Tweede deel van de toets, theorie:
Verschillen en overeenkomsten tussen belangrijke groepen van Arthropoda:
Belangrijke groepen Klasse: Orde: Kenmerken:
Arthropoda
(geleedpotigen):
Myriapoda (subfylum) Chilopoda Verschil met andere groepen:
(veelpotigen) (duizendpoten) - Alle segmenten (behalve enkele
begin- en eindsegmenten) zijn
gelijkvormig en dragen evenveel
Diplopoda poten.
(Miljoenpoten) - Hebben 9 of meer paar poten.
Overeenkomst met andere groepen:
- Myriapoda en insecta hebben beide
1 paar antenne.
Crustacea (subfylum) Verschil met andere groepen:
(kreeftachtigen) - Poten variëren, vaak 5 of 7 paar.
- Hebben twee paar antennes.
- Hebben calciumcarbonaat in het
exoskelet (zorgt voor versterking).
Overeenkomst met andere groepen:
- Zie overeenkomsten hieronder bij
‘waarom alle bovenstaand groepen
wel tot arthropoda behoren’.
Arachnida (klasse) Mesostigmata Verschil met andere groepen:
(Spinachtigen) (Roofmijten) - Hebben pedipalpen (zitten aan de
onderkant ipv aan de bovenkant
zoals antennes).
Opiliones - Hebben geen antennen.
(Hooiwagens) - Hebben vier paar poten.
- Elke orde (op Araneae na) heeft
geen duidelijke segmenten.
Araneae Overeenkomst met andere groepen:
(Spinnen) - Zie overeenkomsten hieronder bij
‘waarom alle bovenstaand groepen
wel tot arthropoda behoren’.
Ixodida
(Teken)
Insecta (Ectognatha) (Klasse) Verdere Verschil met andere groepen:
(Zespotigen) onderverdeling - In volwassen stadium hebben alle
paar paginas insecta 3 paar poten.
hieronder Overeenkomst met andere groepen:
- Myriapoda en insecta hebben beide
1 paar antenne.
, Waarom alle bovenstaande groepen wel tot arthropoda behoren:
Al deze groepen behoren tot de Arthropoda (geleedpotigen) vanwege een aantal bepaalde
kenmerken:
Gesegmenteerd lichaam: Het lichaam bestaat uit segmenten, dat meestal het hoofd,
bortstuk (thorax) en achterlijf (abdomen) zijn. Bij sommige soorten zijn deze soms niet
duidelijk.
Exoskelet: Alle soorten hebben een exoskelet gemaakt van chitine, bij sommige soorten
zoals bij kreeftachtigen wordt dit versterkt met calciumcarbonaat. Exoskelet is een
uitwendig skelet dat dient als bescherming en ondersteuning voor het lichaam van een
organisme.
Gesegmenteerde aanhangels: Alle groepen hebben poten, antennes, kaken en andere
structuren die gesegmenteerd zijn.
Gesloten circulatiesysteem: Alle groepen hebben een gesloten circulatiesysteem met
hemolymfe (wij hebben bloed, maar zij dus hemolymfe).
Twee soorten ontwikkeling:
Alle levenscyclussen van insecten beginnen met een eitje en eindigen met een volwassene.
Het verschil tussen onderstaande ontwikkeling is echter de stappen tussen het eitje en de
volwassene. Hemi betekent half en holo betekent heel.
Hemimetabola ontwikkeling (Exopterygota) – Ei à Nymf à Volwassene (drie fasen). Dit is
onvolledige metamorfose.
Holometabola ontwikkeling (Endopterygota) – Ei à Larf à Pop à Volwassene (vier fasen).
Dit is volledige metamorfose
In de lijst hieronder staat bij sommige insecten of het een hemimetabola ontwikkeling heeft
of een holometabola ontwikkeling.
Verschillen en overeenkomsten tussen belangrijke groepen van Arthropoda:
Belangrijke groepen Klasse: Orde: Kenmerken:
Arthropoda
(geleedpotigen):
Myriapoda (subfylum) Chilopoda Verschil met andere groepen:
(veelpotigen) (duizendpoten) - Alle segmenten (behalve enkele
begin- en eindsegmenten) zijn
gelijkvormig en dragen evenveel
Diplopoda poten.
(Miljoenpoten) - Hebben 9 of meer paar poten.
Overeenkomst met andere groepen:
- Myriapoda en insecta hebben beide
1 paar antenne.
Crustacea (subfylum) Verschil met andere groepen:
(kreeftachtigen) - Poten variëren, vaak 5 of 7 paar.
- Hebben twee paar antennes.
- Hebben calciumcarbonaat in het
exoskelet (zorgt voor versterking).
Overeenkomst met andere groepen:
- Zie overeenkomsten hieronder bij
‘waarom alle bovenstaand groepen
wel tot arthropoda behoren’.
Arachnida (klasse) Mesostigmata Verschil met andere groepen:
(Spinachtigen) (Roofmijten) - Hebben pedipalpen (zitten aan de
onderkant ipv aan de bovenkant
zoals antennes).
Opiliones - Hebben geen antennen.
(Hooiwagens) - Hebben vier paar poten.
- Elke orde (op Araneae na) heeft
geen duidelijke segmenten.
Araneae Overeenkomst met andere groepen:
(Spinnen) - Zie overeenkomsten hieronder bij
‘waarom alle bovenstaand groepen
wel tot arthropoda behoren’.
Ixodida
(Teken)
Insecta (Ectognatha) (Klasse) Verdere Verschil met andere groepen:
(Zespotigen) onderverdeling - In volwassen stadium hebben alle
paar paginas insecta 3 paar poten.
hieronder Overeenkomst met andere groepen:
- Myriapoda en insecta hebben beide
1 paar antenne.
, Waarom alle bovenstaande groepen wel tot arthropoda behoren:
Al deze groepen behoren tot de Arthropoda (geleedpotigen) vanwege een aantal bepaalde
kenmerken:
Gesegmenteerd lichaam: Het lichaam bestaat uit segmenten, dat meestal het hoofd,
bortstuk (thorax) en achterlijf (abdomen) zijn. Bij sommige soorten zijn deze soms niet
duidelijk.
Exoskelet: Alle soorten hebben een exoskelet gemaakt van chitine, bij sommige soorten
zoals bij kreeftachtigen wordt dit versterkt met calciumcarbonaat. Exoskelet is een
uitwendig skelet dat dient als bescherming en ondersteuning voor het lichaam van een
organisme.
Gesegmenteerde aanhangels: Alle groepen hebben poten, antennes, kaken en andere
structuren die gesegmenteerd zijn.
Gesloten circulatiesysteem: Alle groepen hebben een gesloten circulatiesysteem met
hemolymfe (wij hebben bloed, maar zij dus hemolymfe).
Twee soorten ontwikkeling:
Alle levenscyclussen van insecten beginnen met een eitje en eindigen met een volwassene.
Het verschil tussen onderstaande ontwikkeling is echter de stappen tussen het eitje en de
volwassene. Hemi betekent half en holo betekent heel.
Hemimetabola ontwikkeling (Exopterygota) – Ei à Nymf à Volwassene (drie fasen). Dit is
onvolledige metamorfose.
Holometabola ontwikkeling (Endopterygota) – Ei à Larf à Pop à Volwassene (vier fasen).
Dit is volledige metamorfose
In de lijst hieronder staat bij sommige insecten of het een hemimetabola ontwikkeling heeft
of een holometabola ontwikkeling.