Oefentoets decentrale selectie
geneeskunde 2025/2026
oefentoets met 93 vragen (en antwoorden) over de selectie stof dementie, gemaakt
met behulp van oude tentamens binnen de studie geneeskunde.
voorbeeldvragen:
1.Wat is de hoeksteen van de medicamenteuze behandeling van de ziekte van Alzheimer?
A. Acetylcholinesteraseremmer
B. Bèta amyloïdklievers
C. Acetylcholinesterase
D. Domperidon
2.Wat past niet bij de criteria van fronto-temporale dementie?
A. achteruitgang in sociaal gedrag
B. stoornis in regulatie van persoonlijk gedrag
C. emotionele vervlakking
D. verlies aan ziekte-inzicht
E. acuut geheugenverlies
3.patiënten met laesies in de mediale delen van de temporale cortex (hippocampale
gebieden) worden vooral gekenmerkt door
a. stoornissen in het korte-termijn geheugen
b. stoornissen in de consolidatie van het geheugen
c. stoornissen in het semantische geheugen (Lange termijn)
d. stoornissen in de temporale volgorde van de informatie
4.Met het correct begrijpen/interpreteren van welke van de volgende zinnen zou een patient
met Broca’s afasie waarschijnlijk de meeste problemen ondervinden?
a. Het meisje geeft de plant water
b. De politieman schiet de inbreker neer (reversibele zin)
c. De hond kauwt op het bot
d. De fiets, die door de jongen wordt vastgehouden, is kapot
antwoorden voorbeeldvragen:
1. A 2.E 3. B 4. B
geneeskunde 2025/2026
oefentoets met 93 vragen (en antwoorden) over de selectie stof dementie, gemaakt
met behulp van oude tentamens binnen de studie geneeskunde.
voorbeeldvragen:
1.Wat is de hoeksteen van de medicamenteuze behandeling van de ziekte van Alzheimer?
A. Acetylcholinesteraseremmer
B. Bèta amyloïdklievers
C. Acetylcholinesterase
D. Domperidon
2.Wat past niet bij de criteria van fronto-temporale dementie?
A. achteruitgang in sociaal gedrag
B. stoornis in regulatie van persoonlijk gedrag
C. emotionele vervlakking
D. verlies aan ziekte-inzicht
E. acuut geheugenverlies
3.patiënten met laesies in de mediale delen van de temporale cortex (hippocampale
gebieden) worden vooral gekenmerkt door
a. stoornissen in het korte-termijn geheugen
b. stoornissen in de consolidatie van het geheugen
c. stoornissen in het semantische geheugen (Lange termijn)
d. stoornissen in de temporale volgorde van de informatie
4.Met het correct begrijpen/interpreteren van welke van de volgende zinnen zou een patient
met Broca’s afasie waarschijnlijk de meeste problemen ondervinden?
a. Het meisje geeft de plant water
b. De politieman schiet de inbreker neer (reversibele zin)
c. De hond kauwt op het bot
d. De fiets, die door de jongen wordt vastgehouden, is kapot
antwoorden voorbeeldvragen:
1. A 2.E 3. B 4. B
