Toetsmatrijs uitwerking organisatiekunde
H1 inleiding
Verschillende bedrijfsvormen onderscheiden
Organisaties hebben 3 dingen gemeen: doelstellingen, mensen, middelen
Doelgerichte samenwerkingsverbanden
Onder organisaties vallen bedrijven (daarbinnen ondernemingen en non-profitorganisaties) en
overige organisaties
Profit (winst ondernemingen) en non-profit organisaties
Profitbedrijven Non-profit Overig
Particuliere school Ministerie Kerk
Douwe egberts Ziekenhuis Amateursportvereniging
Philips School
maar kunnen organisaties ook juridisch indelen > rechtsvormen
rechtspersoon = organisatie die zelfstandig aan het rechtsverkeer deelneemt en eigen rechten en
plichten heeft
bij nv en bv is dat directie kan niet prive aansprakelijk zijn
eenmanszaak geen rechtspersoon, kan prive en op zaakvermogen zijn
Organisaties zonder rechtspersoonlijkheid Eenmanszaak
Maatschap
vennootschap onder firma
commanditaire vennootschap
Organisaties met rechtspersoonlijkheid Besloten vennootschap
Naamloze vennootschap
Vereniging
Coöperatie
Onderlinge waarborgmaatschappij en stichting
Fusie = 2 of meer organisaties samengevoegd in een nieuw verband
- Bijv ABN AMRO bank
- ING
Overname = neemt de ene organisatie de ander over
- Jumbo nam C1000 over
Joint venture = vorm van samenwerking waarbij samenwerkende organisaties een deel van hun
vermogen inbrengen in een nieuw bedrijf dat voor gezamenlijke rekening en risico een project tot
ontwikkeling brengt
Strategische samenwerking = verband tussen 2 of meer organisaties die met behoud van
zelfstandigheid en identiteit samenwerken op deelgebied dat wezenlijk van belang is voor
continuïteit van afzonderlijke organisatie
- Philips en douwe egbert die samen het senseo apparaat introduceerde
,Outsourcing = volledig richten op haar kerntaken
Samenwerking distributiekanaal = inkoopcombinatie
Licentie = toestemming om uitvinden zelf te maken te verkopen en toe te passen
Oprichten organisatie gebeurd: voldoet aan algemene menselijke behoefte aan voorspelbaarheid en
ordening
Economisch verkeer belangrijke rol > veel transacties in geld
Economisch kringloopmodel: wisselwerking tussen verschillende organisaties is de motor van onze
maatschappij
- Mensen en middelen inputfactoren > omgezet in producten en diensten voor de afnemers
Wetenschappelijke stromingen binnen het vak gebied
Eerste aanzet tot organisaties was tijdens eerste industriële revolutie
- Kwam meer productie in fabrieken en dus meer kennis nodig om goed te kunnen besturen
Eind 19e eeuw 3 periodes:
19e eeuw – 1935
1935 – 1955
1955 – heden
19e eeuw tot 1935
Scientific management van Frederick Taylor
- Streven naar efficiency stond voorop
, - Lopende band werk
- Prestatiebeloning > hogere geldprikkels een hogere productiviteit dacht hij
- Organisatie zonder mensen
- Organisatie als gesloten systeem
- Laisser faire (minimale overheidsbemoeienis)
- Kapitalisme bloeide in die periode en bescherming van vakbonden en
socialeverzekeringswetgeving nog niet bestond
Henri fayol en max weber
Fayol was ingenieur en gebruikte ervaring als directeur in general management theory (plannen,
organiseren, opdrachten, afstemmen, controleren)
Weber bekend om zijn ideeën over rationele organisatie. Samenwerkingsverband waarin
werknemers gemakkelijk controleerbaar en vervangbaar zijn
1935 – 1955
Human relations benadering
- Reactie op starre denkbeelden van scientific management
- Door hawthorne experimenten begon besef door te dringen dat werk niet leid tot rationele
overwegingen maar ook sociale aspecten > meer succes
- Mensen en organisaties
- Organisatie als gesloten systeem (omgevingsinvloeden waren gering > klein en niet
belangrijk, schaarste was erg groot
Bennis en perrow vonden dat het te eenzijdig gericht was op het individu en te weinig rekening hield
met technische aspecten van de organisatie
Revionisme (herziening) zit tussen scientific management en human relations
- Principe van taakverrijking
- Integratie van scientific management en human relations
1955 – heden
Grote economische bloei met grote maatschappelijke veranderingen
Besef over open systeem
Systeemtheorie > samenwerken en problemen van verschillende kanten bekijken
Meer besef dat 1 persoon niet alle beslissingen kan nemen. Betrokkenheid, medezeggenschap,
delegatie komen ook op de lagere niveaus
Wet op de ondernemingsraden van 1950 WOR
Nederland is medezeggenschapsrecht ontwikkeld. Werknemers beschikken over wettelijke
inspraakrecht
Europese ondernemingsraad
Contingentiebenadering
- Niet 1 beste manier van leidinggeven en structureren is
- Externe ontwikkelingen
- Organisatie als open systeem
- Overleg en participatie (actieve deelname)
Joan woodward: aanzet tot het ontstaan
Lawrence en lorsche: introduceerde het woord na de bevindingen van woodward
, Organisatiedeskundigen
Peter drucker
- Vermaarde denker en schrijver
- Westerse wereld na eerste industriële revolutie waarin productiviteitsstijging door
efficiëntere inzet van fysieke productiefactoren centraal stond
- Kennisrevolutie plaats gevonden en verdere economische groei
Henry mintzberg
- Canadese hoogleraar
- Basisconfiguraties ontwikkeld van leidinggeven en structureren
- Hangt van situatie af een juiste bestaat niet
- 2 punten: manier coördineren en plaats van macht
Michael porter
- Harvard professor
- Strategisch denken in ondernemingen
- Vijfkrachtenmodel > onderscheid naast directe concurrenten ook potentiële toetreders,
aanbieders, handel, leveranciers tegen achtergrond van toetredings- en
uittredingsbelemmeringen
Michael hammer
- Stelt dat structurering en verdeling van werkzaamheden zal verdwijnen
- Door veel veranderingen moet je snel inhaken en moet je zelfsturing van medewerkers
hebben > onderscheid leiding en uitvoerende vervaagt
- Gericht op resultaat
- Leiding meer op coachen en meer procesgericht
Schaarste > vraag groter dan aanbod
Efficiency > kwaliteit > flexibiliteit > innovatie
Netwerkfirma = organisatie die voor bepaalde taken in haar primaire of ondersteunende processen
afhankelijk is van partners in haar netwerk
- Uitgangspunt is organisatie zich binnen haar netwerk toelegt op haar kernactiviteiten
- Zo kun je efficiency en alert en flexibel op ontwikkelingen in de markt reageren
Disruptieve businessmodel: ontwrichtend werken in de markt waar ze betrekking op hebben
Clayton christenen stelt dat innovaties vaak eenvoudigere producten zijn die zich eest richten op
doelgroepen die de bedrijven niet of nauwelijks bedienen
Belanghebbenden zijn stakeholders (een aandeelhouder, kan werken maar hoeft niet)
Organisatie-evenwicht volgens keuning = organisatie erin slaagt externe en interne belanghebbenden
te belonen dat zij in ruil voor hun bijdragen gemotiveerd blijven deelnemen aan organisatie
Verschil dirigerende en constituerende beslissingen
Transformatieproces
Middelen en mensen > leiding > doelstellingen
Theorie van fayol nog steeds relevant
H1 inleiding
Verschillende bedrijfsvormen onderscheiden
Organisaties hebben 3 dingen gemeen: doelstellingen, mensen, middelen
Doelgerichte samenwerkingsverbanden
Onder organisaties vallen bedrijven (daarbinnen ondernemingen en non-profitorganisaties) en
overige organisaties
Profit (winst ondernemingen) en non-profit organisaties
Profitbedrijven Non-profit Overig
Particuliere school Ministerie Kerk
Douwe egberts Ziekenhuis Amateursportvereniging
Philips School
maar kunnen organisaties ook juridisch indelen > rechtsvormen
rechtspersoon = organisatie die zelfstandig aan het rechtsverkeer deelneemt en eigen rechten en
plichten heeft
bij nv en bv is dat directie kan niet prive aansprakelijk zijn
eenmanszaak geen rechtspersoon, kan prive en op zaakvermogen zijn
Organisaties zonder rechtspersoonlijkheid Eenmanszaak
Maatschap
vennootschap onder firma
commanditaire vennootschap
Organisaties met rechtspersoonlijkheid Besloten vennootschap
Naamloze vennootschap
Vereniging
Coöperatie
Onderlinge waarborgmaatschappij en stichting
Fusie = 2 of meer organisaties samengevoegd in een nieuw verband
- Bijv ABN AMRO bank
- ING
Overname = neemt de ene organisatie de ander over
- Jumbo nam C1000 over
Joint venture = vorm van samenwerking waarbij samenwerkende organisaties een deel van hun
vermogen inbrengen in een nieuw bedrijf dat voor gezamenlijke rekening en risico een project tot
ontwikkeling brengt
Strategische samenwerking = verband tussen 2 of meer organisaties die met behoud van
zelfstandigheid en identiteit samenwerken op deelgebied dat wezenlijk van belang is voor
continuïteit van afzonderlijke organisatie
- Philips en douwe egbert die samen het senseo apparaat introduceerde
,Outsourcing = volledig richten op haar kerntaken
Samenwerking distributiekanaal = inkoopcombinatie
Licentie = toestemming om uitvinden zelf te maken te verkopen en toe te passen
Oprichten organisatie gebeurd: voldoet aan algemene menselijke behoefte aan voorspelbaarheid en
ordening
Economisch verkeer belangrijke rol > veel transacties in geld
Economisch kringloopmodel: wisselwerking tussen verschillende organisaties is de motor van onze
maatschappij
- Mensen en middelen inputfactoren > omgezet in producten en diensten voor de afnemers
Wetenschappelijke stromingen binnen het vak gebied
Eerste aanzet tot organisaties was tijdens eerste industriële revolutie
- Kwam meer productie in fabrieken en dus meer kennis nodig om goed te kunnen besturen
Eind 19e eeuw 3 periodes:
19e eeuw – 1935
1935 – 1955
1955 – heden
19e eeuw tot 1935
Scientific management van Frederick Taylor
- Streven naar efficiency stond voorop
, - Lopende band werk
- Prestatiebeloning > hogere geldprikkels een hogere productiviteit dacht hij
- Organisatie zonder mensen
- Organisatie als gesloten systeem
- Laisser faire (minimale overheidsbemoeienis)
- Kapitalisme bloeide in die periode en bescherming van vakbonden en
socialeverzekeringswetgeving nog niet bestond
Henri fayol en max weber
Fayol was ingenieur en gebruikte ervaring als directeur in general management theory (plannen,
organiseren, opdrachten, afstemmen, controleren)
Weber bekend om zijn ideeën over rationele organisatie. Samenwerkingsverband waarin
werknemers gemakkelijk controleerbaar en vervangbaar zijn
1935 – 1955
Human relations benadering
- Reactie op starre denkbeelden van scientific management
- Door hawthorne experimenten begon besef door te dringen dat werk niet leid tot rationele
overwegingen maar ook sociale aspecten > meer succes
- Mensen en organisaties
- Organisatie als gesloten systeem (omgevingsinvloeden waren gering > klein en niet
belangrijk, schaarste was erg groot
Bennis en perrow vonden dat het te eenzijdig gericht was op het individu en te weinig rekening hield
met technische aspecten van de organisatie
Revionisme (herziening) zit tussen scientific management en human relations
- Principe van taakverrijking
- Integratie van scientific management en human relations
1955 – heden
Grote economische bloei met grote maatschappelijke veranderingen
Besef over open systeem
Systeemtheorie > samenwerken en problemen van verschillende kanten bekijken
Meer besef dat 1 persoon niet alle beslissingen kan nemen. Betrokkenheid, medezeggenschap,
delegatie komen ook op de lagere niveaus
Wet op de ondernemingsraden van 1950 WOR
Nederland is medezeggenschapsrecht ontwikkeld. Werknemers beschikken over wettelijke
inspraakrecht
Europese ondernemingsraad
Contingentiebenadering
- Niet 1 beste manier van leidinggeven en structureren is
- Externe ontwikkelingen
- Organisatie als open systeem
- Overleg en participatie (actieve deelname)
Joan woodward: aanzet tot het ontstaan
Lawrence en lorsche: introduceerde het woord na de bevindingen van woodward
, Organisatiedeskundigen
Peter drucker
- Vermaarde denker en schrijver
- Westerse wereld na eerste industriële revolutie waarin productiviteitsstijging door
efficiëntere inzet van fysieke productiefactoren centraal stond
- Kennisrevolutie plaats gevonden en verdere economische groei
Henry mintzberg
- Canadese hoogleraar
- Basisconfiguraties ontwikkeld van leidinggeven en structureren
- Hangt van situatie af een juiste bestaat niet
- 2 punten: manier coördineren en plaats van macht
Michael porter
- Harvard professor
- Strategisch denken in ondernemingen
- Vijfkrachtenmodel > onderscheid naast directe concurrenten ook potentiële toetreders,
aanbieders, handel, leveranciers tegen achtergrond van toetredings- en
uittredingsbelemmeringen
Michael hammer
- Stelt dat structurering en verdeling van werkzaamheden zal verdwijnen
- Door veel veranderingen moet je snel inhaken en moet je zelfsturing van medewerkers
hebben > onderscheid leiding en uitvoerende vervaagt
- Gericht op resultaat
- Leiding meer op coachen en meer procesgericht
Schaarste > vraag groter dan aanbod
Efficiency > kwaliteit > flexibiliteit > innovatie
Netwerkfirma = organisatie die voor bepaalde taken in haar primaire of ondersteunende processen
afhankelijk is van partners in haar netwerk
- Uitgangspunt is organisatie zich binnen haar netwerk toelegt op haar kernactiviteiten
- Zo kun je efficiency en alert en flexibel op ontwikkelingen in de markt reageren
Disruptieve businessmodel: ontwrichtend werken in de markt waar ze betrekking op hebben
Clayton christenen stelt dat innovaties vaak eenvoudigere producten zijn die zich eest richten op
doelgroepen die de bedrijven niet of nauwelijks bedienen
Belanghebbenden zijn stakeholders (een aandeelhouder, kan werken maar hoeft niet)
Organisatie-evenwicht volgens keuning = organisatie erin slaagt externe en interne belanghebbenden
te belonen dat zij in ruil voor hun bijdragen gemotiveerd blijven deelnemen aan organisatie
Verschil dirigerende en constituerende beslissingen
Transformatieproces
Middelen en mensen > leiding > doelstellingen
Theorie van fayol nog steeds relevant