel 7.10 BW is de bijzondere titel inzake de arbeidsovereenkomst van het
BW. Dit gaat over verlof ziekte etc.
Sui generis: een overeenkomst ‘van eigen aard’, waarvoor geen bijzondere
wet en regelgeving bestaat -> geen zzp en geen arbeidsovereenkomst.
Voorwaarden arbeidsovereenkomst (volgens art. 7:610 BW):
1. Verplichting tot het verrichten van arbeid; (aansturing van
werkgever)
Beurspromovendi-arrest (tegenprestatie voor tegenpartij)
2. Verplichting tot het betalen van loon;
Huize bethesta-arrest (kost en inwoning is ook loon)
3. Gedurende een zekere tijd;
4. In dienst van de andere partij.
Formeel gezagscriterium: heeft betrekking op de vraag of de
werkrelatie een ‘normale’ organisatorische inbedding heeft gekregen. –>
inrichting van werktijden, vakanties, beloningen etc.
Materieel gezagscriterium: ziet toe op de inhoud van het werk zelf.
Stappenplan kwalificatie arbeidsovereenkomst: toetsingskader
voor de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Stap 1: uitlegfase
Welke rechten en verplichtingen zijn partijen overeengekomen.
Stap 2: kwalificatiefase
Kwalificeren de afspraken als arbeidsovereenkomst volgens het
haviltex arrest? (Feitelijke uitvoering/uitlegfase)
Holistische weging: in principe wegen alle omstandigheden even zwaar,
tenzij de rechter anders bepaalt.
Voor een zzp’ er is de overeenkomst voor werkzaamheden buiten
dienstbetrekking geregeld in art. 7:400 BW (titel 7.7 BW).
Als de opdracht wordt verleend met het oog op een bepaald persoon, is
deze persoon gehouden de werkzaamheden zelf in het kader van de
uitvoering van de opdracht te verrichten art. 7:404 BW.
Wat is het verschil tussen aanneming van werk en overeenkomst
van opdracht?
De overeenkomst van aanneming van werk is geregeld in art. 7:750 BW.
Het verschil tussen deze twee overeenkomsten is dat bij aanneming van
werk de aannemer zich jegens de aanbesteder verbindt om een bepaald
werk van stoffelijke aard tot stand te brengen.
Hoofdstuk 2 t/m 2.5.2
, Twee typen oproepkrachten:
1. De arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht (afgekort
als arbeidsovereenkomst mup);
2. En de voorovereenkomst.
Arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht: het houdt in
dat partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd
sluiten, maar de te leveren prestatie uitstellen tot het moment dat de
werknemer door de werkgever wordt opgeroepen. Hierbij is de
oproepkracht in beginsel verplicht aan een oproep gehoor te geven (7:610,
7:628a lid 9 BW).
Voorovereenkomst: regelt condities zoals loon, functie, locatie etc. voor
het geval dat er een arbeidsovereenkomst ontstaat in de toekomst. De
voorovereenkomst zelf is geen arbeidsovereenkomst en valt ook niet
onder de wettelijke definitie van een arbeidsovereenkomst! Telkens als de
werkgever de oproepkracht oproept en deze hieraan gehoor geeft (wat
niet verplicht is), ontstaat een arbeidsovereenkomst onder de in de
voorovereenkomst neergelegde condities.
Er is sprake van een oproepovereenkomst als:
1. De omvang van de te verrichten arbeid niet is vastgesteld als één
aantal uren per tijdseenheid van:
a. Ten hoogste een maand, of;
b. Ten hoogste een jaar en het recht op loon van de werknemer
gelijkmatig is verspreid over die tijdseenheid; of
2. De werknemer op grond van art. 7:628 lid 5 of lid 7 BW, of artikel
7:691 lid 7 BW, geen recht heeft op het naar tijdruimte vastgestelde
loon, indien hij de overeengekomen arbeid niet verricht.
3. Kortom, indien geen sprake is van deze gevallen, is er wel sprake
van een oproepovereenkomst.
Beschermingsregels oproepkrachten:
1. Gelimiteerde beperking van loondoorbetaling.
2. Rechtsvermoeden arbeidsomvang.
3. Minimumbetaling bij oproep en gelijke beloning.
4. Oproeptermijn en wijziging oproep.
5. Aanbod voor vaste arbeidsomvang na twaalf maanden.
6. Korte opzegtermijn nulurencontracten.
7. Extra bescherming voor mup met onvoorspelbaar arbeidspatroon.
Uitzendovereenkomst: in juridisch opzicht is de uitzendovereenkomst
een bijzondere overeenkomst, een driehoeksverhouding -> 7:690 BW. Wil
er sprake zijn van een ‘uitzending’ moet de werknemer onder leiding en
toezicht worden gesteld (gezagsuitoefening).
Een uitzendkracht geniet echter niet volledig dezelfde bescherming
als een reguliere werknemer. De uitzendkracht kan zijn baan verliezen,
zodra de inlener de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht beëindigt.
Op grond van de wet mag de inlener dit doen om ‘welke reden dan ook’.
Hoofdstuk 1 t/m 1.5.2 en 1.5.6
Titel 7.10 BW is de bijzondere titel inzake de arbeidsovereenkomst van het
BW. Dit gaat over verlof ziekte etc.
Sui generis: een overeenkomst ‘van eigen aard’, waarvoor geen bijzondere
wet en regelgeving bestaat -> geen zzp en geen arbeidsovereenkomst.
Voorwaarden arbeidsovereenkomst (volgens art. 7:610 BW):
1. Verplichting tot het verrichten van arbeid; (aansturing van
werkgever)
Beurspromovendi-arrest (tegenprestatie voor tegenpartij)
2. Verplichting tot het betalen van loon;
Huize bethesta-arrest (kost en inwoning is ook loon)
3. Gedurende een zekere tijd;
4. In dienst van de andere partij.
Formeel gezagscriterium: heeft betrekking op de vraag of de
werkrelatie een ‘normale’ organisatorische inbedding heeft gekregen. –>
inrichting van werktijden, vakanties, beloningen etc.
Materieel gezagscriterium: ziet toe op de inhoud van het werk zelf.
Stappenplan kwalificatie arbeidsovereenkomst: toetsingskader
voor de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Stap 1: uitlegfase
Welke rechten en verplichtingen zijn partijen overeengekomen.
Stap 2: kwalificatiefase
Kwalificeren de afspraken als arbeidsovereenkomst volgens het
haviltex arrest? (Feitelijke uitvoering/uitlegfase)
Holistische weging: in principe wegen alle omstandigheden even zwaar,
tenzij de rechter anders bepaalt.
Voor een zzp’ er is de overeenkomst voor werkzaamheden buiten
dienstbetrekking geregeld in art. 7:400 BW (titel 7.7 BW).
Als de opdracht wordt verleend met het oog op een bepaald persoon, is
deze persoon gehouden de werkzaamheden zelf in het kader van de
uitvoering van de opdracht te verrichten art. 7:404 BW.
Wat is het verschil tussen aanneming van werk en overeenkomst
van opdracht?
De overeenkomst van aanneming van werk is geregeld in art. 7:750 BW.
Het verschil tussen deze twee overeenkomsten is dat bij aanneming van
werk de aannemer zich jegens de aanbesteder verbindt om een bepaald
werk van stoffelijke aard tot stand te brengen.
Hoofdstuk 2 t/m 2.5.2
, Twee typen oproepkrachten:
1. De arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht (afgekort
als arbeidsovereenkomst mup);
2. En de voorovereenkomst.
Arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht: het houdt in
dat partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd
sluiten, maar de te leveren prestatie uitstellen tot het moment dat de
werknemer door de werkgever wordt opgeroepen. Hierbij is de
oproepkracht in beginsel verplicht aan een oproep gehoor te geven (7:610,
7:628a lid 9 BW).
Voorovereenkomst: regelt condities zoals loon, functie, locatie etc. voor
het geval dat er een arbeidsovereenkomst ontstaat in de toekomst. De
voorovereenkomst zelf is geen arbeidsovereenkomst en valt ook niet
onder de wettelijke definitie van een arbeidsovereenkomst! Telkens als de
werkgever de oproepkracht oproept en deze hieraan gehoor geeft (wat
niet verplicht is), ontstaat een arbeidsovereenkomst onder de in de
voorovereenkomst neergelegde condities.
Er is sprake van een oproepovereenkomst als:
1. De omvang van de te verrichten arbeid niet is vastgesteld als één
aantal uren per tijdseenheid van:
a. Ten hoogste een maand, of;
b. Ten hoogste een jaar en het recht op loon van de werknemer
gelijkmatig is verspreid over die tijdseenheid; of
2. De werknemer op grond van art. 7:628 lid 5 of lid 7 BW, of artikel
7:691 lid 7 BW, geen recht heeft op het naar tijdruimte vastgestelde
loon, indien hij de overeengekomen arbeid niet verricht.
3. Kortom, indien geen sprake is van deze gevallen, is er wel sprake
van een oproepovereenkomst.
Beschermingsregels oproepkrachten:
1. Gelimiteerde beperking van loondoorbetaling.
2. Rechtsvermoeden arbeidsomvang.
3. Minimumbetaling bij oproep en gelijke beloning.
4. Oproeptermijn en wijziging oproep.
5. Aanbod voor vaste arbeidsomvang na twaalf maanden.
6. Korte opzegtermijn nulurencontracten.
7. Extra bescherming voor mup met onvoorspelbaar arbeidspatroon.
Uitzendovereenkomst: in juridisch opzicht is de uitzendovereenkomst
een bijzondere overeenkomst, een driehoeksverhouding -> 7:690 BW. Wil
er sprake zijn van een ‘uitzending’ moet de werknemer onder leiding en
toezicht worden gesteld (gezagsuitoefening).
Een uitzendkracht geniet echter niet volledig dezelfde bescherming
als een reguliere werknemer. De uitzendkracht kan zijn baan verliezen,
zodra de inlener de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht beëindigt.
Op grond van de wet mag de inlener dit doen om ‘welke reden dan ook’.