Ergotherapie
,INHOUDSOPGAVE
hoorcollege 1 ................................................................................................................................................... 2
hoorcollege 2 ................................................................................................................................................... 9
hoorcollege 3 ................................................................................................................................................. 13
hoorcollege 4 ................................................................................................................................................. 18
hoorcollege 5 ................................................................................................................................................. 22
hoorcollege 6 ................................................................................................................................................. 24
hoorcollege 7 ................................................................................................................................................. 27
hoorcollege 8 ................................................................................................................................................. 30
Hoorcollege 9 ................................................................................................................................................. 36
,HOORCOLLEGE 1
Een lichaam is opgebouwd uit stelsels, organen, weefsels en cellen (groot naar klein).
Er zijn verschillende soorten stelsels, 4 stelsels staan bij ergotherapie centraal: beenderenstelsel,
cardiovasculaire stelsel, zenuwstelsel en spierstelsel.
Het beenderenstelsel is eigenlijk het skelet, functies van het beenderenstelsel zijn:
- vormvastigheid
- bescherming
- gewrichten en aanhechtingsplaatsen spieren (bewegingen)
Een gewricht (articulatio) is een verbindingen tussen twee
of meer botstukken. Er zijn verschillende soorten
gewrichten:
- scharniergewrichten (1-as) zoals je elleboog kunnen 1
richting op bewegen.
- zadel- & eigewrichten (2-as) zoals in je duim kunnen een
glijdende beweging maken
- kogelgewrichten (3-as) zoals je schouder en heup kunnen
bijna alle richtingen op bewegen
, Ligamenten zijn banden van bindweefsel om een
gewricht, functies van ligamenten zijn:
- beweging geleiden
- kapsel verstevigen
- bewegingen remmen als de spieren rondom het
gewricht te kort schieten
Het tweede stelsel is het cardiovasculaire stelsel
wordt ook wel het hart- en vatenstelsel genoemd.
Bloed stroomt door een netwerk van bloedvaten.
Bloedvaten worden onderverdeeld in de:
- kleine bloedsomloop: brengt het zuurstofarme
bloed naar de longen en het zuurstofrijke bloed naar
het hart.
- grote bloedsomloop: bloed vervoer in de rest van
het lichaam.