Vergelijking tussen grootheden: verhoudingen gebruik je om grootheden met elkaar te
vergelijken.
Keninzicht: kinderen verwerven het inzicht dat een verhouding een vergelijking aangeeft van
aantallen die naar voren komen in getalsmatige, meet- of meetkundige aspecten van een
situatie.
Het is belangrijk om kinderen zich bewust te maken van verhoudingen.
Gelijkwaardige getallenparen: eindeloze reeks van paren. Bijvoorbeeld 2:3 = 4:6 = 8:12,
etc.
Kerninzicht: kinderen verwerven het inzicht dat een verhouding een relatief begrip is, en een
eindeloze reek van gelijkwaardige getallenparen vertegenwoordigd.
De verhoudingstabel is een handig hulpmiddel. Ook kun je een dubbele getallenlijn en een
strook toepassen. Som: 64 euro van de 160 euro korting. Hoeveel procent is dat?
Deel (euro) 160 16 64
Geheel (procent) 100 10 ?
10 % 40 % 100%
€16 €64 €160
0km 15km 30 50 55 60
0 1u 2u 3,3u 4u
Relatief begrip: een verhouding die uitkomt tot relatief begrip is bijvoorbeeld als je 15 km/u
verandert in 15:1. Ook is het een gemiddelde, dus je fiets niet constant 15 km/u (relatief).
Leerlijn verhoudingen:
Heel belangrijk: gebruik je dagelijks en legt basis voor breuken, procenten en komma’s.
Je moet de basis leggen in de onderbouw tijdens alledaagse ervaringen. Je kunt dit doen
tijdens mengsituaties met bijvoorbeeld ranja ( 2 doppen of 1 dop siroop, wat doet dat met
smaak), spiegels (jezelf groter/kleiner zien), puzzels (inzicht in maat/verhouding), etc.
De kinderen gaan vanaf groep 3 zelf het nut inzien van ‘netjes opschrijven’ en getallenparen
zoeken. Als leerkracht moet je sturen richting de verhoudingstabel.
Betekenisvolle context: geld, afstand.
Belangrijk tijdens lessen: wiskundetaal gebruiken (goed voor verhoudingsdenken), zoals bijv.
voor 3 cakes heb je ‘3 keer zoveel’ schepjes nodig. Of een op de vier kinderen, dus een
kwart, is ziek.
Modellen:
Verhoudingstabel:
- Elke tussenstap heeft betekenis
- Werken op eigen niveau; keuzes maken in getalrelaties die ze zelf aankunnen