Samenvatting hoofdstuk 1
1.1 Belang van marketing
De volgende trends maken het waarneembaar dat organisaties ‘aan marketing doen’.
1. Er komen steeds meer en sneller nieuwe producten en diensten
Er worden steeds meer nieuwe producten en diensten bedacht en hiervan
verschillende varianten. Het is belangrijk om de consument ook niet te veel keuze te
geven, hier wordt de consument namelijk moe van.
2. De communicatiespiraal ontwikkelt zich
Meer concurrentie betekent ook meer marketing voor de organisaties om zich te
onderscheiden. Dit is de communicatiespiraal wat ontstaat, doordat de bedrijven zich
steeds eruit proberen te concurreren.
3. De consument krijgt door onlinegedrag meer macht
Door de komst van het internet kan de consument van steeds meer informatie
worden voorzien. Daarnaast is door de komst van sociale media het verspreiden van
informatie ook makkelijker. Sociale media heeft hierin twee functies:
- word of mouth (mond-tot-mondreclame): zorgen dat informatie bij verschillende
groepen wordt verspreid.
- crowdsourcing en crowdfunding: bij crowdsourcing gaat een onderneming via
sociale media haar volgers meedenken aan nieuwe ideeën voor de organisatie. Bij
crowdfunding wordt bij startende ondernemers om geld gevraagd voor hun
onderneming.
4. Er is meer informatie over aanbieders beschikbaar, zoals via ranglijsten
Via ervaringsgegevens kunnen bestaande en nieuwe klanten ervaring over de
onderneming uitwisselen. Dit zijn ook wel recensies, wat een nieuwe klant kan laten
beslissen om bij die winkel iets te kopen.
5. Nieuwe vormen van concurrentie via internet
Door de komst van online winkelen ontstaat een nieuwe schakel tussen de klassieke
aanbieders en de consumenten. Zelfs een fysieke dienstverlening, zoals een taxi
(Uber), kan online worden aangeboden.
6. Retail verkeert in een transitie
Door de komst van online winkelen is de positie van de retailer onder druk komen te
staan. Veel winkels gaan weg en moet een winkel voor beleving zorgen, willen de
consumenten naar een winkel komen.
7. De overheid streeft naar marktwerking
De overheid verbiedt een monopolie positie voor een onderneming en is het
verplicht om concurrenten te hebben. Hierdoor heeft de consument keuze uit
verschillende aanbieders.
, 8. Er is een toenemende ‘lage betrokkenheid’ van consumenten
Tegenwoordig zijn de consumenten steeds minder betrokken over de beslissing van
een aankoop en hoe uitgebreid zij informatie verzamelen. Bij de ‘klassieke’ manier
werd uitgebreid informatie verzameld en voor- en nadelen naast elkaar gelegd.
Tegenwoordig wordt dit proces alleen gedaan bij dure aankopen of aankopen waarbij
het risico hoog is.
9. Beslissingen worden vaak onbewust genomen
Tegenwoordig worden aankopen steeds vaker op gevoel gedaan in plaats van dat er
bewust over een beslissing wordt nagedacht. Consumenten laten zich steeds meer
beïnvloeden door marketinginvloeden.
10. De consument wordt kritischer
De consument heeft steeds meer keuze tussen aanbieders en kan haar mening
steeds vaker laten horen via sociale media.
De communicatiespiraal: door de toenemende concurrentie en marketinguitingen van
concurrenten, moeten bedrijven steeds meer commerciële uitingen doen. Hierdoor ontstaat
een communicatiespiraal voor de consument. Deze cyclus is hieronder geschetst en begint
steeds opnieuw.
1. Merken doen steeds meer communicatie
2. Consumenten worden bedolven onder commerciële signalen
3. Merkimago’s komen steeds minder duidelijk uit de verf.
1.2 Wat is marketing?
Het begrip marketing: het begrip marketing kan op verschillende wijzen worden opgevat.
1. Organisatiecultuur: een set van overtuigingen die de organisatie zodanig stuurt dat
er een commitment bestaat. In deze commitment wil de organisatie aan de
behoeften van de consument voldoen om daarmee op lange termijn winstgevend te
zijn.
2. Strategie: de strategie en marketing van een bedrijf zorgt voor de doelgroepen en
het positioneren van producten en diensten van de organisatie.
3. Tactiek en activiteiten: dagelijkse activiteiten rondom de vier P’s (product, prijs,
plaats en promotie).
Definitie marketing: marketing is het, op basis van zorgvuldige analyses van de markt en de
eigen organisatie, kiezen van een onderscheidend aanbod van producten/diensten die
aansluiten op behoeften van gekozen doelgroepen, en het vermarkten van die
producten/diensten door merkgerichte keuzen van prijzen, communicatiemiddelen en
kanalen.
1.1 Belang van marketing
De volgende trends maken het waarneembaar dat organisaties ‘aan marketing doen’.
1. Er komen steeds meer en sneller nieuwe producten en diensten
Er worden steeds meer nieuwe producten en diensten bedacht en hiervan
verschillende varianten. Het is belangrijk om de consument ook niet te veel keuze te
geven, hier wordt de consument namelijk moe van.
2. De communicatiespiraal ontwikkelt zich
Meer concurrentie betekent ook meer marketing voor de organisaties om zich te
onderscheiden. Dit is de communicatiespiraal wat ontstaat, doordat de bedrijven zich
steeds eruit proberen te concurreren.
3. De consument krijgt door onlinegedrag meer macht
Door de komst van het internet kan de consument van steeds meer informatie
worden voorzien. Daarnaast is door de komst van sociale media het verspreiden van
informatie ook makkelijker. Sociale media heeft hierin twee functies:
- word of mouth (mond-tot-mondreclame): zorgen dat informatie bij verschillende
groepen wordt verspreid.
- crowdsourcing en crowdfunding: bij crowdsourcing gaat een onderneming via
sociale media haar volgers meedenken aan nieuwe ideeën voor de organisatie. Bij
crowdfunding wordt bij startende ondernemers om geld gevraagd voor hun
onderneming.
4. Er is meer informatie over aanbieders beschikbaar, zoals via ranglijsten
Via ervaringsgegevens kunnen bestaande en nieuwe klanten ervaring over de
onderneming uitwisselen. Dit zijn ook wel recensies, wat een nieuwe klant kan laten
beslissen om bij die winkel iets te kopen.
5. Nieuwe vormen van concurrentie via internet
Door de komst van online winkelen ontstaat een nieuwe schakel tussen de klassieke
aanbieders en de consumenten. Zelfs een fysieke dienstverlening, zoals een taxi
(Uber), kan online worden aangeboden.
6. Retail verkeert in een transitie
Door de komst van online winkelen is de positie van de retailer onder druk komen te
staan. Veel winkels gaan weg en moet een winkel voor beleving zorgen, willen de
consumenten naar een winkel komen.
7. De overheid streeft naar marktwerking
De overheid verbiedt een monopolie positie voor een onderneming en is het
verplicht om concurrenten te hebben. Hierdoor heeft de consument keuze uit
verschillende aanbieders.
, 8. Er is een toenemende ‘lage betrokkenheid’ van consumenten
Tegenwoordig zijn de consumenten steeds minder betrokken over de beslissing van
een aankoop en hoe uitgebreid zij informatie verzamelen. Bij de ‘klassieke’ manier
werd uitgebreid informatie verzameld en voor- en nadelen naast elkaar gelegd.
Tegenwoordig wordt dit proces alleen gedaan bij dure aankopen of aankopen waarbij
het risico hoog is.
9. Beslissingen worden vaak onbewust genomen
Tegenwoordig worden aankopen steeds vaker op gevoel gedaan in plaats van dat er
bewust over een beslissing wordt nagedacht. Consumenten laten zich steeds meer
beïnvloeden door marketinginvloeden.
10. De consument wordt kritischer
De consument heeft steeds meer keuze tussen aanbieders en kan haar mening
steeds vaker laten horen via sociale media.
De communicatiespiraal: door de toenemende concurrentie en marketinguitingen van
concurrenten, moeten bedrijven steeds meer commerciële uitingen doen. Hierdoor ontstaat
een communicatiespiraal voor de consument. Deze cyclus is hieronder geschetst en begint
steeds opnieuw.
1. Merken doen steeds meer communicatie
2. Consumenten worden bedolven onder commerciële signalen
3. Merkimago’s komen steeds minder duidelijk uit de verf.
1.2 Wat is marketing?
Het begrip marketing: het begrip marketing kan op verschillende wijzen worden opgevat.
1. Organisatiecultuur: een set van overtuigingen die de organisatie zodanig stuurt dat
er een commitment bestaat. In deze commitment wil de organisatie aan de
behoeften van de consument voldoen om daarmee op lange termijn winstgevend te
zijn.
2. Strategie: de strategie en marketing van een bedrijf zorgt voor de doelgroepen en
het positioneren van producten en diensten van de organisatie.
3. Tactiek en activiteiten: dagelijkse activiteiten rondom de vier P’s (product, prijs,
plaats en promotie).
Definitie marketing: marketing is het, op basis van zorgvuldige analyses van de markt en de
eigen organisatie, kiezen van een onderscheidend aanbod van producten/diensten die
aansluiten op behoeften van gekozen doelgroepen, en het vermarkten van die
producten/diensten door merkgerichte keuzen van prijzen, communicatiemiddelen en
kanalen.
