100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Nederlands 2, woordenschat

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
11
Geüpload op
07-04-2025
Geschreven in
2024/2025

Deze samenvatting is speciaal gemaakt voor het tentamen Woordenschat 2 aan de Hogeschool Windesheim (PABO). De samenvatting is overzichtelijk per PowerPoint ingedeeld, zodat je deze makkelijk kunt gebruiken naast het lesmateriaal. Alle belangrijke begrippen die je moet kennen voor het tentamen zijn vetgedrukt, met daaronder steeds een onderstreepte uitleg zodat je de betekenis goed kunt onthouden. Daarnaast heb ik ook extra begrippen uit de kennisbasis toegevoegd. Tijdens mijn tentamen kwamen hier ook vragen over, dus dit kan je net dat extra voordeel geven! Ik heb deze samenvatting zelf gebruikt om te leren en heb daarmee een 8,5 gehaald. Een aanrader als je gericht wilt leren voor je toets!

Meer zien Lees minder









Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
7 april 2025
Aantal pagina's
11
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

POWERPOINT 1 - WOORDENSCHAT
Welke leerlingen hebben problemen met woordenschat?

 Leerlingen van lage sociaaleconomische afkomst
 NT2 leerlingen. (kinderen met Nederlands als 2e taal)
 Kinderen met een TOS (Taal Ontwikkelingsstoornis).
 Kinderen die thuis alleen dialect spreken



Wat is een woord? Een woord is een klank geheel of lettercombinatie met een betekenis. De letters
of klanken vormen samen het label voor een betekenis (concept).

 label = woordvorm uitspraak schrijfwijze
Het woord: vulkaan
 Concept = begrip rondom het woord (betekenis)
berg, vuur, uitbarsten

Een woord komt bijna nooit alleen voor, maar meestal met andere woorden in specifieke context. Die
vormen samen de gebruiksaspecten van een woord.



Wat wordt er verstaan onder woordenschat?: Het geheel van woorden en woordbetekenissen
waarover iemand mondeling en schriftelijk kan beschikken. Deze bestaat uit receptieve of productieve
woordenschat

Receptieve of passieve woordenschat: de woorden die we begrijpen. van wat je leest of hoort. Een
leerling beschikt receptief over een woord als hij bijvoorbeeld bij het horen of lezen van het woord
cavia het juiste plaatje kan aanwijzen.

 4 jaar → 3300 woorden
 12 jaar → 17.000 woorden
 Volwassen → 50.000/ 70.000 woorden

Productieve en actieve woordenschat: de woorden die we zelf gebruiken als je leest of schrijft. Een
leerling beschikt productief over een woord als hij bijvoorbeeld bij het zien van een plaatje van een
cavia, dit dier kan benoemen.

 4 jaar → 2000 woorden (2000 woorden nodig om de communicatie op school te kunnen
volgen en er aan deel te nemen)
 12 jaar → 5000 woorden
 Volwassen → 30.000/ 40.000 woorden


Woordenschat is een hecht netwerk van woordvormen en betekenisverbindingen. Bij het leren van
woorden (woordenschatverwerving) zijn 3 principes te onderscheiden:

1. Labelen: op een voorwerp of een gebeurtenis wordt als het ware een etiket geplakt. Kinderen
leren waar een woord in een bepaalde context naar verwijst. Bijvoorbeeld: een kind gebruikt
vis voor de goudvis die in de kom zwemt.
2. Categoriseren: de kinderen leren het woord ook in een andere context toe te passen. ieder
label verwijst naar een categorie van dingen. Bijvoorbeeld: het kind ontdekt dat er veel
verschillende zwemmende dieren zijn die vis heten, ze verschillen in vorm, kleur, enzovoort.

, 3. Netwerkopbouw: het woord krijgt verbindingen met andere woorden. Ieder woord is
verbonden met andere woorden. Een kind leert dat je vissen kunt vangen met een hengel of
met een net. Op deze manier vormt zich een netwerk van woorden om het woord vis heen.

Woordenschatopbouw: de opbouw van het netwerk van woorden waarover een taalgebruiker
receptief en of productief beschikt. dient woorden in clusters aan te beiden, zodat leerling een
netwerk van woorden opbouwt. De woordenschat van een taalgebruiker is immers geen verzameling
losse woorden. De woorden vormen een netwerk van onderling verbonden elementen. Er bestaan
verschillende soorten relaties tussen woorden.

 betekenisrelaties
o synoniem (venster en raam)
o antoniem (licht en donker)
o categorie en exemplaar (vogel en mus)
o context (koekenpan en schort)
 vormrelaties
o tussen woorden die hetzelfde klinken, woorden die rijmen (bank-rank),
o woorden die hetzelfde klinken maar iets anders betekenen (bank-bank).


Woordenschatverwerving: woorden worden geleerd in samenhang met andere woorden. Ze worden
in een netwerk bij elkaar opgeslagen.

Woorden zijn betekenisdragers in een taal. Woordenschat vergroten -> lezen/luisteren/spreken.


Wat is het percentage woorden dat bekend moet zijn om een tekst te kunnen begrijpen?

 80% ondergrens om een tekst te kunnen begrijpen
 90% begrijpt men de hoofdzaken van een tekst (het tekstdekkingspercentage)
 95% begrip van details


Het leren van Nederlands kan via 2 routes lopen:

1. Een nieuw woord voor een bekend begrip: het concept (betekenis) is al in de 1e taal
verworven, de NT2-er hoeft alleen maar de nieuwe klankvorm op het concept te plakken.
2. Een nieuw woord voor een nieuw begrip: het concept (betekenis) is nog niet in de 1e taal
verworven. Woord, achterliggende betekenis plus verbindingen met andere woorden moeten
van voren af aan geleerd worden.


Hiërarchische relatie: (Bijvoorbeeld: kanarie > vogel > dier).

 Een dergelijke ordening speelt bij de opbouw van schoolse kennis een belangrijke rol: ieder
concept heeft een bepaalde plaats in de hiërarchie en op elk niveau worden nieuwe
onderverdelingen gemaakt.
 In het onderwijs leren kinderen steeds meer hiërarchische verbanden tussen concepten.


Mentale lexion: maakt deel uit van ons langetermijngeheugen waar alle woorden die we onthouden
worden in opgeslagen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
isabeln windesheim zwolle
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
53
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
12
Documenten
6
Laatst verkocht
6 dagen geleden

4,1

17 beoordelingen

5
6
4
7
3
4
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen