100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Biologie Nectar Hoofdstuk 5 Voeding en energie HAVO 4/5

Beoordeling
5,0
(1)
Verkocht
7
Pagina's
5
Geüpload op
20-05-2020
Geschreven in
2019/2020

Dit is een samenvatting van hoofdstuk 5 Voeding en energie van Nectar. Je kunt het gebruiken voor een proefwerk, SE of CE.










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Geschreven voor

Instelling
Middelbare school
Niveau
School jaar
4

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
H5
Geüpload op
20 mei 2020
Aantal pagina's
5
Geschreven in
2019/2020
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 5 Voeding en energie
§1 Invloed van voeding op je gezondheid

Energie
Het energiedeel van je voeding is afkomstig van koolhydraten (zetmeel), vetten
(plantaardige oliën, dierlijke producten) en eiwitten (vlees, eieren, kaas, plantaardige
producten), 3 groepen organische stoffen. De energie uit de brandstoffen komt vrij in de
cellen door dissimilatie. Dat is de stapsgewijze afbraak van de vetten, koolhydraten en
eiwitten. De meeste energie komt vrij wanneer er in de cel genoeg zuurstof beschikbaar is.
Dan leveren de mitochondriën een bijdrage aan de dissimilatie. Een deel van de energie
komt bij de dissimilatie vrij in de vorm van warmte. De overige energie slaan de cellen op in
moleculen ATP. Dit ATP geeft zijn energie af waar en wanneer dat nodig is.

Spieren opbouwen
Voor de aanmaak van extra spiervezels zijn bouwstoffen nodig. Die krijg je binnen met de
eiwitten die je eet. Water is ook een belangrijke bouwstof. Mineralen zijn de belangrijkste
bouwstof voor je botten.

Opslag van reservestoffen
Vetten en koolhydraten kun je in je lichaam opslaan, eiwitten niet. Het overschot aan eiwitten
gebruik je als brandstof of zet je om in vetten. De voorraden koolhydraten bewaar je in je
spier- en levercellen in de vorm van glycogeen. De voorraad vetten zit vooral onder de
huid, in het merg van de holle beenderen en rond de organen. Naast brandstof gebruikt je
lichaam vetten ook als bouwstof, bijvoorbeeld voor het maken van hormonen. De
vetreserves leveren zowel in rust als tijdens inspanning een bijdrage aan de
energiebehoefte. Ook in rust gebruiken cellen energie. Die energie is afkomstig van de
ruststofwisseling.

Functies van de voedingsstoffen
Voedingsstoffen:
- Vetten zijn belangrijke brandstoffen, maar zijn ook nodig als bouwstof voor
membranen en sommige hormonen.
- Eiwitten zijn zowel een brandstof als een bouwstof voor (spier)cellen en enzymen,
stoffen die chemische reacties sneller laten gaan.
- Koolhydraten zijn een brandstof voor je cellen.
- Water vormt het grootste bestanddeel van je bloed, lymfe, weefselvloeistof en
grondplasma van je cellen. Het dient als bouwstof en als transportmiddel. Het is ook
oplosmiddel warmtebuffer en koelvloeistof.
- Vitaminen, mineralen en voedingsvezels dragen als beschermende stoffen bij om
ziekten te voorkomen. Vitaminen zijn organische stoffen. Ze spelen diverse rollen bij
de stofwisseling. De hoeveelheid mineralen, anorganische stoffen, is belangrijk voor
de osmotische waarde van lichaamsvloeistoffen. Mineralen hebben verschillende
functies: bouwstof, bij de werking van zenuwcellen of onderdeel van enzymen en
hormonen. Van een aantal mineralen heb je maar een heel kleine hoeveelheid nodig.
Dat zijn spoorelementen. Voedingsvezels stimuleren een goed transport van
voedsel door de darmen. ADH-waarden: aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.

, §2 De energie in je voedsel

ATP: oplaadbaar energiemolecuul
De bron van energie voor je cellen is ATP. Dat is een molecuul met 3 fosfaatgroepen. ATP
ontstaat door aan ADP, een molecuul met 2 fosfaatgroepen, een derde fosfaatgroep vast te
koppelen. Daardoor laadt een cel het ADP op met extra energie. ATP geeft zijn energie af
wanneer de derde fosfaatgroep weer afsplitst. Die energie kun je overal voor gebruiken en
alle cellen van je lichaam gebruiken dit ATP-energiesysteem.

Fosfaataccu
Je lichaam gebruikt niet steeds evenveel energie. Bij plotselinge inspanning ontstaat een
tekort aan ATP. Je spiercellen kunnen een acuut tekort aan ATP oplossen met een
noodaccu. Deze power-bank, in de vorm van moleculen creatinefosfaat (CP), draagt zijn
energierijke fosfaatgroep over aan ADP. De ATP- en creatinefosfaat voorraad vormen
samen de fosfaataccu in je spiercellen.

Anaerobe dissimilatie
Bij het begin van een inspanning beginnen je spiercellen extra energie vrij te maken uit
glucose. Glucose (C6 H12O6 ) levert veel energie als een cel het met O2 volledig afbreekt tot
H2O en CO2. Enzymen in het grondplasma van de spiercellen breken de
glucosemoleculen zonder O2af tot 2 moleculen melkzuur: melkzuurgisting. Dit levert de
energie om uit ADP en P een kleine hoeveelheid ATP te maken. Het voordeel is dat de
spiercellen er ATP bij krijgen, zodat ze door kunnen blijven werken. Nadeel is dat bij deze
anaerobe dissimilatie een ophoping van melkzuur ontstaat.De PH in de spier daalt, de
spier verzuurt. Dankzij die extra O2kunnen je spiercellen de mitochondriën inschakelen. Het
melkzuur zetten de cellen om in pyrodruivenzuur en enzymen in het mitochondrium doen de
rest. Levercellen maken van melkzuur glucose.

Aerobe dissimilatie
De mitochondriën in de spiercellen nemen de glucose afbraak nu steeds meer over. Ze
verbranden de glucose met behulp van O2. Dit heet aerobe dissimilatie. De eerste stappen
in het grondplasma zijn gelijk aan de melkzuurgisting. Enzymen splitsen een C6 -molecuul
glucose in 2 C3-moleculen pyrodruivenzuur. Beide moleculen pyrodruivenzuur gaan naar
de mitochondriën, waar enzymen ze helemaal afbreken tot CO2en H2O. Bij aerobe
afbraak van glucose komt 19 keer zo veel ATP vrij als bij anaerobe afbraak.

Energie uit je voedsel
Cellen dissimileren ook vetten en eiwitten. Ze doen dat alleen aeroob, in aanwezigheid van
voldoende O2voor de chemische reacties in de mitochondriën. In het grondplasma ontstaan
glycerol en vetzuren uit vetmoleculen. Enzymen in het grondplasma zetten glycerol om in
pyrodruivenzuur, dat vervolgens samen met de vetzuren naar de mitochondriën gaat waar
veel ATP ontstaat. Je lichaam bewaart geen voorraad eiwitten. Je lever breekt overtollige
eiwitten af en dat levert ATP op. In de levercellen breken enzymen die eiwitten eerst af tot
losse aminozuren. Andere enzymen maken van 2 NH2-groepen en een CO2-molecuul
ureum. Spiervezels beschikken over een voorraad glucose in de vorm van glycogeen.

Afvalproducten

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle reviews worden weergegeven
3 jaar geleden

5,0

1 beoordelingen

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
xninaxx Hanzehogeschool Groningen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
444
Lid sinds
7 jaar
Aantal volgers
319
Documenten
340
Laatst verkocht
1 week geleden

Ik maak ook samenvattingen op aanvraag. Laat vooral een berichtje achter!

4,0

65 beoordelingen

5
27
4
24
3
7
2
2
1
5

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen