1
1) Opbrengstverantwoording (IFRS 15)
Op basis van IFRS 15 is er het vijf stappen model bij opbrengstverantwoording:
1. Identificeren van het contract met de klant
2. Identificeren van de prestatieverplichtingen
3. Vaststellen van de transactieprijs
4. Alloceren van de transactieprijs aan de prestatieverplichtingen in het contract
5. Verantwoorden van de opbrengst op het moment dat de onderneming een
prestatieverplichting vervult
Stap 1: Identificeren van het contract
Een contract is een overeenkomst tussen twee of meerdere partijen die wettelijk opeisbare
rechten en verplichtingen creëren. Er dient goedkeuring gegeven te zijn, waarbij de rechten en
betalingscondities identificeerbaar zijn en waarschijnlijk zijn.
Er kunnen meerdere contracten afgesloten worden met dezelfde partij rond dezelfde tijd welke
gecombineerd kunnen worden als:
De contracten zijn afgesloten als pakket;
De te betalen vergoeding afhankelijk is van de prijs of prestatie van het andere
contract;
Er sprake is van een enkele prestatieverplichting.
Is er sprake van een contract of niet?
Criterium 1: het contract is onderhandeld als een commercieel object
Criterium 2: het bedrag wat betaald moet worden hangt af van het andere contract
Criterium 3: de goederen en services zijn gezamenlijk een prestatieverplichting.
Stap 2: identificeren van prestatieverplichtingen in het contract
Prestatieverplichtingen worden onderscheiden als ze ‘distinct’ zijn, dit is wanneer aan de
volgende twee voorwaarden wordt voldaan
1. De klant kan van het goed of de dienst profiteren zowel in combinatie als op zichzelf; en
2. De belofte tot levering van de dienst of de goederen is afzonderlijk identificeerbaar.
Als bovenstaande niet het geval is, dan voeg je de prestatieverplichting samen.
Voorwaarden prestatieverplichting:
- Op hetzelfde moment contract afsluiten (het moet hetzelfde doel dienen)
- Met dezelfde klant
Stap 3: Vaststellen van de transactieprijs
Bij een variabele vergoeding moet de entiteit een schatting maken door een van de volgende
methoden te hanteren:
Expected value (verwachte waarde); dit is mogelijk wanneer er sprake is van een groot
aantal contracten met vergelijkbare karakteristieken.
Most likely amount (meest waarschijnlijke bedrag); wanneer er sprake is van een groot
aantal contracten met vergelijkbare karakteristieken. Er wordt gekeken naar het meest
waarschijnlijke bedrag, waarbij het zeer waarschijnlijk is bij een percentage van 90%-
95%. Dit als voorzichtheidshalve en wordt constraint genoemt, dit leidt tot het
voorzichtig zijn met het nemen van de omzet.
Significante financieringscomponent: Vaststellen of er een significante financieringscomponent
is. Mocht deze is er zijn, dan moet je deze uit de omzet halen. De transactieprijs hoeft niet
aangepast te worden voor de effecten van een significante financieringscomponent als ze
verwacht de betaling te ontvangen binnen 12 maanden na de overdracht van de beloofde
goederen en diensten.
Overige bijzonderheden die impact hebben op je transactieprijs:
,2
- Vergoedingen aan de klant; deze moet je verwerken als vermindering van de
transactieprijs
- Retouren; dit mag meegenomen worden wanneer dit hoogstwaarschijnlijk is.
- Ruiltransactie: hiervan is sprake wanneer de goederen gelijksoortig zijn en van gelijke
waarde, dan hoef je niks te verantwoorden.
- Boete: betreft onderdeel van het variabele gedeelte van de verkoopprijs. Wanneer de
uitkomst meer dan 50% is dat de boete betaald moet worden wordt de transactieprijs
verlaagd.
- Kortingen: als je een korting geeft voor hoeveelheden en je weet uit het verleden dat
deze drempel gehaald wordt dan moet je direct rekening houden hierbij en boek je:
Debiteuren
@ opbrengsten
@ terugbetalingsverplichting
Stap 4: Alloceren van de transactieprijs aan de prestatieverplichtingen in het
contract
De transactieprijs alloceer je aan alle prestatieverplichtingen in het contract o.b.v. de relatieve
stand
alone selling price. Dit is de prijs die een entiteit in rekening zou brengen als het losstaand
wordt
verkocht. Wanneer er geen sprake is van een observeerbare prijs maak je gebruik van een van
de volgende
manieren:
1. Adjusted market ssessment-aanpak: marktprijs
2. Expected costs plus a margin-aanpak
3. Residual-aanpak: totale contractprijs minus alle wel observeerbare prijzen
Als er aantoonbaar bewijs is dat korting relateert aan enkele goederen dan wordt deze
proportioneel toegewezen. In andere gevallen wordt gebruik gemaakt van pro-rata allocatie.
Stap 5: opbrengstverantwoording
Omzet wordt verantwoord wanneer de prestatieverplichting uitgevoerd is. Levering vindt plaats
wanneer de klant controle krijgt over het actief. Voor elke prestatieverplichting moet de vraag
gesteld worden of het ‘over time’ of ‘at a point of time’ geleverd wordt. Wanneer er ‘over time’
geleverd wordt, wordt omzet genomen naar rato van de prestatieverplichting. Bij ‘at a point of
time’ wordt omzet genomen wanneer controle wordt overgedragen, dit is het moment dat:
1) De klant een verplichting heeft tot betaling;
2) De klant juridisch aanspraak maakt op het actief;
3) De fysieke eigendom is overgegaan;
4) De ‘risk and rewards’ zijn overgedragen;
5) De klant het actief heeft geaccepteerd.
Omzet over tijd wordt alleen genomen wanneer de entiteit in staat is om de voortgang redelijk
in te schatten. Wanneer dit niet het geval is wordt omzet genomen tot het niveau van de
kosten.
Contract modification: is een wijziging in de scope of prijs van een contract, welke is
goedgekeurd door de partijen. Dit kan zowel mondelijk als schriftelijk zijn. Wanneer de prijs nog
niet is overeengekomen moet er een inschatting worden gemaakt van de prijs. Dit kan op de
volgende manieren:
- Wijziging benomen in een separaat contract. Dit mag wanneer de omvang van het
contract toeneemt en de afzonderlijke goederen een prijs hebben die representatief is
voor een prijs waarbij je dit ook los zou verkopen. Als er teveel korting gegeven wordt is
dit een korting op een bestaand contract.
, 3
- Geen separaat contract opstellen. Wanneer goederen of diensten dinstinct zijn, oftewel
onderscheidbaar, moet deze wijziging worden verwerkt als een creatie van een nieuw
contract en wordt het vorige contract beëindigd. Als goederen not distinct zijn dan
moet de wijziging verwerkt worden in het bestaande contract.
De boeking welke gemaakt wordt bij een contract betreffen:
Vooruitfacturering: debiteuren (B)
@ contract liability (B)
Verantwoording gemaakte kosten: Contract asset (B)
@ crediteuren (B)
Realisatie van kosten na termijn: Kosten (PL)
@ contract asset (B)
Realisatie omzet: Contract liability (B)
@ omzet (PL)
Contractkosten: betreffen de bijkomende kosten voor het verkrijgen van een contract
De bijkomende kosten om een contract te verwerven moet de entiteit opnemen als
actief, wanneer de klant verwacht deze kosten terug te verdienen.
De kosten mogen als kosten worden verwerkt als de amortisatieperiode <1 jaar is.
Een actief moet worden afgeschreven op systematische basis
Deze worden gewaardeerd als contract liabilty of contract asset
Specifieke omzet categorieën:
1) Loyaliteitsprogramma
Het gaat hier o.a. om een spaarprogramma, waarbij het van belang is dat een ‘material’ right
ontstaat dat de klant niet had gehad zonder de overeenkomst te zijn aangegaan. De stand-
alone selling price van een spaarpunt wordt berekend door korting * uitoefeningskans *
verwachting in te leveren punten .
Boeking uitgave: Liquide middelen (balans)
@ spaarverplichting (balans)
@ opbrengst (W*V)
Boeking inwisseling: Opbrengst (W&V)
@ ingeleverde spaarpunten (B)
Spaarpuntenverplichting (B)
@ opbrengst (W&V)
2) Licenties
Wanneer een licentie distinct is, moet het volgende in acht genomen worden:
a) Right to access: de eigenaar is bevoegd veranderingen te doen aan de licentie waaraan
je wordt blootgesteld (through time)
b) Right to use: de intellectuele eigendom blijft onveranderd (point of time)
3) Royalties
Een entiteit neemt omzet alleen wanneer het volgende zich heeft voorgedaan:
De verkoop of het gebruik doet zich voor:
De prestatie waaraan de royalties zijn verbonden hebben zijn voldaan
4) Garanties
1) Opbrengstverantwoording (IFRS 15)
Op basis van IFRS 15 is er het vijf stappen model bij opbrengstverantwoording:
1. Identificeren van het contract met de klant
2. Identificeren van de prestatieverplichtingen
3. Vaststellen van de transactieprijs
4. Alloceren van de transactieprijs aan de prestatieverplichtingen in het contract
5. Verantwoorden van de opbrengst op het moment dat de onderneming een
prestatieverplichting vervult
Stap 1: Identificeren van het contract
Een contract is een overeenkomst tussen twee of meerdere partijen die wettelijk opeisbare
rechten en verplichtingen creëren. Er dient goedkeuring gegeven te zijn, waarbij de rechten en
betalingscondities identificeerbaar zijn en waarschijnlijk zijn.
Er kunnen meerdere contracten afgesloten worden met dezelfde partij rond dezelfde tijd welke
gecombineerd kunnen worden als:
De contracten zijn afgesloten als pakket;
De te betalen vergoeding afhankelijk is van de prijs of prestatie van het andere
contract;
Er sprake is van een enkele prestatieverplichting.
Is er sprake van een contract of niet?
Criterium 1: het contract is onderhandeld als een commercieel object
Criterium 2: het bedrag wat betaald moet worden hangt af van het andere contract
Criterium 3: de goederen en services zijn gezamenlijk een prestatieverplichting.
Stap 2: identificeren van prestatieverplichtingen in het contract
Prestatieverplichtingen worden onderscheiden als ze ‘distinct’ zijn, dit is wanneer aan de
volgende twee voorwaarden wordt voldaan
1. De klant kan van het goed of de dienst profiteren zowel in combinatie als op zichzelf; en
2. De belofte tot levering van de dienst of de goederen is afzonderlijk identificeerbaar.
Als bovenstaande niet het geval is, dan voeg je de prestatieverplichting samen.
Voorwaarden prestatieverplichting:
- Op hetzelfde moment contract afsluiten (het moet hetzelfde doel dienen)
- Met dezelfde klant
Stap 3: Vaststellen van de transactieprijs
Bij een variabele vergoeding moet de entiteit een schatting maken door een van de volgende
methoden te hanteren:
Expected value (verwachte waarde); dit is mogelijk wanneer er sprake is van een groot
aantal contracten met vergelijkbare karakteristieken.
Most likely amount (meest waarschijnlijke bedrag); wanneer er sprake is van een groot
aantal contracten met vergelijkbare karakteristieken. Er wordt gekeken naar het meest
waarschijnlijke bedrag, waarbij het zeer waarschijnlijk is bij een percentage van 90%-
95%. Dit als voorzichtheidshalve en wordt constraint genoemt, dit leidt tot het
voorzichtig zijn met het nemen van de omzet.
Significante financieringscomponent: Vaststellen of er een significante financieringscomponent
is. Mocht deze is er zijn, dan moet je deze uit de omzet halen. De transactieprijs hoeft niet
aangepast te worden voor de effecten van een significante financieringscomponent als ze
verwacht de betaling te ontvangen binnen 12 maanden na de overdracht van de beloofde
goederen en diensten.
Overige bijzonderheden die impact hebben op je transactieprijs:
,2
- Vergoedingen aan de klant; deze moet je verwerken als vermindering van de
transactieprijs
- Retouren; dit mag meegenomen worden wanneer dit hoogstwaarschijnlijk is.
- Ruiltransactie: hiervan is sprake wanneer de goederen gelijksoortig zijn en van gelijke
waarde, dan hoef je niks te verantwoorden.
- Boete: betreft onderdeel van het variabele gedeelte van de verkoopprijs. Wanneer de
uitkomst meer dan 50% is dat de boete betaald moet worden wordt de transactieprijs
verlaagd.
- Kortingen: als je een korting geeft voor hoeveelheden en je weet uit het verleden dat
deze drempel gehaald wordt dan moet je direct rekening houden hierbij en boek je:
Debiteuren
@ opbrengsten
@ terugbetalingsverplichting
Stap 4: Alloceren van de transactieprijs aan de prestatieverplichtingen in het
contract
De transactieprijs alloceer je aan alle prestatieverplichtingen in het contract o.b.v. de relatieve
stand
alone selling price. Dit is de prijs die een entiteit in rekening zou brengen als het losstaand
wordt
verkocht. Wanneer er geen sprake is van een observeerbare prijs maak je gebruik van een van
de volgende
manieren:
1. Adjusted market ssessment-aanpak: marktprijs
2. Expected costs plus a margin-aanpak
3. Residual-aanpak: totale contractprijs minus alle wel observeerbare prijzen
Als er aantoonbaar bewijs is dat korting relateert aan enkele goederen dan wordt deze
proportioneel toegewezen. In andere gevallen wordt gebruik gemaakt van pro-rata allocatie.
Stap 5: opbrengstverantwoording
Omzet wordt verantwoord wanneer de prestatieverplichting uitgevoerd is. Levering vindt plaats
wanneer de klant controle krijgt over het actief. Voor elke prestatieverplichting moet de vraag
gesteld worden of het ‘over time’ of ‘at a point of time’ geleverd wordt. Wanneer er ‘over time’
geleverd wordt, wordt omzet genomen naar rato van de prestatieverplichting. Bij ‘at a point of
time’ wordt omzet genomen wanneer controle wordt overgedragen, dit is het moment dat:
1) De klant een verplichting heeft tot betaling;
2) De klant juridisch aanspraak maakt op het actief;
3) De fysieke eigendom is overgegaan;
4) De ‘risk and rewards’ zijn overgedragen;
5) De klant het actief heeft geaccepteerd.
Omzet over tijd wordt alleen genomen wanneer de entiteit in staat is om de voortgang redelijk
in te schatten. Wanneer dit niet het geval is wordt omzet genomen tot het niveau van de
kosten.
Contract modification: is een wijziging in de scope of prijs van een contract, welke is
goedgekeurd door de partijen. Dit kan zowel mondelijk als schriftelijk zijn. Wanneer de prijs nog
niet is overeengekomen moet er een inschatting worden gemaakt van de prijs. Dit kan op de
volgende manieren:
- Wijziging benomen in een separaat contract. Dit mag wanneer de omvang van het
contract toeneemt en de afzonderlijke goederen een prijs hebben die representatief is
voor een prijs waarbij je dit ook los zou verkopen. Als er teveel korting gegeven wordt is
dit een korting op een bestaand contract.
, 3
- Geen separaat contract opstellen. Wanneer goederen of diensten dinstinct zijn, oftewel
onderscheidbaar, moet deze wijziging worden verwerkt als een creatie van een nieuw
contract en wordt het vorige contract beëindigd. Als goederen not distinct zijn dan
moet de wijziging verwerkt worden in het bestaande contract.
De boeking welke gemaakt wordt bij een contract betreffen:
Vooruitfacturering: debiteuren (B)
@ contract liability (B)
Verantwoording gemaakte kosten: Contract asset (B)
@ crediteuren (B)
Realisatie van kosten na termijn: Kosten (PL)
@ contract asset (B)
Realisatie omzet: Contract liability (B)
@ omzet (PL)
Contractkosten: betreffen de bijkomende kosten voor het verkrijgen van een contract
De bijkomende kosten om een contract te verwerven moet de entiteit opnemen als
actief, wanneer de klant verwacht deze kosten terug te verdienen.
De kosten mogen als kosten worden verwerkt als de amortisatieperiode <1 jaar is.
Een actief moet worden afgeschreven op systematische basis
Deze worden gewaardeerd als contract liabilty of contract asset
Specifieke omzet categorieën:
1) Loyaliteitsprogramma
Het gaat hier o.a. om een spaarprogramma, waarbij het van belang is dat een ‘material’ right
ontstaat dat de klant niet had gehad zonder de overeenkomst te zijn aangegaan. De stand-
alone selling price van een spaarpunt wordt berekend door korting * uitoefeningskans *
verwachting in te leveren punten .
Boeking uitgave: Liquide middelen (balans)
@ spaarverplichting (balans)
@ opbrengst (W*V)
Boeking inwisseling: Opbrengst (W&V)
@ ingeleverde spaarpunten (B)
Spaarpuntenverplichting (B)
@ opbrengst (W&V)
2) Licenties
Wanneer een licentie distinct is, moet het volgende in acht genomen worden:
a) Right to access: de eigenaar is bevoegd veranderingen te doen aan de licentie waaraan
je wordt blootgesteld (through time)
b) Right to use: de intellectuele eigendom blijft onveranderd (point of time)
3) Royalties
Een entiteit neemt omzet alleen wanneer het volgende zich heeft voorgedaan:
De verkoop of het gebruik doet zich voor:
De prestatie waaraan de royalties zijn verbonden hebben zijn voldaan
4) Garanties