Leereenheid 7: De rechtsstaat
7.1 Inleiding
Waarin verschilt de rechtsstaat van de democratie?
Elementen verbonden aan de rechtsstaat:
● Legaliteitsbeginsel;
● Machtenscheiding en machtenspreiding;
● Onafhankelijke rechtspraak;
● Grondrechten;
● Democratie
De rechtsstaat bestaat uit 3 componenten:
1. De gedachte dat het recht regeert, the rule of law.
2. Formele kwaliteitseisen aan het geldende recht, rule by law.
3. Het recht op een eerlijk proces.
Begrip rechtsstaat een apart begrip.
7.2 Waarde van de rechtsstaat
6 redenen waarom het belangrijk is om in een rechtsstaat te leven:
1. In een rechtsstaat wordt willekeurige machtsuitoefening zo veel mogelijk aan banden
gelegd. Willekeur (Philip Petit) = een handeling is willekeurig wanneer ze enkel en
alleen afhangt van de beslissing, het arbitrium, van de persoon in kwestie.
a. Beslissingen worden niet genomen op basis van een willekeurig persoon,
maar op basis van rechtsregels.
2. De rechtsstaat creëert zekerheid en voorspelbaarheid.
3. De filosofen Hayek en Ratz beschouwden deze zekerheid en voorspelbaarheid ook
als een voorwaarde voor vrijheid, opgevat als het effectieve vermogen om te kiezen
tussen zoveel mogelijk verschillende handelswijzen. Er worden geen grenzen gesteld
aan handelingen die het recht mag verbieden of toestaan.
4. Economische ontwikkeling
5. Gelijkheid
a. Formele gelijkheid = als burgers volgens het recht tot een en dezelfde
categorie behoren, dan worden zij hetzelfde behandeld als andere burgers
binnen die categorie.
6. Jeremy Waldron = het recht op een eerlijk proces, ook de waarde bepaalt van
respect voor de menselijke waardigheid.
a. Hoor en wederhoor
b. Daardoor belichaamt de rechtsstaat dat ‘crucial dignatarian idea - respecting
the dignity of those to whom the norms are applied as being capable of
explaining themselves’
, 7.3 Het recht regeert
(the rule of law)
Niemand staat boven het recht.
Is de rechtsstaat een fabeltje?
Thomas Hobbes = Hij vond dat de rechtsstaat een fabeltje is. ofwel de heerser maakt,
verandert en handhaaft het recht waaraan hij zelf verbonden is, maar dan stelt de binding
aan het recht niets voor. Want als de heerser de regel als knellend ervaart, dan verandert hij
gewoon. De rechtsstaat is niets anders dan zelfbinding en zelfbinding is geen binding. Het
alternatief is dat de heerser gebonden is aan recht dat hij niet zelf heeft gemaakt. Maar wie
maakt dat recht dan? En aan wie is die maker gebonden? Als de maker aan niemand
onderworpen is, dan is er dus geen rechtsstaat.
- Macht kan nooit onderworpen worden aan het recht. Uiteindelijk zijn het altijd
mensen die regeren en niet het recht.
Je kunt twee dingen doen waardoor het recht regeert:
1. Je maakt een constitutie. Kan geschreven of ongeschreven zijn.
a. Twee kenmerken constitutie:
i. Het bevat een aantal basisregels, en
ii. De constitutie is heel moeilijk te wijzigen.
2. Je kunt macht verdelen over verschillende instanties. Systeem van checks and
balances
a. Trias politica
b. Sleutelfiguur in deze constructie is de onafhankelijke rechter.
c. Lord Acton → ‘Power tends to corrupt, and absolute power corrupts
absolutely’.
d. Er is geen blauwdruk voor de manier waarop een systeem van checks and
balances precies moet zijn ingericht. Welke instanties welke taken en
bevoegdheden moeten hebben om een machtsevenwicht stand te houden en
in stand te houden, is veranderlijk naar plaats en tijd.
Definitie onafhankelijk (Hof van justitie van de Europese Unie) = de rechter moet haar
rechtsprekende taken volledig autonoom uitoefenen zonder enig hiërarchisch verband en
zonder aan wie dan ook ondergeschikt moet zijn of van waar dan ook bevelen of instructies
te ontvangen en aldus beschermd is tegen tussenkomsten en druk van buitenaf die de
oordeelsvorming van haar leden in gevaar zou kunnen brengen.
Hoewel de grondwetgever het zichzelf moeilijk heeft gemaakt de Grondwet te wijzigen, is
het niet onmogelijk.
Het recht kan alleen regeren als machthebbers bereid zijn zich door het recht te laten
regeren.
7.1 Inleiding
Waarin verschilt de rechtsstaat van de democratie?
Elementen verbonden aan de rechtsstaat:
● Legaliteitsbeginsel;
● Machtenscheiding en machtenspreiding;
● Onafhankelijke rechtspraak;
● Grondrechten;
● Democratie
De rechtsstaat bestaat uit 3 componenten:
1. De gedachte dat het recht regeert, the rule of law.
2. Formele kwaliteitseisen aan het geldende recht, rule by law.
3. Het recht op een eerlijk proces.
Begrip rechtsstaat een apart begrip.
7.2 Waarde van de rechtsstaat
6 redenen waarom het belangrijk is om in een rechtsstaat te leven:
1. In een rechtsstaat wordt willekeurige machtsuitoefening zo veel mogelijk aan banden
gelegd. Willekeur (Philip Petit) = een handeling is willekeurig wanneer ze enkel en
alleen afhangt van de beslissing, het arbitrium, van de persoon in kwestie.
a. Beslissingen worden niet genomen op basis van een willekeurig persoon,
maar op basis van rechtsregels.
2. De rechtsstaat creëert zekerheid en voorspelbaarheid.
3. De filosofen Hayek en Ratz beschouwden deze zekerheid en voorspelbaarheid ook
als een voorwaarde voor vrijheid, opgevat als het effectieve vermogen om te kiezen
tussen zoveel mogelijk verschillende handelswijzen. Er worden geen grenzen gesteld
aan handelingen die het recht mag verbieden of toestaan.
4. Economische ontwikkeling
5. Gelijkheid
a. Formele gelijkheid = als burgers volgens het recht tot een en dezelfde
categorie behoren, dan worden zij hetzelfde behandeld als andere burgers
binnen die categorie.
6. Jeremy Waldron = het recht op een eerlijk proces, ook de waarde bepaalt van
respect voor de menselijke waardigheid.
a. Hoor en wederhoor
b. Daardoor belichaamt de rechtsstaat dat ‘crucial dignatarian idea - respecting
the dignity of those to whom the norms are applied as being capable of
explaining themselves’
, 7.3 Het recht regeert
(the rule of law)
Niemand staat boven het recht.
Is de rechtsstaat een fabeltje?
Thomas Hobbes = Hij vond dat de rechtsstaat een fabeltje is. ofwel de heerser maakt,
verandert en handhaaft het recht waaraan hij zelf verbonden is, maar dan stelt de binding
aan het recht niets voor. Want als de heerser de regel als knellend ervaart, dan verandert hij
gewoon. De rechtsstaat is niets anders dan zelfbinding en zelfbinding is geen binding. Het
alternatief is dat de heerser gebonden is aan recht dat hij niet zelf heeft gemaakt. Maar wie
maakt dat recht dan? En aan wie is die maker gebonden? Als de maker aan niemand
onderworpen is, dan is er dus geen rechtsstaat.
- Macht kan nooit onderworpen worden aan het recht. Uiteindelijk zijn het altijd
mensen die regeren en niet het recht.
Je kunt twee dingen doen waardoor het recht regeert:
1. Je maakt een constitutie. Kan geschreven of ongeschreven zijn.
a. Twee kenmerken constitutie:
i. Het bevat een aantal basisregels, en
ii. De constitutie is heel moeilijk te wijzigen.
2. Je kunt macht verdelen over verschillende instanties. Systeem van checks and
balances
a. Trias politica
b. Sleutelfiguur in deze constructie is de onafhankelijke rechter.
c. Lord Acton → ‘Power tends to corrupt, and absolute power corrupts
absolutely’.
d. Er is geen blauwdruk voor de manier waarop een systeem van checks and
balances precies moet zijn ingericht. Welke instanties welke taken en
bevoegdheden moeten hebben om een machtsevenwicht stand te houden en
in stand te houden, is veranderlijk naar plaats en tijd.
Definitie onafhankelijk (Hof van justitie van de Europese Unie) = de rechter moet haar
rechtsprekende taken volledig autonoom uitoefenen zonder enig hiërarchisch verband en
zonder aan wie dan ook ondergeschikt moet zijn of van waar dan ook bevelen of instructies
te ontvangen en aldus beschermd is tegen tussenkomsten en druk van buitenaf die de
oordeelsvorming van haar leden in gevaar zou kunnen brengen.
Hoewel de grondwetgever het zichzelf moeilijk heeft gemaakt de Grondwet te wijzigen, is
het niet onmogelijk.
Het recht kan alleen regeren als machthebbers bereid zijn zich door het recht te laten
regeren.