TEST THEORIE
Antwoorden Opgaven
,ZELFSTUDIEOPGAVEN
COLLEGE 2
Opgave 1
Antwoordoptie D: het functioneert slecht vanwege alle bovenstaande redenen.
Opgave 2
B
G R S
G 10 10 0 20
A R 0 10 10 20
S 0 20 40 60
10 40 50 100
De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid wordt beoordeeld door Cohens Kappa () hiervoor
P o−Pt
gebruik je de volgende formule kappa= .
1−Pt
10 10 40
Om Po te berekenen: Po = + + =0.6
100 100 100
Om Pt te berekenen:
B B
G R S G R S
G 10 10 0 20 G 0.1 0.1 0 0.2
A R 0 0.1 0.1 0.2
100 100 100 A
S 0 0.3 0.4 0.6
R 0 10 10 20 0.1 0.4 0.5 1
100 100 100
S 0 20 40 60
100 100 100 Pt =( 0.1 ×0.2 ) + ( 0.4 × 0.2 ) + ( 0.5 ×0.6 )=0.4
10 40 50 1
100 100 100 0.6−0.4
Om Kappa te berkenen: kappa= =0.3333 …
1−0.4
Antwoordoptie B: 0.33
Opgave 3
Antwoordoptie D: Dit item lijkt slecht te functioneren omdat de spreiding klein is
,COLLEGE 3
Opgave 1
We berekenen de IQ score van jan. De gegevens die we hebben zijn X =20 X=22 S2=5.
( X −X )
De formule voor de IQ score is IQ=100+15× z . De formule voor een z-score is z= .
S2
( 20−22 )
Dus z= =−0.4,
5
Het IQ rekenen we uit door: IQ=100+15×−0.4=100−6=94
Antwoordoptie C: 94
Opgave 2
Antwoordoptie D: zowel stelling A als B zijn onjuist.
Want, de z-scores hebben een verdeling die gelijk is aan de ruwe scores. En de stanines
bevatten niet allemaal hetzelfde percentage respondenten.
Opgave 3
Antwoordoptie A: stanines (2 t/m 8) staan voor een halve standaarddeviatie van de
verdeling van de testscores
, COLLEGE 4
Opgave 1
Antwoordoptie B: bij onafhankelijke replicatie zullen de betrouwbare scores van participant
i gelijk blijven
Opgave 2
Antwoordoptie C: bij één afname in de populatie geldt S2E ≤ S2X , want S2X =S2T + S2E
Opgave 3
We willen het betrouwbaarheidsinterval berekenen met de gegevens: R XX =0.84 , S X =10 en
X =8.
Het 95%-betrouwbaarheidsinterval berken je door de intervallen te berekenen
[ X−1,96 × S E ; X +1,96 × S E ].
Met R XX =0.84 en S X =10berkenen we S E: S E=S X √ 1−R XX=10 √ 1−0.84=4
Met S Een X berekenen we het 95%-betrouwbaarheidsinterval:
[8−1,96 × 4 ;8+1,96× 4 ]
[0.16 ; 15.84]
Antwoordoptie B: [0.16 ; 15.84]
Antwoorden Opgaven
,ZELFSTUDIEOPGAVEN
COLLEGE 2
Opgave 1
Antwoordoptie D: het functioneert slecht vanwege alle bovenstaande redenen.
Opgave 2
B
G R S
G 10 10 0 20
A R 0 10 10 20
S 0 20 40 60
10 40 50 100
De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid wordt beoordeeld door Cohens Kappa () hiervoor
P o−Pt
gebruik je de volgende formule kappa= .
1−Pt
10 10 40
Om Po te berekenen: Po = + + =0.6
100 100 100
Om Pt te berekenen:
B B
G R S G R S
G 10 10 0 20 G 0.1 0.1 0 0.2
A R 0 0.1 0.1 0.2
100 100 100 A
S 0 0.3 0.4 0.6
R 0 10 10 20 0.1 0.4 0.5 1
100 100 100
S 0 20 40 60
100 100 100 Pt =( 0.1 ×0.2 ) + ( 0.4 × 0.2 ) + ( 0.5 ×0.6 )=0.4
10 40 50 1
100 100 100 0.6−0.4
Om Kappa te berkenen: kappa= =0.3333 …
1−0.4
Antwoordoptie B: 0.33
Opgave 3
Antwoordoptie D: Dit item lijkt slecht te functioneren omdat de spreiding klein is
,COLLEGE 3
Opgave 1
We berekenen de IQ score van jan. De gegevens die we hebben zijn X =20 X=22 S2=5.
( X −X )
De formule voor de IQ score is IQ=100+15× z . De formule voor een z-score is z= .
S2
( 20−22 )
Dus z= =−0.4,
5
Het IQ rekenen we uit door: IQ=100+15×−0.4=100−6=94
Antwoordoptie C: 94
Opgave 2
Antwoordoptie D: zowel stelling A als B zijn onjuist.
Want, de z-scores hebben een verdeling die gelijk is aan de ruwe scores. En de stanines
bevatten niet allemaal hetzelfde percentage respondenten.
Opgave 3
Antwoordoptie A: stanines (2 t/m 8) staan voor een halve standaarddeviatie van de
verdeling van de testscores
, COLLEGE 4
Opgave 1
Antwoordoptie B: bij onafhankelijke replicatie zullen de betrouwbare scores van participant
i gelijk blijven
Opgave 2
Antwoordoptie C: bij één afname in de populatie geldt S2E ≤ S2X , want S2X =S2T + S2E
Opgave 3
We willen het betrouwbaarheidsinterval berekenen met de gegevens: R XX =0.84 , S X =10 en
X =8.
Het 95%-betrouwbaarheidsinterval berken je door de intervallen te berekenen
[ X−1,96 × S E ; X +1,96 × S E ].
Met R XX =0.84 en S X =10berkenen we S E: S E=S X √ 1−R XX=10 √ 1−0.84=4
Met S Een X berekenen we het 95%-betrouwbaarheidsinterval:
[8−1,96 × 4 ;8+1,96× 4 ]
[0.16 ; 15.84]
Antwoordoptie B: [0.16 ; 15.84]