Filosofie voor pedagogen
1. Inleiding, introductie in filosofie, relevantie voor pedagogen en de belangrijkste
stromingen
Archard H1, 2 en 3
Filosofische stromingen:
- Wetenschapsfilosofie = kritisch onderzoeken van aannames, methoden en resultaten
- Ethiek = bestuderen en analyseren van moraal
- Moraalfilosofie = wat is goed gedrag
- Sociale en politieke filosofie = hoe ga je om met elkaar, wat is rechtvaardig
Opvoedingsfilosofen:
- Oudheid > Socrates, Plato, Aristoteles, Augustinus van Hippo
- Middeleeuwen > Thomas van Aquino
- Humanisme > Erasmus, Melanchton, de Montaigne
- Verlichting > Comenius, Locke, Rousseau, Kant
- Hedendaags > Dewey
- Tegenwoordig ligt de nadruk vaak op bestaansethiek (maak ik eigen keuzes, wat voor zin heeft
mijn bestaan)
Wat is een kind?
- Wettelijk gezien tot 18 jaar en vanaf de geboorte of eerder (abortus)
- Geen kind meer als je jezelf kan voortplanten en voor jezelf kan zorgen
- Je kunt alleen bepalen wat de rechten van een kind zijn als je weet wanneer iets een kind is
Verdeling kindertijd:
- Vroege periode > tot 2 jaar, geen borstvoeding meer en leren praten
- Midden kindertijd > 2 – 12 jaar of 6 – 12 jaar
- Puberteit en adolescentie
Kenmerken filosoferen:
- Piaget > abstract en hypothetisch denken
- Freud > psychologische ontwikkeling
- Kohlberg > moreel redeneren
Zwarte en Witte Legende:
- Zwart = kinderen werden gezien als volwassenen in het klein, geen liefdevolle relaties, voor
Verlichting en industrialisatie
o Theorie van Ariés gebaseerd op schilderijen waarop kinderen als volwassenen gekleed
en behandeld werden en de kinderdood zakelijk werd behandeld
- Witte = duidelijk onderscheid tussen kinderen en volwassenen, liefdevolle relaties, zou al in de
Middeleeuwen zo zijn
o Kritiek op theorie van Ariés want voor schilderijen was het een bepaalde stijl en er zijn
documenten waarin wel verdriet over het overlijden te vinden was
- Archard > Ariés heeft wel gelijk op het punt dat we vroeger anders met kinderen omgingen
Infantilisering (1850-1950) = kinderen mochten niet meer in fabrieken werken, kregen scholing en
werden als aparte wezens bekeken
Sociaal contract
- Samenleven in het belang van het geheel
- Natuurstaat = hoe zou de wereld zijn zonder regels, wetten, normen en rechten
, o Natuurstaat is niet mogelijk
- Hobbes (1588-1679) > Engelse filosoof, grondlegger van sociaal contract
o Iedereen is van nature gelijk
o Mens is een individu en relaties zijn uit eigenbelang
o Geluk is een eindeloze beweging van verlangen, maar wordt nooit bereikt
o Mensen leven in onzekerheid en dreiging en streven naar vrede
o Recht op vrijheid afdragen aan soevereine macht
o Opvoeder zal niet sensitief zijn
à Ouderschap > ouders hebben alle macht en kinderen hebben geen rechten
- Locke (1632-1704) > vroege Verlichting, Engels, Some Thoughts Concering Education
o Mensen zijn vrij en onderling gelijk, ze kunnen in vrede leven zonder gezag
o Natuurlijke rechten > vrijheid en gelijkheid, belang van het geheel
o Iedereen is eigen rechter, daarom zijn er onpartijdige rechters nodig en mensen die de
macht hebben in de uitvoering, rechten zijn dus nodig om gelijkheid te waarborgen
o Belang van de opvoeding is aanleren van vrijheid en gelijkheid
o Child-centered-education
o Kinderen worden onschuldig geboren, tabula rasa, ouders zijn de baas maar dat is geen
recht, kennis niet aangeboren
o Kinderen zijn vreemdelingen in ‘onze wereld’ omdat ze geen kennis en moreel besef
hebben
o Doel van de opvoeding is het kind tot rede brengen, de neiging tot denken zit in het kind
zelf en opvoeding moet dat stimuleren, fysiek strahen is slecht
o Kind heeft ook eigen behoeftes en verlangens
à Ouderschap > ouders krijgen de macht als ze daar capabel genoeg voor zijn
- Rousseau (1712-1778) > schrijver, Frankrijk, Emile boek
o Mens is vrij en onafhankelijk, heeft genoeg aan zichzelf, geen besef van goed en kwaad,
geen angst en geen privébezit
o Mens wordt zonder fout geboren, beland in een maatschappij vol rijkdom en macht wat
ervoor zorgt dat ze slecht worden, beschaving is de oorzaak van conflicten
o Kind is nog niet verpest, staat dicht bij de natuur en is onschuldig
à Ouderschap > ouders hebben de plicht hun kind op te voeden maar wel genoeg
vrijheid te geven zodat het kind zichzelf kan ontwikkelen
2. Wetenschapsfilosofie I
Artikel Smedslund – The bricoleur model of psychological practice
Bricoleur = onderzoeker die niet door kan in zijn onderzoek volgens standaardprocedures en dus probeert het
te doen met wat hij wel heeft
Psychologie is niet als een natuurwetenschap omdat:
- Het wordt beïnvloed door oneindig veel factoren
- Psychologen houden andere uitkomsten van eerdere gevallen in hun hoofd
- De regelmatigheden die gevonden kunnen worden komen gewoon omdat het in dezelfde cultuur
plaatsvindt en hebben dus geen wetenschappelijke basis
- Personen zijn ontzettend uniek door wat ze hebben meegemaakt
Bricoleur model = hoe een psycholoog zich moet gedragen in de steeds weer verschillende situaties
- De psycholoog moet het contact aangaan met zo min mogelijk van tevoren ingenomenheid
1. Inleiding, introductie in filosofie, relevantie voor pedagogen en de belangrijkste
stromingen
Archard H1, 2 en 3
Filosofische stromingen:
- Wetenschapsfilosofie = kritisch onderzoeken van aannames, methoden en resultaten
- Ethiek = bestuderen en analyseren van moraal
- Moraalfilosofie = wat is goed gedrag
- Sociale en politieke filosofie = hoe ga je om met elkaar, wat is rechtvaardig
Opvoedingsfilosofen:
- Oudheid > Socrates, Plato, Aristoteles, Augustinus van Hippo
- Middeleeuwen > Thomas van Aquino
- Humanisme > Erasmus, Melanchton, de Montaigne
- Verlichting > Comenius, Locke, Rousseau, Kant
- Hedendaags > Dewey
- Tegenwoordig ligt de nadruk vaak op bestaansethiek (maak ik eigen keuzes, wat voor zin heeft
mijn bestaan)
Wat is een kind?
- Wettelijk gezien tot 18 jaar en vanaf de geboorte of eerder (abortus)
- Geen kind meer als je jezelf kan voortplanten en voor jezelf kan zorgen
- Je kunt alleen bepalen wat de rechten van een kind zijn als je weet wanneer iets een kind is
Verdeling kindertijd:
- Vroege periode > tot 2 jaar, geen borstvoeding meer en leren praten
- Midden kindertijd > 2 – 12 jaar of 6 – 12 jaar
- Puberteit en adolescentie
Kenmerken filosoferen:
- Piaget > abstract en hypothetisch denken
- Freud > psychologische ontwikkeling
- Kohlberg > moreel redeneren
Zwarte en Witte Legende:
- Zwart = kinderen werden gezien als volwassenen in het klein, geen liefdevolle relaties, voor
Verlichting en industrialisatie
o Theorie van Ariés gebaseerd op schilderijen waarop kinderen als volwassenen gekleed
en behandeld werden en de kinderdood zakelijk werd behandeld
- Witte = duidelijk onderscheid tussen kinderen en volwassenen, liefdevolle relaties, zou al in de
Middeleeuwen zo zijn
o Kritiek op theorie van Ariés want voor schilderijen was het een bepaalde stijl en er zijn
documenten waarin wel verdriet over het overlijden te vinden was
- Archard > Ariés heeft wel gelijk op het punt dat we vroeger anders met kinderen omgingen
Infantilisering (1850-1950) = kinderen mochten niet meer in fabrieken werken, kregen scholing en
werden als aparte wezens bekeken
Sociaal contract
- Samenleven in het belang van het geheel
- Natuurstaat = hoe zou de wereld zijn zonder regels, wetten, normen en rechten
, o Natuurstaat is niet mogelijk
- Hobbes (1588-1679) > Engelse filosoof, grondlegger van sociaal contract
o Iedereen is van nature gelijk
o Mens is een individu en relaties zijn uit eigenbelang
o Geluk is een eindeloze beweging van verlangen, maar wordt nooit bereikt
o Mensen leven in onzekerheid en dreiging en streven naar vrede
o Recht op vrijheid afdragen aan soevereine macht
o Opvoeder zal niet sensitief zijn
à Ouderschap > ouders hebben alle macht en kinderen hebben geen rechten
- Locke (1632-1704) > vroege Verlichting, Engels, Some Thoughts Concering Education
o Mensen zijn vrij en onderling gelijk, ze kunnen in vrede leven zonder gezag
o Natuurlijke rechten > vrijheid en gelijkheid, belang van het geheel
o Iedereen is eigen rechter, daarom zijn er onpartijdige rechters nodig en mensen die de
macht hebben in de uitvoering, rechten zijn dus nodig om gelijkheid te waarborgen
o Belang van de opvoeding is aanleren van vrijheid en gelijkheid
o Child-centered-education
o Kinderen worden onschuldig geboren, tabula rasa, ouders zijn de baas maar dat is geen
recht, kennis niet aangeboren
o Kinderen zijn vreemdelingen in ‘onze wereld’ omdat ze geen kennis en moreel besef
hebben
o Doel van de opvoeding is het kind tot rede brengen, de neiging tot denken zit in het kind
zelf en opvoeding moet dat stimuleren, fysiek strahen is slecht
o Kind heeft ook eigen behoeftes en verlangens
à Ouderschap > ouders krijgen de macht als ze daar capabel genoeg voor zijn
- Rousseau (1712-1778) > schrijver, Frankrijk, Emile boek
o Mens is vrij en onafhankelijk, heeft genoeg aan zichzelf, geen besef van goed en kwaad,
geen angst en geen privébezit
o Mens wordt zonder fout geboren, beland in een maatschappij vol rijkdom en macht wat
ervoor zorgt dat ze slecht worden, beschaving is de oorzaak van conflicten
o Kind is nog niet verpest, staat dicht bij de natuur en is onschuldig
à Ouderschap > ouders hebben de plicht hun kind op te voeden maar wel genoeg
vrijheid te geven zodat het kind zichzelf kan ontwikkelen
2. Wetenschapsfilosofie I
Artikel Smedslund – The bricoleur model of psychological practice
Bricoleur = onderzoeker die niet door kan in zijn onderzoek volgens standaardprocedures en dus probeert het
te doen met wat hij wel heeft
Psychologie is niet als een natuurwetenschap omdat:
- Het wordt beïnvloed door oneindig veel factoren
- Psychologen houden andere uitkomsten van eerdere gevallen in hun hoofd
- De regelmatigheden die gevonden kunnen worden komen gewoon omdat het in dezelfde cultuur
plaatsvindt en hebben dus geen wetenschappelijke basis
- Personen zijn ontzettend uniek door wat ze hebben meegemaakt
Bricoleur model = hoe een psycholoog zich moet gedragen in de steeds weer verschillende situaties
- De psycholoog moet het contact aangaan met zo min mogelijk van tevoren ingenomenheid