BIJLAGE: Epilepsie
Methodische beschrijving van een ziektebeeld
Toelichting:
Verpleegkundigen zijn gericht op gevolgen van ziekten, stoornissen en/of
handicaps van deze patiënten en reageren hierop met hun eigen
beroepsmethodiek (verpleegkundige anamnese, verpleegkundige
problemen/diagnoses, verpleegkundige resultaten en verpleegkundige
interventies en evaluatie).
De methode omvat 13 stappen. De dertiende stap geeft de overgang naar de
verpleegkundige invalshoek aan: ingaan op gevolgen van ziekte, stoornis en/of
handicap. Het is de bedoeling dat de elke stap met voldoende diepgang wordt
ingevuld. De MBZ is een hulpmiddel en geen doel op zich.
Vanuit een gerichte en gedegen methodische analyse van ziekten, stoornissen
en handicaps kan de laatste stap naar een grondige toepassing van de
verpleegkundige methodiek volgen.
Hieronder worden de dertien stappen uitgewerkt. Vraag je bij elke stap af wat de
bedoeling en de verpleegkundige relevantie ervan is.
Methodische beschrijving van een ziekten, stoornissen en/of handicaps
1. Korte omschrijving
Epilepsie is een hersenaandoening die het gevolg is van een plotselinge,
tijdelijke verstoring van het elektrisch evenwicht in de hersenen. Hierdoor
ontstaan aanvallen die van persoon tot persoon kunnen verschillen en waarvan
de verschijnselen afhangen van de plaats waar de elektrische verstoring
optreedt.
2. Epidemiologie
Cijfers RIVM:
60.500 mensen met epilepsie
In 2019 waren er naar schatting 60.500 personen met epilepsie die voor deze
klacht zorg hebben gehad van de huisarts of waarvan de huisarts wist dat de
patiënt zorg ontving in de tweede lijn (zorgprevalentie): 31.700 mannen en
28.800 vrouwen. Dit komt overeen met 3,7 per 1.000 mannen en 3,3 per 1.000
vrouwen.
, 3. Oorzaak
De volgende ziektebeelden worden in verband gebracht met epilepsie:
- Hersenabces
- NAH
- Aangeboren hersenletsel
- Beroerte
- Infecties
- Hersentumor
- Overmatig alcohol – of druggebruik
- Erfelijke aanleg
4. Normale bouw en functie/normale menselijk functioneren.
Je hersenen (cerebrum) zitten in je hoofd. Ze vormen samen met je ruggenmerg
het centrale zenuwstelsel. Via je ruggenmerg zijn je hersenen verbonden met
een uitgebreid netwerk van zenuwen, dat door je hele lichaam loopt, het perifere
zenuwstelsel.
Je hersenen zijn het centrale aanstuurpunt van je lichaam. Ze sturen je spieren
aan, waardoor je kunt rennen, springen of schrijven. Maar ze zorgen er óók voor
dat je kunt ademhalen, je hart blijft kloppen en je maag-darmkanaal goed blijft
werken. Je hersenen zorgen ervoor dat je kunt nadenken, leren, onthouden en
nog veel meer. Ze zorgen ook nog voor ongelooflijk veel andere processen in je
lichaam waarvan je niets merkt. Kortom, hersenen zijn onmisbaar.
Je hersenen bestaan uit miljarden cellen die voortdurend boodschappen aan
elkaar doorgeven, dat doen ze o.a. via elektrische signalen of prikkels. Die
prikkels zorgen er bijvoorbeeld voor dat je tijdens het spelen of rennen je spieren
goed aanspant of dat je tijdens het schrijven je vingers goed gebruikt. Een
epileptische aanval (insult) ontstaat als een groep hersencellen ongecontroleerd
en ongevraagd prikkels gaat afgeven en doorsturen. Prikkels die eigenlijk pas
afgegeven moeten worden op het moment dat je ze nodig hebt.
Hoeveel last je hebt van een epileptische aanval, hangt af van de grootte van die
groep hersencellen en de plek in de hersenen waar ze liggen. Als het
bijvoorbeeld hersencellen zijn die je linkerbeen aansturen, dan krijg je tijdens
een aanval trekkingen aan je linkerbeen. Elk gebied in de hersenen stuurt
namelijk bepaalde lichaamsfuncties aan, zoals spraak, beweging of het zien. Hoe
de aanvallen eruitzien, hangt onder andere af van het gebied waar de prikkels
beginnen.
5. Categorie/indeling
Epilepsie valt binnen de categorie neuropathieën, dit houd in een dat het een
hersenziekte is.
Methodische beschrijving van een ziektebeeld
Toelichting:
Verpleegkundigen zijn gericht op gevolgen van ziekten, stoornissen en/of
handicaps van deze patiënten en reageren hierop met hun eigen
beroepsmethodiek (verpleegkundige anamnese, verpleegkundige
problemen/diagnoses, verpleegkundige resultaten en verpleegkundige
interventies en evaluatie).
De methode omvat 13 stappen. De dertiende stap geeft de overgang naar de
verpleegkundige invalshoek aan: ingaan op gevolgen van ziekte, stoornis en/of
handicap. Het is de bedoeling dat de elke stap met voldoende diepgang wordt
ingevuld. De MBZ is een hulpmiddel en geen doel op zich.
Vanuit een gerichte en gedegen methodische analyse van ziekten, stoornissen
en handicaps kan de laatste stap naar een grondige toepassing van de
verpleegkundige methodiek volgen.
Hieronder worden de dertien stappen uitgewerkt. Vraag je bij elke stap af wat de
bedoeling en de verpleegkundige relevantie ervan is.
Methodische beschrijving van een ziekten, stoornissen en/of handicaps
1. Korte omschrijving
Epilepsie is een hersenaandoening die het gevolg is van een plotselinge,
tijdelijke verstoring van het elektrisch evenwicht in de hersenen. Hierdoor
ontstaan aanvallen die van persoon tot persoon kunnen verschillen en waarvan
de verschijnselen afhangen van de plaats waar de elektrische verstoring
optreedt.
2. Epidemiologie
Cijfers RIVM:
60.500 mensen met epilepsie
In 2019 waren er naar schatting 60.500 personen met epilepsie die voor deze
klacht zorg hebben gehad van de huisarts of waarvan de huisarts wist dat de
patiënt zorg ontving in de tweede lijn (zorgprevalentie): 31.700 mannen en
28.800 vrouwen. Dit komt overeen met 3,7 per 1.000 mannen en 3,3 per 1.000
vrouwen.
, 3. Oorzaak
De volgende ziektebeelden worden in verband gebracht met epilepsie:
- Hersenabces
- NAH
- Aangeboren hersenletsel
- Beroerte
- Infecties
- Hersentumor
- Overmatig alcohol – of druggebruik
- Erfelijke aanleg
4. Normale bouw en functie/normale menselijk functioneren.
Je hersenen (cerebrum) zitten in je hoofd. Ze vormen samen met je ruggenmerg
het centrale zenuwstelsel. Via je ruggenmerg zijn je hersenen verbonden met
een uitgebreid netwerk van zenuwen, dat door je hele lichaam loopt, het perifere
zenuwstelsel.
Je hersenen zijn het centrale aanstuurpunt van je lichaam. Ze sturen je spieren
aan, waardoor je kunt rennen, springen of schrijven. Maar ze zorgen er óók voor
dat je kunt ademhalen, je hart blijft kloppen en je maag-darmkanaal goed blijft
werken. Je hersenen zorgen ervoor dat je kunt nadenken, leren, onthouden en
nog veel meer. Ze zorgen ook nog voor ongelooflijk veel andere processen in je
lichaam waarvan je niets merkt. Kortom, hersenen zijn onmisbaar.
Je hersenen bestaan uit miljarden cellen die voortdurend boodschappen aan
elkaar doorgeven, dat doen ze o.a. via elektrische signalen of prikkels. Die
prikkels zorgen er bijvoorbeeld voor dat je tijdens het spelen of rennen je spieren
goed aanspant of dat je tijdens het schrijven je vingers goed gebruikt. Een
epileptische aanval (insult) ontstaat als een groep hersencellen ongecontroleerd
en ongevraagd prikkels gaat afgeven en doorsturen. Prikkels die eigenlijk pas
afgegeven moeten worden op het moment dat je ze nodig hebt.
Hoeveel last je hebt van een epileptische aanval, hangt af van de grootte van die
groep hersencellen en de plek in de hersenen waar ze liggen. Als het
bijvoorbeeld hersencellen zijn die je linkerbeen aansturen, dan krijg je tijdens
een aanval trekkingen aan je linkerbeen. Elk gebied in de hersenen stuurt
namelijk bepaalde lichaamsfuncties aan, zoals spraak, beweging of het zien. Hoe
de aanvallen eruitzien, hangt onder andere af van het gebied waar de prikkels
beginnen.
5. Categorie/indeling
Epilepsie valt binnen de categorie neuropathieën, dit houd in een dat het een
hersenziekte is.