Hoofdstuk 1: Jagers en boeren
KA1: De levenswijze van jagers en boeren
Jagers en verzamelaars:
- Nomadisch bestaan
- Kleine groepen in verband met draagvermogen
- Jagen op dieren
- Vissen
- Verzamelen van voedsel
- Klimaat is van grote invloed op de leefwijze
- Geen grote sociale verschillen
KA2: Het ontstaan van de landbouw en landbouwsamenlevingen
Landbouwrevolutie:
- Sedentair bestaan
- Nederzettingen en dorpen
- Nieuwe gebruiksvoorwerpen en werktuigen
- Toename van bezittingen en toename van sociale verschillen
De eerste boeren rond 5000 v.C
KA3: Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen
Ontstaan van het schrift:
1. De samenleving wordt ingewikkelder
2. Er ontstaat behoefte om zaken vast te leggen
3. Oogst- herverdeling - belastingopbrengsten - handelsafspraken - wetten
4 kenmerken van de eerste steden:
1. Ontwikkeling van politieke organisatie o.l.v priesters/ koningen
2. Ommuurd stedelijk centrum
3. Specialisatie
4. Schrift
Hoofdstuk 2: Grieken en romeinen
, KA 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en denken over burgerschap en
politiek in de Griekse stadstaat.
Alle stadstaten zijn onderdeel van de Griekse beschaving:
- gedeelde Griekse cultuur
- gedeelde godsdienst
- gedeelde belangen (gezamenlijke vijanden)
Autonoom: heeft een eigen bestuur, eigen rechtspraak, eigen regels en een eigen leger
Burgers: alle vrije mannen boven 20 jaar die in Athene geboren zijn
Burgerschap: het feit dat je burger bent met alle politieke en maatschappelijke rechten en
plichten die daarbij horen
KA 5 De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur
Kenmerken Griekse beeldhouwkunst:
1. driedimensionaal
2. anatomisch correct
3. naakt
4. geperfectioneerd / ideaalbeeld
Kenmerken Romeinse beeldhouwkunst:
1. driedimensionaal
2. anatomisch correct
3. gekleed
4. realistisch
KA 6 De groei van het Romeins imperium waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich
in Europa verspreidde.
KA 7 De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur
van Noordwest-Europa .
Kenmerken van de Germaanse cultuur:
1. Geen schrift
2. Geen wetenschap
3. Geen idee over burgerschap
Leven in stamverband:
1. Koningen hadden een goddelijke macht
KA1: De levenswijze van jagers en boeren
Jagers en verzamelaars:
- Nomadisch bestaan
- Kleine groepen in verband met draagvermogen
- Jagen op dieren
- Vissen
- Verzamelen van voedsel
- Klimaat is van grote invloed op de leefwijze
- Geen grote sociale verschillen
KA2: Het ontstaan van de landbouw en landbouwsamenlevingen
Landbouwrevolutie:
- Sedentair bestaan
- Nederzettingen en dorpen
- Nieuwe gebruiksvoorwerpen en werktuigen
- Toename van bezittingen en toename van sociale verschillen
De eerste boeren rond 5000 v.C
KA3: Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen
Ontstaan van het schrift:
1. De samenleving wordt ingewikkelder
2. Er ontstaat behoefte om zaken vast te leggen
3. Oogst- herverdeling - belastingopbrengsten - handelsafspraken - wetten
4 kenmerken van de eerste steden:
1. Ontwikkeling van politieke organisatie o.l.v priesters/ koningen
2. Ommuurd stedelijk centrum
3. Specialisatie
4. Schrift
Hoofdstuk 2: Grieken en romeinen
, KA 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en denken over burgerschap en
politiek in de Griekse stadstaat.
Alle stadstaten zijn onderdeel van de Griekse beschaving:
- gedeelde Griekse cultuur
- gedeelde godsdienst
- gedeelde belangen (gezamenlijke vijanden)
Autonoom: heeft een eigen bestuur, eigen rechtspraak, eigen regels en een eigen leger
Burgers: alle vrije mannen boven 20 jaar die in Athene geboren zijn
Burgerschap: het feit dat je burger bent met alle politieke en maatschappelijke rechten en
plichten die daarbij horen
KA 5 De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur
Kenmerken Griekse beeldhouwkunst:
1. driedimensionaal
2. anatomisch correct
3. naakt
4. geperfectioneerd / ideaalbeeld
Kenmerken Romeinse beeldhouwkunst:
1. driedimensionaal
2. anatomisch correct
3. gekleed
4. realistisch
KA 6 De groei van het Romeins imperium waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich
in Europa verspreidde.
KA 7 De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur
van Noordwest-Europa .
Kenmerken van de Germaanse cultuur:
1. Geen schrift
2. Geen wetenschap
3. Geen idee over burgerschap
Leven in stamverband:
1. Koningen hadden een goddelijke macht