KLINISCH
REDENEREN
Casus 1.1.1 t/m 1.5,
bronnen en
stroomschema’s.
Hogeschool
Inholland
MBRT
JAAR 2
Periode 8
,Casus 1.1
Youssef Akar 22 jaar oud, arriveert bij de huisartsenpost met pijnklachten aan de
linker pols na een val tijdens het voetballen, dit is een half uur geleden gebeurd. De
huisarts vraagt een beeldvormend onderzoek aan met de vraagstelling #?
Klinische gegevens
Anamnese: val op linker hand, veel pijn
Lichamelijk onderzoek: Drukpijn tabatière anatomique
Vragen
1. Verklaar bovenstaande klinische gegevens, waarbij uitgezocht moet worden:
a. Hoe heet die locatie?
Snuifdoos
b. wat het traumamechanisme precies is
de val tijdens het voetballen
c. wat de symptomen zijn die er op kunnen treden bij dit type letsel maar
ook welke algemene symptomen er op kunnen treden algemeen bij
fractuur.
Pijn, drukpijn, zwelling, warm gevoel, blauwe plek, bloeduitstorting, kan
pijn doen met bewegen
d. Risicofactoren: bij welke mensen dit het meeste voorkomt
Kinderen (deze weten vaak niet de risico’s tijdens het spelen) en
ouderen (de botten zijn bros en kunnen snel breken)
2. Welke diagnoses kan het allemaal zijn? (Denk aan fracturen maar ook aan
niet fracturen)
Colles (pols staat omhoog/ naar buiten), essex-lopresti fractuur, smith (naar
binnen gebogen). Os trapezium fractuur, scaphoid fractuur, avulsiefractuur,
barton fractuur, die-punch, chauffeurs fractuur, greenstick, tuberculum
fractuur. Truquetrum fractuur, lunatum dislocatie, perilunatum dislocatie,
ruptuur extensor policis longus, kneusing, Rolandofractuur, Bennet fractuur,
verrekte pees
3. Welke röntgenfoto’s maak je van deze patiënt?
Handwortel (naviculairserie), duim VD en lateraal
,4. Beschrijf de instelcriteria van deze foto’s.
Handwortels (0, 30, 60 en 90 graden)
0: centreerpunt: midden op handwortel. Bovengrens: ter hoogte van de
duimbasis. Ondergrens: 2 cm onder het polsgewricht. Zijgrenzen:
metacarpalia.
30: idem opname 0 graden
60: idem opname 0 graden
90: centreerpunt: tabaière. Bovengrens: duimbasis. Ondergrens: 2cm onder
polsgewricht. Zijgrenzen: huidgrenzen.
Duim VD
Er wordt gecentreerd op het MCP-gewricht.
Bovengrens is de duimtop.
Ondergrens ligt ter hoogte van het polsgewricht.
Zijgrenzen zijn de huidgrenzen van de duim.
Duim lateraal
Het centreerpunt is het MCP-gewricht
Bovengrens is de duimtop
Ondergrens ligt ter hoogte van het polsgewricht
Zijgrenzen zijn de huidgrenzen van de duim
, 5. Verzamel röntgenfoto’s passend bij de mogelijke pathologie (indeling) en
vermeld wat het risico is van bepaalde facturen.
Colles
Verkorting van de radius
Avulsiefractuur
instabiliteit door afscheuren van ligamenten
Scaphoid fractuur
Kans op aseptische botnecrose: afsterven
botweefsel, Delayed union, nounion, avasculaire
necrose, instabiliteit en secundaire artrose
Rolando fractuur
Slechte prognose vergeleken met een
Bennet fractuur (cumminutieve versie van
de Bennett fractuur). Er treedt vaak rotatie
op.
REDENEREN
Casus 1.1.1 t/m 1.5,
bronnen en
stroomschema’s.
Hogeschool
Inholland
MBRT
JAAR 2
Periode 8
,Casus 1.1
Youssef Akar 22 jaar oud, arriveert bij de huisartsenpost met pijnklachten aan de
linker pols na een val tijdens het voetballen, dit is een half uur geleden gebeurd. De
huisarts vraagt een beeldvormend onderzoek aan met de vraagstelling #?
Klinische gegevens
Anamnese: val op linker hand, veel pijn
Lichamelijk onderzoek: Drukpijn tabatière anatomique
Vragen
1. Verklaar bovenstaande klinische gegevens, waarbij uitgezocht moet worden:
a. Hoe heet die locatie?
Snuifdoos
b. wat het traumamechanisme precies is
de val tijdens het voetballen
c. wat de symptomen zijn die er op kunnen treden bij dit type letsel maar
ook welke algemene symptomen er op kunnen treden algemeen bij
fractuur.
Pijn, drukpijn, zwelling, warm gevoel, blauwe plek, bloeduitstorting, kan
pijn doen met bewegen
d. Risicofactoren: bij welke mensen dit het meeste voorkomt
Kinderen (deze weten vaak niet de risico’s tijdens het spelen) en
ouderen (de botten zijn bros en kunnen snel breken)
2. Welke diagnoses kan het allemaal zijn? (Denk aan fracturen maar ook aan
niet fracturen)
Colles (pols staat omhoog/ naar buiten), essex-lopresti fractuur, smith (naar
binnen gebogen). Os trapezium fractuur, scaphoid fractuur, avulsiefractuur,
barton fractuur, die-punch, chauffeurs fractuur, greenstick, tuberculum
fractuur. Truquetrum fractuur, lunatum dislocatie, perilunatum dislocatie,
ruptuur extensor policis longus, kneusing, Rolandofractuur, Bennet fractuur,
verrekte pees
3. Welke röntgenfoto’s maak je van deze patiënt?
Handwortel (naviculairserie), duim VD en lateraal
,4. Beschrijf de instelcriteria van deze foto’s.
Handwortels (0, 30, 60 en 90 graden)
0: centreerpunt: midden op handwortel. Bovengrens: ter hoogte van de
duimbasis. Ondergrens: 2 cm onder het polsgewricht. Zijgrenzen:
metacarpalia.
30: idem opname 0 graden
60: idem opname 0 graden
90: centreerpunt: tabaière. Bovengrens: duimbasis. Ondergrens: 2cm onder
polsgewricht. Zijgrenzen: huidgrenzen.
Duim VD
Er wordt gecentreerd op het MCP-gewricht.
Bovengrens is de duimtop.
Ondergrens ligt ter hoogte van het polsgewricht.
Zijgrenzen zijn de huidgrenzen van de duim.
Duim lateraal
Het centreerpunt is het MCP-gewricht
Bovengrens is de duimtop
Ondergrens ligt ter hoogte van het polsgewricht
Zijgrenzen zijn de huidgrenzen van de duim
, 5. Verzamel röntgenfoto’s passend bij de mogelijke pathologie (indeling) en
vermeld wat het risico is van bepaalde facturen.
Colles
Verkorting van de radius
Avulsiefractuur
instabiliteit door afscheuren van ligamenten
Scaphoid fractuur
Kans op aseptische botnecrose: afsterven
botweefsel, Delayed union, nounion, avasculaire
necrose, instabiliteit en secundaire artrose
Rolando fractuur
Slechte prognose vergeleken met een
Bennet fractuur (cumminutieve versie van
de Bennett fractuur). Er treedt vaak rotatie
op.
