Samenvatting BLOK 1
BOEK: ZO WERKT HET IN DE APOTHEEK
Calgary-Cambridge model
- Begin van gesprek – informatie en onderzoek – uitleg, advies, besluit – afsluiten van het gesprek
- Begin: eerste contact, interesse tonen, op gemak stellen, WHAM vragen
- Informatie: relevant zorgvragen verzamelen, verwachtingen vragen, voorkeuren patiënt, wat weet de patiënt
al over het geneesmiddel en de behandeling
- Uitleg: advies en uitleg geven door de ingewonnen zorgvragen, gepast advies geven, werking, bijwerkingen,
mogelijkheid tot vragen stellen
- Afsluiten: samenvatten, maken afspraken, mogelijkheid tot vragen stellen
CanMeds (doel ontwikkelen van competenties binnen het vakgebied van apothekersassistent voor betere zorg)
P Professionaliteit: geheimhoudingsplicht, omgaan met verschillende culturen, respect tonen
S Samenwerking: werkt goed in teamverband en is onderdeel van het team, werkafspraken, functioneren
O Organisatie: missie visie van apotheek, overziet werkzaamheden, protocollen en richtlijnen volgen
M Maatschappelijk handelen: patiënt individueel behandelen, signaleren problemen, geneesmiddelengebruik
C Communicatie: empathisch en sluit goed aan behoefte van patiënt, analyseren en handelen
F Farmaceutisch handelen = Kernrol: medicatiebewaking en begeleiding, toepassen wet en regelgeving, richtlijnen,
protocollen, adviseren, productkennis, ziektebeelden, preferentiebeleid, hygiëne, zelfzorg
L Leren en ontwikkelen: nascholingen, feedback vragen, op de hoogte van actuele ontwikkelingen en richtlijnen
Hoofdstuk 6: (Boek: Zo werkt het in de apotheek)
6.2 Geneesmiddelenwet
- Legt de nadruk op het product, het geneesmiddel, en de vervaardiging en distributie hiervan, niet de
beroepsuitoefening. Ook Europese regelgeving hierin verwerkt.
- AV-geneesmiddelen ook bij andere verkooppunten die een vergunning hebben, krijgen een vergunning als
zich binnen een straal van 3km geen apotheek of drogisterij gevestigd is.
- CBG adviseert welke geneesmiddelen waar te koop mogen zijn.
- UA (uitsluitend apotheek), UAD (uitsluitend apotheek en drogisterij), UR (uitsluitend recept), AV (algemeen
verkrijgbaar)
6.3 Opiumwet
- Opium is ingedroogde melksap van de slaapbol. Bevat morfine, codeïne en papaverine. Pijnstillend en
slaapverwekkend. Wil ongeoorloofde vervaardiging, sluikhandel en misbruik tegengaan. Opiummiddelen
moeten vanaf dat de grondstof in Nederland aankomt tot aan de patiënt traceerbaar zijn.
- Lijst 1 harddrugs: heroïne, cocaïne, amfetamine, LSD, XTC, zware pijnstillers, methylfenidaat en
dexamfetamine. (fentanyl, methadon, morfine)
- Lijst 2 softdrugs: diazepam, nitrazepam, oxazepam. Substanties zijn grondstoffen en preparaten zijn
toedieningsvormen waar substanties in zijn verwerkt bijvoorbeeld tabletten of drank.
- Verboden om middelen van lijst 1 en 2: te importeren of exporteren, bereiden, bewerken, verkopen,
afleveren, vervoeren, aanwezig te hebben. Uitzondering voor geneeskundige doeleinden.
- Opiumadministratie 15 jaar bewaren.
BOEK: ZO WERKT HET IN DE APOTHEEK
Calgary-Cambridge model
- Begin van gesprek – informatie en onderzoek – uitleg, advies, besluit – afsluiten van het gesprek
- Begin: eerste contact, interesse tonen, op gemak stellen, WHAM vragen
- Informatie: relevant zorgvragen verzamelen, verwachtingen vragen, voorkeuren patiënt, wat weet de patiënt
al over het geneesmiddel en de behandeling
- Uitleg: advies en uitleg geven door de ingewonnen zorgvragen, gepast advies geven, werking, bijwerkingen,
mogelijkheid tot vragen stellen
- Afsluiten: samenvatten, maken afspraken, mogelijkheid tot vragen stellen
CanMeds (doel ontwikkelen van competenties binnen het vakgebied van apothekersassistent voor betere zorg)
P Professionaliteit: geheimhoudingsplicht, omgaan met verschillende culturen, respect tonen
S Samenwerking: werkt goed in teamverband en is onderdeel van het team, werkafspraken, functioneren
O Organisatie: missie visie van apotheek, overziet werkzaamheden, protocollen en richtlijnen volgen
M Maatschappelijk handelen: patiënt individueel behandelen, signaleren problemen, geneesmiddelengebruik
C Communicatie: empathisch en sluit goed aan behoefte van patiënt, analyseren en handelen
F Farmaceutisch handelen = Kernrol: medicatiebewaking en begeleiding, toepassen wet en regelgeving, richtlijnen,
protocollen, adviseren, productkennis, ziektebeelden, preferentiebeleid, hygiëne, zelfzorg
L Leren en ontwikkelen: nascholingen, feedback vragen, op de hoogte van actuele ontwikkelingen en richtlijnen
Hoofdstuk 6: (Boek: Zo werkt het in de apotheek)
6.2 Geneesmiddelenwet
- Legt de nadruk op het product, het geneesmiddel, en de vervaardiging en distributie hiervan, niet de
beroepsuitoefening. Ook Europese regelgeving hierin verwerkt.
- AV-geneesmiddelen ook bij andere verkooppunten die een vergunning hebben, krijgen een vergunning als
zich binnen een straal van 3km geen apotheek of drogisterij gevestigd is.
- CBG adviseert welke geneesmiddelen waar te koop mogen zijn.
- UA (uitsluitend apotheek), UAD (uitsluitend apotheek en drogisterij), UR (uitsluitend recept), AV (algemeen
verkrijgbaar)
6.3 Opiumwet
- Opium is ingedroogde melksap van de slaapbol. Bevat morfine, codeïne en papaverine. Pijnstillend en
slaapverwekkend. Wil ongeoorloofde vervaardiging, sluikhandel en misbruik tegengaan. Opiummiddelen
moeten vanaf dat de grondstof in Nederland aankomt tot aan de patiënt traceerbaar zijn.
- Lijst 1 harddrugs: heroïne, cocaïne, amfetamine, LSD, XTC, zware pijnstillers, methylfenidaat en
dexamfetamine. (fentanyl, methadon, morfine)
- Lijst 2 softdrugs: diazepam, nitrazepam, oxazepam. Substanties zijn grondstoffen en preparaten zijn
toedieningsvormen waar substanties in zijn verwerkt bijvoorbeeld tabletten of drank.
- Verboden om middelen van lijst 1 en 2: te importeren of exporteren, bereiden, bewerken, verkopen,
afleveren, vervoeren, aanwezig te hebben. Uitzondering voor geneeskundige doeleinden.
- Opiumadministratie 15 jaar bewaren.