Een wereldwijs moment
Bron: Eigen ontwerp geïnspireerd door De Schepper (2017) en Kopmels (2020)
Naam student
Studentnummer
Onderwijseenheid Beroepsproduct levensbeschouwing 4
Datum augustus 2024
,Inhoudsopgave
1. Verklaring vormvereisten 3
2. Inleiding 4
3. Toelichting 5
3.1 Een levensbeschouwelijk project 5
3.2 Uitvoering van project 8
3.3 Rituelen 23
3.4 Profielschets 24
4. Verwijswijzer 26
5. Literatuurlijst 27
Bijlagen 29
Bijlage 1 Ontwerpschets levensbeschouwelijk project (LU1, LU2 & LU3) 29
Bijlage 2 Feedback docent en mede-studenten (LU1, LU2 & LU4) 36
Bijlage 3 Levensbeschouwelijk reflectiemodel project (LU2, LU3 & LU4) 40
, 1. Verklaring vormvereisten
Criteria Omschrijving Vink aan indien
je bewijsdossier
voldoet aan de
eis
Volledigheid Het bewijsdossier bevat bewijzen die de claim ondersteunen ten X
aanzien van de leeruitkomst(en).
In het bewijsdossier wordt op passende plekken naar
bewijsmaterialen verwezen en het bewijsmateriaal is geordend (alle
onderdelen zijn aanwezig).
Omvang Er is geen maximale omvang voor dit werkstuk. Zorg dat de 5168
inleiding en toelichting helder en beknopt geformuleerd zijn,
zonder herhalingen.
Transparantie Bewijzen zijn als bijlagen opgenomen en via de navigatiebalk te X
(bronnen) bereiken (koppenstructuur).
APA Naar gebruikte bronnen is volgens de APA-richtlijnen verwezen (in X
de tekst en in de bronnenlijst).
Structuur Het bewijsdossier is toegankelijk (opbouw en indeling). Het X
bewijsdossier is zodanig gestructureerd dat een beoordelaar
efficiënt de benodigde informatie kan vinden.
Taal De tekst is leesbaar en in correct Nederlands (of indien van X
toepassing Engels) geschreven.
, 2. Inleiding
Stand-up comedian George Carlin (1937 - 2008) zei ooit:
‘’Don’t just teach your children to read. Teach them to question what they read.’’
Een mooie binnenkomer, toch? We zijn ons er niet altijd van bewust dat het heel belangrijk is
om kinderen de ruimte te geven om vragen te stellen, maar we moeten ze ook leren hoe ze
vragen kunnen stellen. Door het stellen van vragen komen verhalen meer tot leven en komt er
betekenis in datgene wat er zintuiglijk waargenomen wordt. Lucassen (2018) schrijft dat
vragen stellen een van de belangrijkste dingen is om als mens bij je te dragen. Echter zijn er
wel een paar voorwaarden voor nodig:
1. Een nieuwsgierige en inspirerende houding;
2. Een kort en bondige (of zelfs geen) intro;
3. Weten dat er geen domme vragen bestaan;
4. Genoeg ruimte/tijd voor het stellen van vragen;
Kinderen beginnen al vrij jong met het stellen van vragen. Dit gaat dan vooral over de
‘waarom-vragen’. Deze fase staat in het teken van nieuwsgierigheid. Kinderen zijn
nieuwsgierig naar de wereld om hen heen. Echter wordt door veel volwassenen deze vraag
beantwoord met ‘gewoon’, ‘omdat het zo is’ of ‘omdat ik het zeg’. Wanneer kinderen vragen
stellen, willen ze iets weten. Geef ze daarom antwoord of laat ze zelf nadenken over een
antwoord en stel een wedervraag (Van Der Ham, z.d.). Laat de kinderen de wereld om hen
heen ontdekken door het stellen van vragen, het vertellen van verhalen en belemmer ze daar
vooral niet in. Volgens Kopmels (2020) begint dit bij het stellen van verschillende vragen
door de volwassene. Wanneer je inzet op het prikkelen van de fantasie of de gedachten van
het kind, moeten er vragen gesteld worden die verschillende antwoorden toelaten (Alkema et
al., 2015).
Dit beroepsproduct vindt plaats op OBS school X in groep 4/5. Een groep met een diversiteit
aan leerlingen. Om het wat complexiteit te geven: de jongste leerling is 8 en de oudste leerling
is 11. Tja, hoe ga je daarmee in gesprek? Ik zou zeggen: ‘’Ga zitten en geniet’’.
Dat is namelijk ook wat ik heb moeten leren tijdens dit beroepsproduct. Om te genieten van al
de mooie gesprekken tussen de leerlingen, de vragen die zij zichzelf en elkaar stellen, maar
ook de kritische blik die ze hebben leren werpen op nieuwsitems.
Overkoepelend wordt met dit beroepsproduct kerndoel 37 aangetikt (SLO, z.d.) wat goed
aansluit op de levensbeschouwelijke en morele ontwikkelingsfase waarin de leerlingen zich
bevinden:
De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en
normen.
Bron: Eigen ontwerp geïnspireerd door De Schepper (2017) en Kopmels (2020)
Naam student
Studentnummer
Onderwijseenheid Beroepsproduct levensbeschouwing 4
Datum augustus 2024
,Inhoudsopgave
1. Verklaring vormvereisten 3
2. Inleiding 4
3. Toelichting 5
3.1 Een levensbeschouwelijk project 5
3.2 Uitvoering van project 8
3.3 Rituelen 23
3.4 Profielschets 24
4. Verwijswijzer 26
5. Literatuurlijst 27
Bijlagen 29
Bijlage 1 Ontwerpschets levensbeschouwelijk project (LU1, LU2 & LU3) 29
Bijlage 2 Feedback docent en mede-studenten (LU1, LU2 & LU4) 36
Bijlage 3 Levensbeschouwelijk reflectiemodel project (LU2, LU3 & LU4) 40
, 1. Verklaring vormvereisten
Criteria Omschrijving Vink aan indien
je bewijsdossier
voldoet aan de
eis
Volledigheid Het bewijsdossier bevat bewijzen die de claim ondersteunen ten X
aanzien van de leeruitkomst(en).
In het bewijsdossier wordt op passende plekken naar
bewijsmaterialen verwezen en het bewijsmateriaal is geordend (alle
onderdelen zijn aanwezig).
Omvang Er is geen maximale omvang voor dit werkstuk. Zorg dat de 5168
inleiding en toelichting helder en beknopt geformuleerd zijn,
zonder herhalingen.
Transparantie Bewijzen zijn als bijlagen opgenomen en via de navigatiebalk te X
(bronnen) bereiken (koppenstructuur).
APA Naar gebruikte bronnen is volgens de APA-richtlijnen verwezen (in X
de tekst en in de bronnenlijst).
Structuur Het bewijsdossier is toegankelijk (opbouw en indeling). Het X
bewijsdossier is zodanig gestructureerd dat een beoordelaar
efficiënt de benodigde informatie kan vinden.
Taal De tekst is leesbaar en in correct Nederlands (of indien van X
toepassing Engels) geschreven.
, 2. Inleiding
Stand-up comedian George Carlin (1937 - 2008) zei ooit:
‘’Don’t just teach your children to read. Teach them to question what they read.’’
Een mooie binnenkomer, toch? We zijn ons er niet altijd van bewust dat het heel belangrijk is
om kinderen de ruimte te geven om vragen te stellen, maar we moeten ze ook leren hoe ze
vragen kunnen stellen. Door het stellen van vragen komen verhalen meer tot leven en komt er
betekenis in datgene wat er zintuiglijk waargenomen wordt. Lucassen (2018) schrijft dat
vragen stellen een van de belangrijkste dingen is om als mens bij je te dragen. Echter zijn er
wel een paar voorwaarden voor nodig:
1. Een nieuwsgierige en inspirerende houding;
2. Een kort en bondige (of zelfs geen) intro;
3. Weten dat er geen domme vragen bestaan;
4. Genoeg ruimte/tijd voor het stellen van vragen;
Kinderen beginnen al vrij jong met het stellen van vragen. Dit gaat dan vooral over de
‘waarom-vragen’. Deze fase staat in het teken van nieuwsgierigheid. Kinderen zijn
nieuwsgierig naar de wereld om hen heen. Echter wordt door veel volwassenen deze vraag
beantwoord met ‘gewoon’, ‘omdat het zo is’ of ‘omdat ik het zeg’. Wanneer kinderen vragen
stellen, willen ze iets weten. Geef ze daarom antwoord of laat ze zelf nadenken over een
antwoord en stel een wedervraag (Van Der Ham, z.d.). Laat de kinderen de wereld om hen
heen ontdekken door het stellen van vragen, het vertellen van verhalen en belemmer ze daar
vooral niet in. Volgens Kopmels (2020) begint dit bij het stellen van verschillende vragen
door de volwassene. Wanneer je inzet op het prikkelen van de fantasie of de gedachten van
het kind, moeten er vragen gesteld worden die verschillende antwoorden toelaten (Alkema et
al., 2015).
Dit beroepsproduct vindt plaats op OBS school X in groep 4/5. Een groep met een diversiteit
aan leerlingen. Om het wat complexiteit te geven: de jongste leerling is 8 en de oudste leerling
is 11. Tja, hoe ga je daarmee in gesprek? Ik zou zeggen: ‘’Ga zitten en geniet’’.
Dat is namelijk ook wat ik heb moeten leren tijdens dit beroepsproduct. Om te genieten van al
de mooie gesprekken tussen de leerlingen, de vragen die zij zichzelf en elkaar stellen, maar
ook de kritische blik die ze hebben leren werpen op nieuwsitems.
Overkoepelend wordt met dit beroepsproduct kerndoel 37 aangetikt (SLO, z.d.) wat goed
aansluit op de levensbeschouwelijke en morele ontwikkelingsfase waarin de leerlingen zich
bevinden:
De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en
normen.
