Scheikunde
Door: Benthe Piena
Vwo 6
, 5.1 Mengen op macroniveau
Je kunt stoffen op macroniveau bekijken en op microniveau.
Alkanen, alkenen en cycloalkenen zijn hydrofoob terwijl korte alkanolen en
alkaanamines hydrofiel zijn.
- Hydrofiele stoffen zijn onderling goed mengbaar.
In BiNaS 44A staat de oplosbaarheid van gassen in water.
De carbonzuren met moleculen met een vrij korte koolstofketen zijn
hydrofiel.
- Naarmate de koolstofketen langer word, neemt de oplosbaarheid af.
5.2 Polaire en apolaire stoffen
Als een molecuul uit twee verschillende atoomsoorten bestaat, trekken de
atomen niet altijd even hard aan het gemeenschappelijk elektronenpaar.
De negatieve lading van het gemeenschappelijke elektronenpaar zit het
dichtst bij het atoom dat het hardst trekt.
- wordt genoteerd met δ+, de andere kant wordt genoteerd met δ-.
In BiNaS 40A staat de elektronegativiteit van elementen
- Het element met het grootste getal krijgt δ-.
- Het element met het kleinste getal krijgt δ+.
Als atomen in een molecuul elkaar niet even hard aan trekken hebben ze
een partiële lading.
Een polaire (atoom)binding kan voorkomen tussen twee verschillende niet-
metaalatomen.
Een zout heeft geen gemeenschappelijk elektronenpaar.
H:H Atoombinding
δ+H : Cl δ- Polaire atoombinding
Na+ Cl- Ionbinding
Door: Benthe Piena
Vwo 6
, 5.1 Mengen op macroniveau
Je kunt stoffen op macroniveau bekijken en op microniveau.
Alkanen, alkenen en cycloalkenen zijn hydrofoob terwijl korte alkanolen en
alkaanamines hydrofiel zijn.
- Hydrofiele stoffen zijn onderling goed mengbaar.
In BiNaS 44A staat de oplosbaarheid van gassen in water.
De carbonzuren met moleculen met een vrij korte koolstofketen zijn
hydrofiel.
- Naarmate de koolstofketen langer word, neemt de oplosbaarheid af.
5.2 Polaire en apolaire stoffen
Als een molecuul uit twee verschillende atoomsoorten bestaat, trekken de
atomen niet altijd even hard aan het gemeenschappelijk elektronenpaar.
De negatieve lading van het gemeenschappelijke elektronenpaar zit het
dichtst bij het atoom dat het hardst trekt.
- wordt genoteerd met δ+, de andere kant wordt genoteerd met δ-.
In BiNaS 40A staat de elektronegativiteit van elementen
- Het element met het grootste getal krijgt δ-.
- Het element met het kleinste getal krijgt δ+.
Als atomen in een molecuul elkaar niet even hard aan trekken hebben ze
een partiële lading.
Een polaire (atoom)binding kan voorkomen tussen twee verschillende niet-
metaalatomen.
Een zout heeft geen gemeenschappelijk elektronenpaar.
H:H Atoombinding
δ+H : Cl δ- Polaire atoombinding
Na+ Cl- Ionbinding