Aantekeningen instellingstoets
De instellingstoets focust zich op assurance-opdrachten (bijv. subsidies), overige assurance-opdrachten, non
assurance-opdrachten en overige opdrachten.
Algemene punten
Gebruiker verwacht assurance:
• 800 – Grote mate van zekerheid
• 2000 – Beperkte mate van zekerheid
• 3000 – Grote en beperkte mate van zekerheid
o 3400 – Is vaak beoordelen, dus beperkte mate van zekerheid. Gaat over de toekomst, dus
moeilijk om grote mate van zekerheid te geven
o 3810N – Duurzaamheid
• – Non assurance
Soort assurance Object Soort opdracht Standaard Rapportage
Assurance Historische Controle 510 Controleverklaring
opdracht financiële 800, 805, 810 Bijzondere
informatie controleverklaring
Anders dan Controle en/of 3000, 3400, 3402, Assurancerapport, tenzij
historische beoordeling 3410, 3420, prognose ->
financiële 3810N, 3850N onderzoeksrapport
informatie
Non-assurance Financiële Verrichten van specifiek 4400 Rapport van feitelijke
opdrachten informatie overeengekomen bevindingen
werkzaamheden
Samenstellen 4410 Samenstellingsverklaring
Transactie Advies 5500N Adviesrapport
gerelateerd
Anders dan Divers n.v.t. Adviesrapport
financiële en
transactie
gerelateerd
Verschil 3000A en 3000D: Stramien art. 12 en art. 13. Voorbeeld met IT audit
• 3000A: De IT auditor toetst de bewering van het management. De organisatie toetst zelf of zij voldoen,
vellen daar een oordeel over en nemen dat op in een verklaring. De IT auditor toetst dan og de verklaring
een getrouw beeld van de werkelijkheid geeft
• 3000D: IT auditor toetst zelf of de organisatie voldoet
Verschil 4400 en 5500N: Bij 4400 geef je alleen een rapport van feitelijke bevindingen zonder advies, oordeel of
conclusie (4400.6). Bij 5500N wordt advies gegeven en dus ook een conclusie
, Woorden die je wel/niet moet noemen
• Rapport van feitelijke bevindingen (4400)
o Niet gebruiken: beoordelen, controleren of verifiëren
o Wel gebruiken: aansluiten, cijferanalyses, doornemen of interviews
• Beperkte mate van zekerheid
o Wel gebruiken: ons is niet gebleken dat, door onze werkzaamheden, dat de historische
informatie niet juist is
Staat in de casus het is nieuw of weinig ervaring mee -> kan je de opdracht dan wel accepteren? Is er voldoende en
geschikte controle-informatie -> denk hier vooral aan bij duurzaamheid
Materialiteit
Benchmark Percentage
EBITDA 4% - 6%
Profit before tax 5% - 10%
Total assets 0,5% - 2%
Total equity 1% - 5%
Total revenue 0,5% - 2%
Staat in de casus gebruiker verwacht stempel/briefje van de accountant: kijken of het voor assurance in
aanmerking komt -> stramien van assurance-opdrachten -> Elementen assurance-opdracht (Stramien 26)
• Elementen ook uitwerken als het er dik boven op ligt bij de opdracht acceptatie. Staat in de casus je mag
ervanuit gaan dat de opdracht is geaccepteerd / dat je de opdracht kan accepteren -> dan niet uitwerken
Subsidiecontrole
• Hebben ze het over opbrengsten of staat er dat er wordt gekort op opbrengsten -> altijd volledigheid van
de opbrengsten als risico aanmerken
• Werkzaamheden: begroting aansluiten, notulen beoordelen, interne beheersing en activiteitenplan
beoordelen
o Horeca: vaststellen dat geld-goederen beweging juist is
Klant en opdrachtacceptatie
• Benoem het kader
o Klantacceptatie en wwft
o VGBA (objectiviteit en vakbekwaamheid)
o ViO
o NVKS
▪ Integriteit klant NVKS.5
o Stramien
o NOCLAR
o Wwft
▪ Klantonderzoek, UBO’s en risicoprofiel vaststellen
• Collegiaal overleg, opdrachtverkrijging in het boekjaar
• Eventuele samenloop maar ook mogelijke persoonlijke nauwe relaties
• Geef een conclusie: opdracht kan geaccepteerd worden (eventueel met waarborgen zoals OKB,
consultatie of aparte teams)
2
De instellingstoets focust zich op assurance-opdrachten (bijv. subsidies), overige assurance-opdrachten, non
assurance-opdrachten en overige opdrachten.
Algemene punten
Gebruiker verwacht assurance:
• 800 – Grote mate van zekerheid
• 2000 – Beperkte mate van zekerheid
• 3000 – Grote en beperkte mate van zekerheid
o 3400 – Is vaak beoordelen, dus beperkte mate van zekerheid. Gaat over de toekomst, dus
moeilijk om grote mate van zekerheid te geven
o 3810N – Duurzaamheid
• – Non assurance
Soort assurance Object Soort opdracht Standaard Rapportage
Assurance Historische Controle 510 Controleverklaring
opdracht financiële 800, 805, 810 Bijzondere
informatie controleverklaring
Anders dan Controle en/of 3000, 3400, 3402, Assurancerapport, tenzij
historische beoordeling 3410, 3420, prognose ->
financiële 3810N, 3850N onderzoeksrapport
informatie
Non-assurance Financiële Verrichten van specifiek 4400 Rapport van feitelijke
opdrachten informatie overeengekomen bevindingen
werkzaamheden
Samenstellen 4410 Samenstellingsverklaring
Transactie Advies 5500N Adviesrapport
gerelateerd
Anders dan Divers n.v.t. Adviesrapport
financiële en
transactie
gerelateerd
Verschil 3000A en 3000D: Stramien art. 12 en art. 13. Voorbeeld met IT audit
• 3000A: De IT auditor toetst de bewering van het management. De organisatie toetst zelf of zij voldoen,
vellen daar een oordeel over en nemen dat op in een verklaring. De IT auditor toetst dan og de verklaring
een getrouw beeld van de werkelijkheid geeft
• 3000D: IT auditor toetst zelf of de organisatie voldoet
Verschil 4400 en 5500N: Bij 4400 geef je alleen een rapport van feitelijke bevindingen zonder advies, oordeel of
conclusie (4400.6). Bij 5500N wordt advies gegeven en dus ook een conclusie
, Woorden die je wel/niet moet noemen
• Rapport van feitelijke bevindingen (4400)
o Niet gebruiken: beoordelen, controleren of verifiëren
o Wel gebruiken: aansluiten, cijferanalyses, doornemen of interviews
• Beperkte mate van zekerheid
o Wel gebruiken: ons is niet gebleken dat, door onze werkzaamheden, dat de historische
informatie niet juist is
Staat in de casus het is nieuw of weinig ervaring mee -> kan je de opdracht dan wel accepteren? Is er voldoende en
geschikte controle-informatie -> denk hier vooral aan bij duurzaamheid
Materialiteit
Benchmark Percentage
EBITDA 4% - 6%
Profit before tax 5% - 10%
Total assets 0,5% - 2%
Total equity 1% - 5%
Total revenue 0,5% - 2%
Staat in de casus gebruiker verwacht stempel/briefje van de accountant: kijken of het voor assurance in
aanmerking komt -> stramien van assurance-opdrachten -> Elementen assurance-opdracht (Stramien 26)
• Elementen ook uitwerken als het er dik boven op ligt bij de opdracht acceptatie. Staat in de casus je mag
ervanuit gaan dat de opdracht is geaccepteerd / dat je de opdracht kan accepteren -> dan niet uitwerken
Subsidiecontrole
• Hebben ze het over opbrengsten of staat er dat er wordt gekort op opbrengsten -> altijd volledigheid van
de opbrengsten als risico aanmerken
• Werkzaamheden: begroting aansluiten, notulen beoordelen, interne beheersing en activiteitenplan
beoordelen
o Horeca: vaststellen dat geld-goederen beweging juist is
Klant en opdrachtacceptatie
• Benoem het kader
o Klantacceptatie en wwft
o VGBA (objectiviteit en vakbekwaamheid)
o ViO
o NVKS
▪ Integriteit klant NVKS.5
o Stramien
o NOCLAR
o Wwft
▪ Klantonderzoek, UBO’s en risicoprofiel vaststellen
• Collegiaal overleg, opdrachtverkrijging in het boekjaar
• Eventuele samenloop maar ook mogelijke persoonlijke nauwe relaties
• Geef een conclusie: opdracht kan geaccepteerd worden (eventueel met waarborgen zoals OKB,
consultatie of aparte teams)
2
