filosofie
Wat is filosofie:
1. Inleiding:
→ filosofie = philia + sophia
vriendschap + wijsheid ⇒ vriend van de wijsheid
→ filosofie / wijsbegeerte
→ wijs op verlangen naar soort van ontmoeting
→ ontstaat altijd vanuit de ervaring van verwondering
→ 3 structurele elementen in filosofie:
● nadenken
⤷ NA-denken of RE-flecteren
⤷ vermogen tot bewustzijn van zichzelf
⤷ vermogen tot stilvallen bij en reflecteren op jezelf
⤷ epochaal ⇒ onderbreking
↳ filosofie speelt zich af dicht bij het concrete leven
⤷ soms hierdoor veroordeling van filosofen
vb. Socrates die gifbeker moest drinken
filosofie wetenschappelijk streven naar kennis om de tijd en
wereld te doorgronden
● radicaal en fundamenteel nadenken
⤷ onderscheid an sich en werkelijkheid für mich
objectieve wereld subjectieve wereld (onze eigen ervaring)
⤷ filosofie houdt zich bezig met objectieve wereld
↳ werkelijkheid hoe die is
vb. Wie ben ik? - an sich: wie is jouw diepste ‘ik’
- für mich: ben je een vriendin? een collega? een dochter?
⤷ benadert werkelijkheid in haar geheel benadert
↳ anders als psychologie, sociologie, ethiek, …
⤷ - radicaal: graaft naar wortels van de werkelijkheid
- fundamenteel: dringt door tot fundamenten werkelijkheid
⤷ filosofische vragen altijd radicale of fundamentele vragen
● radicaal en fundamenteel nadenken vanuit de ervaring van verwondering
⤷ verwondering is bron van filosofie
verwondering de kracht die de mens in richting van filosoferen
voortstuwt, ontstaat door nieuwe ervaring die niet of
moeilijk in het systeem past dat je gevormd hebt
⤷ wonder (komt vaker voor) niet hetzelfde als een mirakel (uitzonderlijk)
↳ mythen zijn wonderlijke voorvallen
⤷ stadia van verwondering: 1) spontaan getroffen worden door iets onbekend
2) brengt zekere wonde met zich mee
3) bewondering en fascinatie achteraf
1
,Filosofie van ziekten en gezondheid:
1. Inleiding:
→ wereldbeeld vormt fundament van de cultuur
⤷ dominante connectieve voorstellen die maatschappij onderhoudt
⤷ hoe stellen mensen werkelijkheid voor
→ wereldbeeld toepasbaar op alle levensdomeinen
→ evolueert constant
⤷ 3 periodes in westerse cultuur:
● pre-moderniteit => 500 - 1500
● moderniteit => 1500 - 1970
● postmoderniteit => 1970 - …
⇒ van de theemutscultuur naar de walkman-ego
(beknottend) (iedereen in verbinding)
→ per wereldbeeld:
- Hoe zit de werkelijkheid in elkaar? (kosmologie)
- Wie is de mens? (antropologie)
- Is er een God en wie is die God? (theologie)
- kleinere domeinen
- achtergronden ontstaan wereldbeeld
- perceptie op ziekte, gezondheid, lichamelijkheid en dood
2. Premoderniteit:
→ samenleving en heelal als hiërarchisch en organisch geheel
→ heersend in westerse maatschappij
⤷ tijdens christelijke middeleeuwen
→ wereldbeeld:
■ kosmologie
⤷ werkelijkheid als levend organisme
⤷ alle onderdelen verbonden met elkaar
⤷ hiërarchisch en organisch geheel
⤷ alles verklaar vanuit God
■ antropologie
⤷ mens niet autonoom maar heteronoom
⤷ mens afhankelijk van God
■ theologie
⤷ God ligt aan de oorsprong
⤷ vanzelfsprekend => God is eeuwig en hoogste van alles
→ kleinere domeinen
⤷ cyclische tijd => leven op ritme van natuur en seizoenen
⤷ moraal voorgegeven door de Schepper nl. God
⤷ leven centreert op platteland en dorpscultuur
→ achtergronden
○ germaans religiositeit
⤷ polytheïstisch => geloof in meerdere Goden
vb. Goden van licht, duisternis, leven, dood, …
⤷ hiërarchie nl. opperGod Zeus
⤷ enkel functionele relatie aangaan met Goden, hun eren
⤷ animisme (alles heeft een ziel) en mythen van belang
2
, ○ christelijke godsdienst
⤷ centrale figuur: Jesus
⤷ monotheïsme => geloof in 1 God
↳ verbondsgod, actieve God
⤷ transcendent
↳ God is alles, God is meer dan wij kunnen vatten
⤷ openbaring van Godswege
↳ God maakt zich bekend aan de mens
⤷ God sluit een verbond
○ grieks denken ⇒ Plato
⤷ invloed op West-Europees denken
⤷ SPA-filosofen
↳ Socrates, Plato en Aristoteles
⤷ denkende / wetenschappelijke verklaring voor alles
↳ alles obv inzicht en verstand
(christelijk) (filosofie)
⤷ volgens Plato werkelijkheid bekijken op 2 manieren
- empirisch: via waarneming ⇒ leidt tot schijnkennis
- rationeel: via denken ⇒ leidt tot ware kennis
(je denkt aan een cirkel, in je hoofd is die perfect rond, maar als je die tekent
niet. Zonder bestaand idee van cirkel zou de mens niet weten wat een cirkel is)
⤷ onderscheid für mich en an sich
- an sich: wie is jouw diepste ‘ik’
- für mich: ben je een vriendin? een collega? een dochter?
⤷ alles is afspiegeling van hun respectievelijke gevormd idee
↳ enkel door denken kan je echte kennis bekomen
↳ allegorie van de grot
→ dualisme
⤷ geest en lichaam zijn gescheiden
⤷ 2 volledig gescheiden werelden:
- fysische wereld ⇒ waarneembare, stoffelijke wereld
- niet fysische wereld ⇒ geestelijke, onstoffelijke wereld
⤷ zorgt voor ontwaarding van lichamelijkheid
⤷ Plato promoot ideeënwereld
↳ want enige ware werkelijkheid volgens hem
→ over ziekte en gezondheid:
● in oudheid => religieuze laag
⤷ alles te maken met Goden
⤷ notie van reinheid
⤷ gezondheid gekoppeld aan religieus welbevinden
● in middeleeuwen => metafysische laag
⤷ negatieve kijk op lichamelijke
⤷ aandacht voor geestelijk welzijn
⤷ lichaam minderwaardig aan geestelijk heil
⤷ accent op zielzorg en gastvrijheid
3
, 3. Moderniteit:
→ modern wereldbeeld
→ vanaf 1500
⤷ geleidelijk aan opkomen nieuw wereldbeeld
→ wereld gezien als machine
→ liberaal wereldbeeld
→ opkomst van wetenschappen
→ wereldbeeld:
■ kosmologie
⤷ analyseerbaar mechanisme
⤷ niet meer waarom-vraag maar hoe-vraag
↳ alles analyseren en minder verwondering
■ antropologie
⤷ autonoom eenzaam subject
⤷ vertrekt vanuit de twijfel
↳ alleen maar zeker over het feit van twijfelen
⤷ dubito ergo sum
↳ ik twijfel dus ik besta
⤷ mens is autonoom en niet meer heteronoom
⤷ autonomie belangrijkste waarde
■ theologie
⤷ klemtoon meer op menselijke autonomie dan op goddelijke
⤷ mens vertrekt vanuit twijfel ipv. verwondering
⤷ van meester constructeur over agnosticisme
↳ agnosten: mensen die bewijs nodig hebben
⤷ deïsme naar atheïsme
↳ deïsme: God is er in het begin en het einde, maar grijpt niet
in tijdens het mensen leven (niet betrokken)
↳ atheïst: God en bovennatuurlijke verdwijnt
⤷ wantrouwen tegen religieuze => atheïsme
↳ Karl Marx, Sigmund Freud en Friedrich Nietzsche
⤷ religieuze domein verdwijnt stilaan
→ alles in teken van vernieuwing
⤷ lineair vs circulair
⤷ in 1 rechte lijn vooruitgang en groei
→ moraal van zelfontplooiing van belang
⤷ mensen vrij en niet afhankelijk meer van God
⤷ vrijheid en emancipatie
→ leven van stad naar industrieel leven
→ Karl Marx
⤷ Duits denker, centrale figuur in communisme
⤷ geloof en God is het opium van het volk
↳ God zorgt voor denkbeeldig geluk
↳ verstroostings van onderdrukkende maatschappij
⤷ opheffing religie => opeisen va werkelijk geluk van de mens
⤷ religie is een opium
(belooft paradijs in de hemel, prijs? hardheid van leven nu ervaren)
4