- Zuur-base evenwicht
- Longfunctie
- Longfunctieonderzoek
- Gastransport
- Regulatie ademhaling
Pathologie
- Astma
- COPD
- Longtumoren
- Aspiratie, near drowning, ARDS
- Restrictieve longziekten
- Spierziekten, ALS, Dwarsleasie
- Zuur-base verstoring, Ketoacidose, koolmonoxidevergiftiging
- Longembolie
Biochemie
- Buffers
- Rol van de nieren
AZT
- Beoordeling van de luchtweg
- Praktische aspecten van ventilatie
- De moeilijke luchtweg
- Capnografie
- Ecg-ritmes uit de AV-knoop
Anesthesiologie
Klinisch redeneren
- Klinisch redeneren ademhaling
Farmacologie
- Longmedicatie
,Module A & B – Sita Doesburg
Zuur-base evenwicht
pH: logaritmische schaal dat van belang is, enzymen werken pas goed bij een pH van 7,5
- Afwijkingen Ph gevolgen
o CZS: infarct, bloeding, trauma
o Circulatie: hypotensie, myocardinfarct
o Longen: emfyseem, astma
o Nieren: acute/chronische nierinsufficiëntie
o Maag/darm: braken, chronische diarree
o Lever: acuut/chronisch leverfalen
- H: H+ ionen helpen met de pH-waarde
o Kleine wisseling van pH kan grote effecten hebben voor concentratie H+ ionen
o Afbeelding hieronder maakt telkens stappen van 10
Zuren: stoffen die graag H+ ionen afgeven in een waterige oplossing
- Wanneer er anaerobe verbranding plaatsvindt ontstaat er melkzuur, hierbij ontstaat
er meteen lactaat
2
,Module A & B – Sita Doesburg
Wet van Bohr:
- Werking:
o C02 gaat in H20 oplossen, dit vormt H2CO3 (koolzuur)
▪ Dit is een evenwichtsreactie en kan beide kanten op gaan
o H2CO3 valt uit elkaar in H+ en HC03 (bicarbonaat)
▪ Wanneer er veel CO2 is, zal er meer H+ gaan ontstaan en wordt het
lichaam zuurder
o Bicarbonaat kan als buffer reageren, de H+ kan er aan gaan binden waardoor
de reactie weer beide kanten op kan gaan
- Bicarbonaat
o Gereguleerd door de nieren (langzaam)
o Bij veel plassen meet afgifte
o Nieren filteren 80 mmol/L niet vluchtige zuren
▪ Bicarbonaat
▪ Sulfaat
▪ Fosfaat
▪ Urinezuur
▪ Citraat
▪ Ammoniumzouten
- C02
o Gereguleerd door de longen (snel)
o Longen blazen 20-50mol vluchtig co2 zuur per dag
▪ 2-4 liter geconcentreerd HCL
- H+
o Losse H+ wordt voor een deel weg gebufferd in vorm van bicarbonaat,
negatief geladen stoffen
- Metingen:
o Apparaat dat de pH meet, CO2 en pC02
3
, Module A & B – Sita Doesburg
Buffers: negatief geladen stoffen
- Eiwitten, waaronder hemoglobine
o Hebben 10-tallen negatief geladen delen, kan dus veel H+ binden
- Zwakke zuren en basen
- Intracellulair
o Hb- (bloed Hb) bindt aan H+
o HC03 (albumine) bindt aan H+
Respiratoire regulatie
- AMV omhoog (adem minuut volume), dieper en sneller ademhalen
o CO2 gaat naar beneden
o Bicarbonaat gaat naar beneden ivm evenwichtsreactie
o Minder H+ dus je wordt basis (alkalose)
- AMV omlaag
o C02 gaat omhoog
o Bicarbonaat gaat ook omhoog
o Meer H+ dus je wordt zuurder (acidose)
Metabole regulatie:
- Te hoog pH (alkalose)
o Nieren merken dat je te basis wordt
o Meer bicarbonaat (basisch) uitplassen
o Meer H+ dus je wordt zuurder
- Te laag pH (acidose)
o Nieren merken dat je te zuur wordt
o Meer bicarbonaat filtreren
o Minder H+ dus je wordt basischer
pH-schaal:
4