insolventierecht les 4

Privaatrecht les 8


Hoorcollege
WSNP – Voor Toelating
WSNP is bedoelt voor mensen die in problematische schulden zitten.


Toelating hoe? WSNP:
1. Verzoekschrift indienen bij de rechtbank (verzoekschriftprocedure) art. 284
lid 2 Fw
2. Verzoek dient te worden ondertekend door schuldenaar, advocaat of
gevolmachtigde (bijv. een schuldhulpverlener) art. 284 lid 2 Fw. De
schuldenaar moet tekenen dat iemand namens hem gemachtigd is.
3. Medewerking van echtgenoot/geregistreerd partner vereist tenzij iedere
gemeenschap van goederen is uitgesloten art. 284 lid 3Fw. Dit omdat de
WSNP gevolgen heeft voor de goederen in gemeenschap. Dus als er bijv.
een auto is, heeft dit gevolgen.
4. Het verzoek mag ook worden gedaan door het college van B&W art. 284 lid
4 Fw. Meestal is dit een medewerker van de gemeente zoals een
schuldhulpverlener die namens het college van B&W zo een verzoek
indient.
5. Het verzoekschrift moet gepaard gaan met bijlage art. 285 Fw. De bijlage
zijn nodig voor de rechter om het verzoek te beoordelen. Rechter wil bijv.
beoordelen wat voor schulden er zijn gemaakt, wat is de situatie mbt
inkomsten en uitgaven. Zo kan de rechter toetsen of er wordt voldaan aan
de toelatingscriteria. Dus zijn de schulden ter goeder trouw gemaakt in de
afgelopen 3 jaar en te toetsen of de situatie van de schuldenaar stabiel
zijn. Wat er in de bijlage moet is ook nader uitgewerkt in het
procesregelement insolventiezaken rechtbanken


Urgentie
Een schuldenaar kan in een dreigende situatie komen wegens het niet betalen
van vorderingen. Bij zo een dreigende situatie kan je denken aan bijvoorbeeld dat
de schuldenaar de huur niet kon betalen en er een uitzetting dreigt te komen of
afsluiten van water en licht, of opzeggen van de zorgverzekering. Deze zaken
kunnen ervoor zorgen dat de stabiliteit van een schuldenaar nog meer onder
druk komt te staan. De wetgever heeft rust willen creëren voor zo een
schuldenaar die eigenlijk al bezig is met een traject om de schuldenlast op te
lossen. Dus als de schuldenaar een wsnp heeft gevraagd kan hij ook een verzoek
indienen voor een voorlopige voorziening. Dit staat in art. 287 lid 4 Fw. Dus als hij
de WSNP heeft aangevraagd maar bijv. de huurbaas wil iemand uitzetten, kan via
de voorlopige voorziening dit worden afgewend zodat de schuldenaar
iniedergeval niet in een nog benarde situatie komt.

, Het is ook mogelijk wanneer de WSNP verzoek nog niet is ingediend. Maar
waarbij er is gevraagd voor een dwangakkoord. Dit heet Moratorium art. 287b lid
1 Fw. In lid 2 van art. 287 Fw staat wat die dreigende situatie kan zijn.
Beide gevallen is door de wetgever gecreëerd om rust te creëren bij de
schuldenaar.




Toelatingscriteria voor de WSNP art. 288 lid 1 Fw
1. In de 3 jaar voorafgaan aan het verzoekschrift voor WSNP moet de
schulden ter goedertrouw zijn ontstaan. Schulden die niet ter goedertrouw
zijn ontstaan zijn schulden die bijvoorbeeld zijn ontstaan door te frauderen,
verkeerde belastingaangifte van bij de belastingdienst of boetes die zijn
opgelegd. (Sub b)
2. De schuldenaar kan niet verder gaan met het betalen van zijn schulden.
WSNP moet dus noodzakelijk zijn, er is geen andere mogelijkheid. Als hij
bijvoorbeeld in termijnen kan betalen dat is het niet noodzakelijk dat die de
WSNP in gaat. (Sub a)
3. Schuldenaar moet de verplichtingen van de WSNP nakomen en zal zich
inspannen baten voor de boedel te verwerven. Als je minder inkomsten
hebt dan uitgaven kan je niet aflossen en kunnen er nieuwe schulden
ontstaan. Dat is in strijd met de WSNP. Als een schuldenaar bijvoorbeeld
geen werk heeft moet hij gaan solliciteren. De rechter zal dus beoordelen
of de schuldenaar zich aan deze verplichtingen kan voldoen. Als dat niet zo
is heeft dit invloed op toelating tot de WSNP. (sub c)
Weigeringsgronden art. 288 lid 2 Fw
Naast de toelatingseisen zijn er ook weigeringsgronden voor de WSNP. Dit staat in
art. 288 lid 2 Fw.
1. Als je al in WSNP zit, is dat van toepassing op schulden die zijn ontstaan
tot op het moment waarop je bent toegelaten tot de WSNP. Dus op die
schulden kan geen beslag worden gelegd en voor die schulden krijg je
uiteindelijk een schonelei. Schulden die daarna zijn ontstaan, daar heeft de
WSNP geen betrekking op. Je kan niet 2 keer gelijktijdig in de WSNP zitten.
2. Schulden uit een misdrijf (korter dan 5 jaar voorafgaand aan verzoek)
3. Minnelijk traject niet uitgevoerd door persoon of instelling art. 48 lid 1 Wck
288 lid 3 fw
Check dit artikel ook. Hier zijn er uitzonderingsgronden. Dus als iemand
bijvoorbeeld niet ter goedetrouw was omdat hij een gokverslaving had maar dit
nu onder controle heeft. Dan kan hij alsnog toegelaten worden. Er is hier wel een
termijn aan, dus check het artikel!
Indien de WSNP-verzoek wordt afgewezen:
1. Schuldenaar kan binnen 8 dagen in beroep tegen de uitspraak (art. 292 lid
3 Fw). (weigering WSNP)Gelijktijdig kan er ook beroep worden ingesteld