Bij elke vraag de volgende punten langsgaan!!
1. Wettelijke grondslag
2. In welk geval
3. Tegen wie/ Verdenking
4. Welk doel
5. Voor welke duur
6. Wie is bevoegd
Vijf typen opsporingsonderzoek
1. Klassieke opsporing
2. Repressieve controle
3. Proactieve opsporing
4. Inlichtingenwerk
5. Verkennend onderzoek
Anticipatie gebod ex 67a lid 3 Sv = verdachte mag niet langer in voorarrest zitten dan de te
verwachten straf duurt In voorlopig hechtenis van toepassing.
Verdachte, ex. Art. 27 Sv
Voorwaarde:
Redelijk vermoeden van schuld
Voorbeeld uitwerking:
- Angela kan worden aangemerkt als verdachte in de zin van artikel 27 Sv. Er moet
daarvoor namelijk sprake zijn van een redelijk vermoeden van schuld (1) en dat is er wel
op basis van Ronalds aangifte en de overlegde berichten en filmpjes
- Janou is een verdachte nu er een aangifte tegen hem is gedaan
- Koppe is een verdachte nu de bedreiging blijkt uit een door de motoragent opgemaakt
proces-verbaal en de getuigenverklaring van Snel.
- Jesse is een verdachte nu er een DNA-match is
- Arie is verdachte in de zin van artikel 27 Sv, er is in ieder geval sprake van een redelijk
vermoeden van schuld aan de mishandeling, aangezien hij naar aanleiding van het
telefoontje van de kroegbaas ter plekke is aangehouden en de politieagenten zagen
hem nog met Klaas vechten.
- Francine is op heterdaad betrapt en staat in de deuropening met bebloede knokkels
naast het levenloze lichaam van haar partner. Dat zijn voldoende feiten en
omstandigheden voor het ontstaan van een redelijk vermoeden in de zin van artikel 27
Sv
Inverzekeringstelling, ex. Art. 57-59 SV
Stap 1. Art 57-59 Sv noemen
Stap 2. Voorwaarden als volgt benoemen:
- Sprake zijn van een verdachte ex art 27 Sv (art 57 lid 1 Sv), redelijk vermoeden
- Bevoegde instantie: (hulp)OvJ (art 57 lid 1 Sv)
- Geval: VH-feit (art 58 lid 1 Sv)
- Grond: belang van het onderzoek (art 57 lid 1 Sv)
, - Duur: Max. 3 dagen met eventuele verlenging van 3 dagen (art 58 lid 2 Sv)
Stap 3: Toetsen van deze voorwaarden aan casus
Stap 4: Conclusie
Bewaring
Stap 1: Art 63 en 64 Sv noemen en benoemen dat het onderdeel uitmaakt van de
voorlopige hechtenis (art 133 Sv)
Stap 2: Voorwaarden als volgt noemen:
- Ernstige bezwaren (art 67 lid 3 Sv)
- Bevoegde instantie: R-C (art 63 lid 1 Sv)
- Geval: VH-feit (art 67 lid 1 en 2 Sv)
- Grond: grond voor VH (art 67a Sv)
- Duur: max. 14 dagen (art 64 lid 1 Sv)
- Anticipatiegebod (art 67a lid 3 Sv) de rechter die de voorlopige hechtenis oplegt,
moet beoordelen of de duur van de voorlopige hechtenis mogelijk langer zal zijn dan
de eventueel op te leggen vrijheidsbenemende sanctie (1 punt).
Stap 3: Toetsen van deze voorwaarden aan casus
Stap 4: Conclusie
Aanhouding op heterdaad, art. 53 Sv
Stap 1: Art 53 en 54 Sv noemen plus aangeven van welke variant in de casus
sprake is en art. 128 Sv (definitie aanhouding op heterdaad)
Stap 2: Voorwaarden als volgt noemen:
- Sprake van verdachte ex art 27 Sv en redelijk vermoeden
- Bevoegde instantie: art. 53 (lid 1 en 2) Sv, tot eenieder bevoegd
- Geval: ontdekking op heterdaad
- Grond: leiden naar plaats van verhoor (art 53 lid 2 Sv)
- Duur: de tijd die voor het leiden naar plaats voor verhoor nodig is (art 53 lid 2 Sv)
Stap 3: Toetsen van deze voorwaarden aan casus
Stap 4: Conclusie
Aanhouding buiten heterdaad, art. 54 Sv
Stap 1: Art 53 en 54 Sv noemen plus aangeven van welke variant in de casus
sprake is
Stap 2: Voorwaarden als volgt noemen:
- Sprake van verdachte ex art 27 Sv
- Bevoegde instantie: art. 54 lid 1 Sv
- Geval: VH-feit (art 67 lid 1 en 2 Sv)
- Grond: leiden naar plaats van verhoor (art 54 lid 1 Sv)
- Duur: de tijd die voor het leiden naar plaats voor verhoor nodig is (art 54 lid 1 Sv)
Stap 3: Toetsen van deze voorwaarden aan casus
Stap 4: Conclusie
Welk soort bewijsstelsel is in het Nederlandse Wetboek van Strafvordering opgenomen?
Nederland heeft een negatief wettelijk bewijsstelsel door de rechter te gebruiken
bewijsmiddelen zijn limitatief in wet opgenomen