100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Alle toetsstof kennistoets thema 9 Pabo

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
74
Geüpload op
18-04-2025
Geschreven in
2024/2025

Samenvattingen kennistoets thema 9 Pabo. Vakken + artikelen: - Communicatie - Menswetenschappen - Muziek - Nederlands - Rekenen












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
18 april 2025
Aantal pagina's
74
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting communicatie toetsstof thema 9


Hoofdstuk 2 – Communiceren

Bij communicatie is er sprake van interactie, een uitwisseling van informatie tussen een
zender en een ontvanger.
De directe interactie houdt in dat er sprake is van feedback (wisselwerking), oftewel
terugkoppeling van communicatie.

De zender start met communiceren. De persoon van de zender bepaalt voor een groot deel
hoe de boodschap overkomt. De zender moet de informatie vertalen in bepaalde symbolen
(bijvoorbeeld in taal; verbaal) of gebaren (non-verbaal). Dat heet coderen. Als coderen niet
duidelijk gebeurt ontstaan er misverstanden. Hierbij speelt cultuur een grote rol.
De boodschap moet door de ontvanger worden ontcijferd (decoderen).


Mensen kunnen op verschillende manieren boodschappen overbrengen. De boodschap kan
via allerlei kanalen worden gezonden. Er kan gebruik worden gemaakt van het gesproken
woord, het geschreven woord, een tekening, de telefoon, internet, mobieltje, social media
enzovoort. Die kanalen maken het mogelijk om te spreken, schrijven, tekenen, telefoneren,
e-mailen, sms’en, whatsappen, facebooken enzovoort.


Verbale communicatie → gebruik maken van woorden. Dit kan zowel mondeling als
schriftelijk.
De taal maakt duidelijk wat je aan informatie wilt overbrengen. Het gaat hierbij om de
inhoud. We noemen dat het inhoudsniveau.

Mondelinge communicatie gaat nooit zonder non-verbale uitingen.
Non-verbale communicatie → communicatie zonder woorden.
Hierbij gaat het om welke relatie is er. We noemen dat het betrekkingsniveau.
De houding bepaalt hoe de ander de inhoud van de boodschap ‘leest’. Het gaat hierbij om
lichaamstaal.

De non-verbale communicatie speelt een veel grotere rol dan de verbale communicatie. Hoe
contacten overkomen wordt voor negentig procent bepaald door de non-verbale
communicatie.
Via non-verbale communicatie kan ook duidelijk gemaakt worden hoe dichtbij iemand mag
komen. Elke persoon heeft zijn eigen ‘territorium’.

Een formele boodschap moet op een formele manier worden gebracht, een informele
mededeling kan makkelijk ‘tussendoor’.

,Binnen de verbale communicatie wordt veel gebruikgemaakt van metataal.
Metataal → de woorden en de zinnen die de werkelijke bedoelingen verhullen.
Zonder metataal zouden dagelijkse gesprekken alleen maar korte, kernachtige gesprekjes
zijn. Metataal verzacht de boodschap, maakt het mogelijk stiekem te manipuleren en geeft
de kans emoties te uiten zonder al te onaardig te worden.

Daarnaast is er bijna bij elke boodschap sprake van een oproep, een appél: er moet iets met
de boodschap gedaan worden.
Naast het onderscheid in inhouds- en betrekkingsniveau kunnen er binnen elk gesprek
verschillende lagen benoemd worden.
Elke boodschap bestaat uit vier lagen.
• Referentiële laag: de inhoud van de boodschap (de informatie).
• Relationele laag: hoe de leerkracht de ouder ziet.
• Expressieve laag: hoe de leerkracht zichzelf ziet en wat hij daarin laat zien aan de
ouder.
• Appellerende laag: wat de leerkracht graag wil dat de ouder (niet) gaat doen of voelt.

De referentiële laag valt onder het inhoudsniveau.
De relationele, expressieve en appellerende laag vallen onder het betrekkingsniveau en
komen vooral naar voren binnen de non-verbale communicatie.


De communicatie loopt niet altijd zoals het zou moeten. Tijdens het proces van
communiceren kunnen allerlei storingen optreden. Er is dan sprake van ruis.
Ruis kan op verschillende manieren ontstaan:
• Storing in de taal
Als de leerkracht veel vakjargon gebruikt, is de informatie voor de ouder moeilijk te
volgen. De boodschap kan dan niet goed worden gedecodeerd.

• Slechte verstaanbaarheid
Als er veel bijgeluiden zijn of als er veel lawaai is, is de boodschap niet goed te
verstaan.

• Te veel informatie
Te veel informatie vanuit de school heeft tot gevolg dat de ouders moeite hebben om
alles nog ‘mee te krijgen’.

• Psychische storingen
De leerkracht of de ouder is niet in staat of niet in de stemming om te communiceren.
Hij heeft zijn aandacht er niet bij, omdat hij ziek is of te moe.

• Verborgen agenda
De leerkracht heeft zijn eigen bedoelingen met het gesprek. Dat kan ook gelden voor
de ouder. De bedoelingen worden niet benoemd.

, • Verschil in kennisniveau
Deze storing kan ontstaan bij een ouder die het niet lukt om een boodschap te
decoderen.

• Niet begrepen emotionele lading
Door de leerkracht wordt aan een mededeling van een ouder een andere emotionele
lading gegeven dan de ouder op dat moment bedoelde.

• Vooroordelen
De leerkracht wordt ‘afgemeten’ aan de eerdere ervaringen die een ouder heeft
gehad met die leerkracht.

• Non-acceptatie
Van sommige leerkrachten willen ouders niets aannemen. En naar sommige ouders
willen leerkrachten niet luisteren.


Communicatiestoringen kunnen ook het gevolg zijn van cultuurverschillen. Het opvallendste
verschil tussen culturen is de taal.
Een algemeen cultureel onderscheid dat gemaakt kan worden is dat tussen de wij-cultuur en
de ik-cultuur die we in het Westen kennen.

Wij-cultuur Ik-cultuur
- Verbondenheid met de groep - Onafhankelijkheid
- Loyaal aan tradities en normen - Eigen verantwoordelijkheid
- Behoefte aan regels - Globale regels
- Relaties belangrijker dan geld - Tijd is geld
- Gehoorzaamheid - Eerlijkheid, duidelijkheid
- Bescheidenheid - Assertiviteit
- Traditionele rollen - Man en vrouw hebben gelijke
- Respect voor ouderen rechten
- Accent op jong en dynamisch



Hoffman (2012) heeft, om communicatiestoringen te voorkomen, een model ontwikkeld voor
interculturele communicatie: het TOPOI-model. De letters TOPOI staan voor vijf gebieden:
Taal, ordening, personen, organisatie en inzet.
Hoffman stelt dat er binnen communicatie steeds gevraagd moet worden:
- Wat is mijn aandeel?
- Wat is het aandeel van de ander?
- Wat is de invloed van de sociale omgeving?

, Ook tussen Nederlanders onderling zijn er verschillende communicatiestijlen. Er zijn binnen
onze landsgrenzen verschillende subculturen te noemen:
• Regio
• Stad of platteland
• Geloof
• Sociale klasse
• Geslacht
• Leeftijd
• Beroep


De communicatie tussen een leerkracht en een ouder is vanuit drie verschillende posities te
bekijken.
De eerste positie is die van de leerkracht en de tweede die van de ouder. De derde positie
hangt er als het ware boven; het gaat om het waarnemen van de communicatie op
metaniveau.

Metacommunicatie → communicatie over de communicatie zelf, praten over de manier
waarop je met elkaar praat.



Hoofdstuk 4 – Gesprekken met ouders

Geplande gesprekken → gesprekken die op afspraak plaatsvinden.

Omgekeerde oudergesprek → ouders vertellen over de mogelijkheden, de interesses en de
onderwijsbehoeften van hun kind. De ouders geven informatie en de leerkracht luistert.
Zulke gesprekken sluiten aan bij het handelingsgericht werken.

We onderscheiden vijf gesprekssoorten:
• Kennismakingsgesprek;
• Voortgangsgesprek;
• Probleemoplossend gesprek;
• Adviserend gesprek;
• Slechtnieuwsgesprek.

Bij elk gesprek wordt aangegeven met welk doel het gesprek wordt gehouden en van wie het
initiatief uitgaat.

Kennismakingsgesprek
Het kennismakingsgesprek heeft als doel een eerste contact leggen tussen de leerkracht en
de ouders van het kind. Het initiatief voor een kennismakingsgesprek ligt bij de school. De
leerkracht en ouders leggen de basis voor een relatie waarbinnen gewerkt gaat worden. Het
gesprek heeft een informeel karakter. De leerkracht kan een formulier gebruiken om
informatie vast te leggen. Kennismakingsgesprekken kunnen individueel, maar ook in
groepsverband plaatsvinden.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
lisabercx Arcus College
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
28
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
1
Documenten
23
Laatst verkocht
1 maand geleden

4,3

4 beoordelingen

5
1
4
3
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen