Scheikunde
Door: Benthe Piena
Vwo 6
, 11.1 Gaschromatografie
Je hebt kwalitatieve onderzoeken en kwantitatieve onderzoeken.
Gaschromatografie is een veelgebruikte analysemethode.
- De stof wordt verdeelt in een mobiele fase, de gasstroom en een
- stationaire fase.
- Er is sprake van een retentietijd.
Het oppervlak onder de piek van de chromatogram is een maat voor de
hoeveelheid stof die de detector passeert.
De retentietijd hangt af van de stationaire fase.
11.2 Colorimetrie
Bij een colorimetrische bepaling zet je eerst een cuvet met de blanco in de
colorimeter.
- Voor de blanco geldt: [A] = 0 en E = 0
Wet van Lambert-Beer: E = ε [A] I
- E = De uitdoving
- ε = de extinctiecoëfficiënt
- [A] = de concentratie van de oplossing
- I = de lengte van de lichtweg (= breedte van de cuvet) in cm.
Met behulp van de ijklijn kun je concentratie van een oplossing bepalen.
11.3 Zuur-basetitratie
Kenmerken van een titratie:
• Je druppelt een oplossing met een bekende concentratie bij oplossing
waarvan je de concentratie wilt bepalen.
• Van beide oplossingen meet je nauwkeurig het volume.
• De twee oplossingen reageren snel en aflopend met elkaar.
• Je kunt vaststellen wanneer je precies het juiste volume oplossing met
de bekende concentratie hebt toegevoegd.
Door: Benthe Piena
Vwo 6
, 11.1 Gaschromatografie
Je hebt kwalitatieve onderzoeken en kwantitatieve onderzoeken.
Gaschromatografie is een veelgebruikte analysemethode.
- De stof wordt verdeelt in een mobiele fase, de gasstroom en een
- stationaire fase.
- Er is sprake van een retentietijd.
Het oppervlak onder de piek van de chromatogram is een maat voor de
hoeveelheid stof die de detector passeert.
De retentietijd hangt af van de stationaire fase.
11.2 Colorimetrie
Bij een colorimetrische bepaling zet je eerst een cuvet met de blanco in de
colorimeter.
- Voor de blanco geldt: [A] = 0 en E = 0
Wet van Lambert-Beer: E = ε [A] I
- E = De uitdoving
- ε = de extinctiecoëfficiënt
- [A] = de concentratie van de oplossing
- I = de lengte van de lichtweg (= breedte van de cuvet) in cm.
Met behulp van de ijklijn kun je concentratie van een oplossing bepalen.
11.3 Zuur-basetitratie
Kenmerken van een titratie:
• Je druppelt een oplossing met een bekende concentratie bij oplossing
waarvan je de concentratie wilt bepalen.
• Van beide oplossingen meet je nauwkeurig het volume.
• De twee oplossingen reageren snel en aflopend met elkaar.
• Je kunt vaststellen wanneer je precies het juiste volume oplossing met
de bekende concentratie hebt toegevoegd.