Ondernemingsrecht
1. Verbintenissenrecht
Begrip
Verbintenis = rechtsverhouding op grond waarvan 1+ personen gehouden zijn tot prestatie
t.o.v. 1+ andere personen
Prestatie = iets geven, doen of niet doen
- Ontstaan uit overeenkomst (Art. 1101-1369 BW)
- Ontstaan buiten overeenkomst (Art. 1370-1386 BW)
Overeenkomst of contract = meerzijdige rechtshandeling die tot stand komt door uitwisselen
van wilsuitingen doel: vermogensrechtelijke gevolgen tot stand brengen
Soorten
1. Eenzijdige en tweezijdige of wederkerige contracten
Eenzijdig (Art. 1103 BW)
- Bruikleen = gebruik van een zaak zonder tegenprestatie
- Bewaargeving
Wederkerig (Art. 1102 BW)
- Koop, ruil, huur
2. Contracten onder bezwarende titel en uit vrijgevigheid of om niet
Bezwarende titel (Art. 1106 BW)
- Koop, ruil
Om niet (Art. 1105 BW)
- Schenking
3. Vergeldende contracten en kanscontracten
Vergeldend (Art. 1104 BW)
- Op ogenblik van overeenkomst kan bepaald worden welke prestatie beide
partijen aan elkaar verschuldigd zijn
Kanscontracten = omvang van wederzijdse prestatie is onbekend
, 4. Consensuele, plechtige en zakelijke contracten
Consensueel = komt tot stand door loutere wilsovereenstemming tussen partijen
- Koop, huur, pacht
Plechtig = pleegvormen die de wet voorschrijft moeten nageleefd worden
- Authentieke akte; hypotheek, huwelijk
Zakelijk = contracten die pas met daadwerkelijke afgifte van zaak zelf voltrokken zijn
- Bruikleen, bewaargeving
Modaliteiten
1. Voorwaardelijke verbintenissen (Art. 1168 – 1184 BW)
= Ontstaan of tenietgaan van verbintenis is afhankelijk gesteld van toekomstige en onzekere
gebeurtenis
Opschortende voorwaarde = voorwaarde die al dan niet ontstaan van de verbintenis
beheerst
- Bekomen financiering bij bank, uitoefenen recht van voorkoop pachter
Ontbindende voorwaarde = indien vervuld wordt geacht verbintenis nooit tot stand
2. Hoofdelijke verbintenissen (Art. 1197 – 1216 BW)
Meerdere schuldenaars
Hoofdelijkheid = wordt niet vermoed zegt de wet (Art. 1202 BW)
3. Verbintenis onder strafbeding (Art. 1146 – 1147 BW)
= wanneer de schuldenaar zijn verbintenis niet of laattijdig nakomt
Schuldeiser recht op schadevergoeding
Geldigheid van overeenkomst (4 voorwaarden zie Art. 1108 BW)
a. Toestemming van de partij die zich verbindt
b. Bekwaamheid van de partij om contract aan te gaan
c. Bepaald voorwerp als inhoud van de verbintenis
d. Geoorloofde oorzaak van de verbintenis indien geldigheidsvereisten contract niet
nageleefd zijn contract vernietigbaar
Bronnen van verbintenissen
A. Burgerlijk Wetboek (BW) Art. 1101 tot 1386 BW
- Onderverdeeld in titel 3 4 en 4bis
B. Bijzondere Wetgeving
C. Wetboek Economisch Recht (WER)
Verbintenis uit overeenkomst
Overeenkomst = overeenstemming van de wil van 2+ personen die beogen 1+ door recht
erkende rechtsgevolgen tot stand te brengen
Voorbeelden: Koop, huur onroerend goed…
Totstandkoming overeenkomst
- Wilsovereenstemming van tenminste 2 partijen
- Bepaalde formaliteiten worden vervuld (contracten)
Geldigheid van voorwerp (vereiste C-overeenkomst) = geen afbreuk aan openbare orde
1. Verbintenissenrecht
Begrip
Verbintenis = rechtsverhouding op grond waarvan 1+ personen gehouden zijn tot prestatie
t.o.v. 1+ andere personen
Prestatie = iets geven, doen of niet doen
- Ontstaan uit overeenkomst (Art. 1101-1369 BW)
- Ontstaan buiten overeenkomst (Art. 1370-1386 BW)
Overeenkomst of contract = meerzijdige rechtshandeling die tot stand komt door uitwisselen
van wilsuitingen doel: vermogensrechtelijke gevolgen tot stand brengen
Soorten
1. Eenzijdige en tweezijdige of wederkerige contracten
Eenzijdig (Art. 1103 BW)
- Bruikleen = gebruik van een zaak zonder tegenprestatie
- Bewaargeving
Wederkerig (Art. 1102 BW)
- Koop, ruil, huur
2. Contracten onder bezwarende titel en uit vrijgevigheid of om niet
Bezwarende titel (Art. 1106 BW)
- Koop, ruil
Om niet (Art. 1105 BW)
- Schenking
3. Vergeldende contracten en kanscontracten
Vergeldend (Art. 1104 BW)
- Op ogenblik van overeenkomst kan bepaald worden welke prestatie beide
partijen aan elkaar verschuldigd zijn
Kanscontracten = omvang van wederzijdse prestatie is onbekend
, 4. Consensuele, plechtige en zakelijke contracten
Consensueel = komt tot stand door loutere wilsovereenstemming tussen partijen
- Koop, huur, pacht
Plechtig = pleegvormen die de wet voorschrijft moeten nageleefd worden
- Authentieke akte; hypotheek, huwelijk
Zakelijk = contracten die pas met daadwerkelijke afgifte van zaak zelf voltrokken zijn
- Bruikleen, bewaargeving
Modaliteiten
1. Voorwaardelijke verbintenissen (Art. 1168 – 1184 BW)
= Ontstaan of tenietgaan van verbintenis is afhankelijk gesteld van toekomstige en onzekere
gebeurtenis
Opschortende voorwaarde = voorwaarde die al dan niet ontstaan van de verbintenis
beheerst
- Bekomen financiering bij bank, uitoefenen recht van voorkoop pachter
Ontbindende voorwaarde = indien vervuld wordt geacht verbintenis nooit tot stand
2. Hoofdelijke verbintenissen (Art. 1197 – 1216 BW)
Meerdere schuldenaars
Hoofdelijkheid = wordt niet vermoed zegt de wet (Art. 1202 BW)
3. Verbintenis onder strafbeding (Art. 1146 – 1147 BW)
= wanneer de schuldenaar zijn verbintenis niet of laattijdig nakomt
Schuldeiser recht op schadevergoeding
Geldigheid van overeenkomst (4 voorwaarden zie Art. 1108 BW)
a. Toestemming van de partij die zich verbindt
b. Bekwaamheid van de partij om contract aan te gaan
c. Bepaald voorwerp als inhoud van de verbintenis
d. Geoorloofde oorzaak van de verbintenis indien geldigheidsvereisten contract niet
nageleefd zijn contract vernietigbaar
Bronnen van verbintenissen
A. Burgerlijk Wetboek (BW) Art. 1101 tot 1386 BW
- Onderverdeeld in titel 3 4 en 4bis
B. Bijzondere Wetgeving
C. Wetboek Economisch Recht (WER)
Verbintenis uit overeenkomst
Overeenkomst = overeenstemming van de wil van 2+ personen die beogen 1+ door recht
erkende rechtsgevolgen tot stand te brengen
Voorbeelden: Koop, huur onroerend goed…
Totstandkoming overeenkomst
- Wilsovereenstemming van tenminste 2 partijen
- Bepaalde formaliteiten worden vervuld (contracten)
Geldigheid van voorwerp (vereiste C-overeenkomst) = geen afbreuk aan openbare orde