Je mag bij beide borden NIET parkeren.
Parkeerverbodsbord: Je mag NIET parkeren.
Gele onderbroken streep = Je mag NIET parkeren
Parkeren:
- Sleutel uit het contact halen. Deur dicht doen. De auto verlaten.
- Vrijwillig, langdurig in de auto blijven zitten → bellen of navigatie instellen.
Je mag dus WEL:
- In- en uitstappen.
- Laden en lossen.
+ binnen/ buiten de bebouwde kom in een berm.
+ op een voorrangsweg binnen de bebouwde kom.
→ ondanks bord, mag je hier wel parkeren.
!! Je mag niet laden en lossen bij een bushalte, hier mag je wel iemand in en uit laten
stappen: mits er ‘lijnbus’ of bus strook’ op het wegdek staat.
!! Je mag laden en lossen in een woonerf.
Stilstaan verbodsbord: Je mag NIET stilstaan.
Je mag NIET:
- In- en uitstappen.
- Laden en lossen.
- NIET stilstaan.
Je mag OVERAL iemand in- en uit laten stappen, BEHALVE:
Stilstaan verbod: je mag NIET stil staan op:
- Een fietsstrook.
- Een busstrook.
- Gele doorgetrokken streep
- Ronde X bord.
!! Je mag altijd parkeren in een parkeervak, verkeersbord geldt dan voor de rijbaan.
!! Verkeersbord geldt alleen voor de zijde waar het bord staat en geldt pas wanneer je het
gepasseerd bent.
!! Wanneer er zone op het verkeerbord staat, dan geldt het bord voor beide zijde.
!! Je mag WEL iemand in- en uit laten stappen op een suggestie strook: onderbroken witte
streep, ZONDER fietsteken.
!! Binnen en buiten de bebouwde kom mag je in een berm parkeren.
!! Op een voorrangsweg binnen de bebouwde kom mag je parkeren.
,Gebruik van lichten
Dimlicht: standaard verlichting.
- Mag je ALTIJD voeren.
Grootlicht:
- Alleen in de nacht, zolang je niemand verblindt.
- Mag binnen en buiten de bebouwde kom.
Mist achterlicht:
- Alleen bij zicht minder dan 50 meter.
- NIET met regen, dan lijkt het alsof je remt.
Mistlicht voorzijde:
- Alleen bij zicht minder dan 200 meter.
- Voeren bij mist, sneeuwval en regen.
Stadslicht: Parkeerlichten:
Voer je wanneer je geparkeerd staat of stilstaat
op een onoverzichtelijke plek.
!! Hectometer paaltjes kom je om de 100 meter tegen.
!! Remlichten moeten rood of ambergeel, derde remlicht moet rood, achteruit licht moet wit
zijn.
!! Je kenteken verlichting moet het altijd doen.
, Verkeersborden
Voorrangskruising: verleen voorrand.
= Kruisende weg: weg van links naar rechts.
= Haaientanden: elke bestuurder voorrang geven.
→ voetgangers hebben geen voorrang.
!! Hetzelfde geldt bij een stopbord.
Bij een stopbord ALTIJD stoppen. Bij een stopbord hoef je alleen voorrang te verlenen aan
bestuurder op de kruisende weg.
Bij haaientanden hoef je niet te stoppen, wanneer je geen verkeer ziet.
Voorrangskruispunt:
- Dikke lijn heeft voorrang op dunne lijnen.
Gevaarlijk kruispunt:
Voorrangsweg:
- Zolang je rechtdoor rijd heb je voorrang.
Verbodsborden: Ronde borden met een rode omlijning.
- Verboden voor..
- Gesloten voor..
Waarschuwingsborden: Driehoek borden, naar boven, met een rode omlijning:
- Waarschuwing voor/ van..
Voorrangsborden: Driehoek borden, naar beneden.
Spoorwegovergangsbord:
- Elke rode streep staat voor 80 meter.
Motorvoertuigen: auto en motor weergegeven.
Alle voertuigen die aangedreven worden door een motor, behalve:
- Snorfiets.
- Bromfiets.
- Elektrische fiets.
- Gehandicapt voertuig.