door Roos Verhagen:
oorcollege 1– Inleiding tot Duurzame Interventiemethoden
H
Hoorcollege 2– Probleemanalyse
Hoorcollege 3– System Dynamic Modelling (SDM)
Hoorcollege 4– SDM 2
Hoorcollege 5– Multi-actor Analyse
Hoorcollege 6– Ontwerpen van Alternatieve Oplossingen
Hoorcollege 7– Multi-Criteria Analyse (MCA)
Hoorcollege 8– Maatschappelijke Kosten-Baten Analyse (MKBA)
Hoorcollege 9– Projectmanagement
Hoorcollege 10– Kritische Reflectie en de Politieke Dimensie van Duurzame
Interventies
amenvattingmet belangrijke rijtjes die je uit je hoofd moet kennen voor het
S
tentamen
+ 20 meerkeuzevragen + antwoorden (oefententamen)
1
, oorcollege 1 – Inleiding tot Duurzame
H
Interventiemethoden
Datum:27 januari 2025
Waarom deze cursus?
● U itdagingen rond duurzaamheidvereiseninterventiesom de impact van
menselijke activiteiten op het milieu en de samenleving te beheersen.
● Interventies zijn noodzakelijkwanneer de huidige situatie als problematisch
wordt ervaren en verbetering nodig is.
● Belang van stakeholderparticipatie:
○ De wereld is steeds meeronderling verbonden, en de meeste
problemen betreffen meerdere actoren.
○ Duurzame interventies kunnen niet los van sociale en politieke
contexten worden gezien.
Wat is duurzaamheid?
● D uurzaamheidis een sociaal doel om eenlangetermijnbalanstussen mens en
planeet te bereiken.
● Er isgeen eenduidige definitie; de betekenis varieert per context en tijdperk.
● DeBrundtland-definitie(1987):
“Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die voorziet in de behoeften van het
heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften
te voorzien in gevaar te brengen.”
Drie dimensies (pijlers) van duurzaamheid (3 p’s):
1. M ilieu (environmental)→ Bescherming van ecosystemen en natuurlijke
hulpbronnen.
2. Economie (economic)→ Duurzame economische groei zonder uitputting van
hulpbronnen.
3. Sociaal (social)→ Rechtvaardigheid en welzijn voor huidige en toekomstige
generaties.
Vragen bij deze benadering:
I s een balans tussen deze dimensies echt haalbaar?
●
● Wat ontbreekt of wordt overdreven in dit model?
● In hoeverre is duurzaamheidmensgerichten niet gericht op andere
organismen?
● Voor wie wordt duurzaamheid in stand gehouden?
● Niet iedereen profiteert in gelijke mate van duurzaamheidsinitiatieven.
2
,Klimaatverandering als kernprobleem binnen duurzaamheid
● K limaatverandering bedreigt duurzaamheiddoor verstoring van
ecosystemen, economieën en gemeenschappen.
● Verschillende interpretaties van klimaatverandering leiden tot verschillende
interventiestrategieën.
Verschillende discoursen over klimaatverandering (Hulme, 2009)
1. E denic→ Terugkeer naar een eenvoudiger, ongerept tijdperk; de wereld is
kwetsbaar en moet beschermd worden.
2. Apocalyptic→ Dreiging en angst; een oproep totdirecte actieom de toekomst
te redden.
3. Promethean→ De mens moetcontrole uitoefenen op de natuur, maar dit kan
zonder voldoende besef van gevolgen.
4. Themesian→ Focus oprechtvaardigheid en gelijkheid; duurzaamheid moet
sociale ongelijkheden herstellen.
Deze discoursen sluiten elkaar niet uit, maar worden vaak gecombineerd in beleid
→
en interventies.
Cradle to Cradle en de kritiek op ‘be less bad’
● C radle to Cradle (McDonough & Braungart, 2002)→ introduceert het idee van
eencirculaire economie.
● Kritiek:Minder slecht zijn is niet voldoende. Werkelijke duurzaamheid vereist
herontwerpvan productie- en consumptiesystemen.
● Citaten uitCradle to Cradle:
“Blindly adopting superficial environmental approaches without fully
understanding their effects can be no better—and perhaps even worse—than doing
nothing.”
“To be less bad is to accept things as they are, to believe that poorly designed,
dishonourable, destructive systems are the best humans can do. This is the ultimate
failure of the ‘be less bad’ approach: a failure of the imagination.”
oorcollege 1b – Systeemanalyse voor multi-actor beleid
H
en besluitvorming
Structuur van beleids- en besluitvorming
ensystematische aanpakis nodig om duurzame interventies effectief te maken. Dit
E
proces omvat de volgende stappen:
3
, 1. P robleemanalyse→ Identificeren van het probleem en de context waarin het
zich voordoet.
2. Ontwikkeling van alternatieven→ Formuleren van mogelijke oplossingen.
3. Impactanalyse→ Beoordelen van de effecten van verschillende
interventiescenario’s.
4. Implementatie en evaluatie→ Uitvoeren van de gekozen strategie en meten
van effectiviteit.
Wanneer moeten we interveniëren?
W
● anneer erontevredenheidis over de huidige of verwachte situatie.
● Wie bepaalt dit?→ Wie is de probleemeigenaar?
Interventie in een systeem
● D irect of indirect→ Binnen een
bestaand systeem kan zowel direct als
indirect ingegrepen worden.
● Doel:Verkleinen van de klooftussen
de gewenste en huidige situatie.
● Methoden:Scenario’s en modellen
gebruiken om effecten te voorspellen
en te analyseren.
● Indicatoren:Criteria vaststellen op
basis van de voorkeuren van
stakeholders.
Probleemanalyse en systeemanalyse
ij het formuleren van een probleem is het essentieel om het systeem waarin het
B
probleem zich voordoet te definiëren. Dit omvat:
S
● ysteemboundary→ Wat valt binnen en buiten de analyse?
● Stakeholders en actoren→ Wie zijn betrokken en beïnvloed door het
probleem?
4
, Vier typen beleidssturing:
. J uridisch→ Wet- en regelgeving.
1
2. Economische stimulansen→ Subsidies, belastingen, beprijzing van externe
effecten.
3. Faciliterend/communicatief→ Draagvlak creëren en bewustwording
vergroten.
4. Zelfregulering→ Private of maatschappelijke initiatieven zonder directe
overheidsbemoeienis.
Phase Model: Theoretical Lens on Decision-Making
etPhase Modelvan Findeisen & Quade (1985) biedt een systematische methode
H
voor besluitvorming en beleidsanalyse. Het model bestaat uit vier fasen en helpt bij
het structureren van complexe beslissingsprocessen, zoals duurzame interventies.
Fasen van het Phase Model
et model bestaat uitvier fasen, waarbij elke fase specifieke methoden en
H
technieken gebruikt:
1. Probleemanalyse (Problem Analysis)
Doel: Het probleem identificeren en de context begrijpen.
● P robleemformulering:Definieer het probleem duidelijk en bepaal de
systeemboundary.
● Actoranalyse:Identificeer betrokken partijen en hun belangen.
● Output: Een heldere definitie van het probleem, inclusief een overzicht van de
relevante actoren en factoren.
5