Pedagogisch klimaat
samenvatting
Pedagogisch klimaat
Gedrag binnen relaties: Het gedrag dat wordt vertoond voldoet wel/ niet/ in bepaalde mate
aan waarden en normen.
- Die de school stelt
- Die jij als leraar bewaakt en wil overdragen
- Die de vaksectie nastreeft
Waarden:
- Abstract is niet vast te pakken
- Idealen
Normen: concrete richtlijnen voor het handelen
Pedagogisch klimaat sfeer, omstandigheden creëren voor optimale ontwikkelingskansen
optimaal ontwikkelen mogelijk bij welbevinden
- Welbevinden: een gevoel, stemming, gewenst gedrag
Goede omgang
Ongelijke verhouding tussen leerling en docent zit goede omgang in de weg
Omgang is goed als
- Docent gedrag:
o Sensitieve responsiviteit
o Autonomie geven
o Grenzen stellen
o Informatie geven
Psychologisch contract
Omgang is niet alleen afhankelijk van de eigenschappen/ het gedrag van de docent.
Er is sprake van een psychologische ruil psychologisch contract
- Inhoud: gevormd door verwachtingen die de docent en leerlingen ten opzichte van
elkaar hebben
Bij frustraties (gedrag dat niet aansluit bij de verwachtingen):
1. Verhelderen, communiceren
2. Onderhandelen
3. Afspraken maken
4. Verwachtingen bijstellen
Model van Leary
De leerkracht als oorzaak van de orde problematiek:
- Inconsequent gedrag regels niet consequent hanteren
, - Afstand van de leerlingen leraar moet wel leiderschap uitstralen
- Eerste indruk is van belang, wordt altijd te onthouden, bij eerste indruk er al staan,
later pas teugels laten vieren
Orde zorgt voor veiligheid voor leerlingen
Classificatie van leraar gedrag:
Verticaal: leidend naar toegefelijk gedrag
Horizontaal: nabijheid tot leerlingen
- Leidend luister naar mij
- Helpend wij mogen elkaar
- Meewerkend ik doe wat jij wilt
- Afhankelijk help me
- Terug getrokken laat me maar
met rust
- Opstandig minacht me maar
- Offensief wees bang voor mij
- Concurrerend kijk eens hoe goed
ik ben
Behoefte piramide
Maslow
Gedrag van de persoon komt voort
uit behoeften
Doel: behoefte bevredigen
- Een hogere behoefte kan
men niet voelen als die
eronder niet bevredigd zijn
Gedrag is op een doel gericht
Vragen van belang:
- Wat wil een leerling bereiken met dit gedrag?
- Wat is de winst van dit gedrag?
- Wat levert dit gedrag hem op?
- Wat krijgt hij ermee?
Hoe kun je erachter komen welke behoefte er achter het gedrag zit?
Informatie verzamelen door:
- Observeren
- In gesprek gaan: leerlingen, groepsleerkracht/ mentor, ouders
- Kennis van ontwikkelingspsychologie
Wat kun je als docent doen:
- Alternatief bieden bijvoorbeeld meerkeuze vrijheid
- Behoefte uitstellen bijvoorbeeld praten van leerlingen onderling
samenvatting
Pedagogisch klimaat
Gedrag binnen relaties: Het gedrag dat wordt vertoond voldoet wel/ niet/ in bepaalde mate
aan waarden en normen.
- Die de school stelt
- Die jij als leraar bewaakt en wil overdragen
- Die de vaksectie nastreeft
Waarden:
- Abstract is niet vast te pakken
- Idealen
Normen: concrete richtlijnen voor het handelen
Pedagogisch klimaat sfeer, omstandigheden creëren voor optimale ontwikkelingskansen
optimaal ontwikkelen mogelijk bij welbevinden
- Welbevinden: een gevoel, stemming, gewenst gedrag
Goede omgang
Ongelijke verhouding tussen leerling en docent zit goede omgang in de weg
Omgang is goed als
- Docent gedrag:
o Sensitieve responsiviteit
o Autonomie geven
o Grenzen stellen
o Informatie geven
Psychologisch contract
Omgang is niet alleen afhankelijk van de eigenschappen/ het gedrag van de docent.
Er is sprake van een psychologische ruil psychologisch contract
- Inhoud: gevormd door verwachtingen die de docent en leerlingen ten opzichte van
elkaar hebben
Bij frustraties (gedrag dat niet aansluit bij de verwachtingen):
1. Verhelderen, communiceren
2. Onderhandelen
3. Afspraken maken
4. Verwachtingen bijstellen
Model van Leary
De leerkracht als oorzaak van de orde problematiek:
- Inconsequent gedrag regels niet consequent hanteren
, - Afstand van de leerlingen leraar moet wel leiderschap uitstralen
- Eerste indruk is van belang, wordt altijd te onthouden, bij eerste indruk er al staan,
later pas teugels laten vieren
Orde zorgt voor veiligheid voor leerlingen
Classificatie van leraar gedrag:
Verticaal: leidend naar toegefelijk gedrag
Horizontaal: nabijheid tot leerlingen
- Leidend luister naar mij
- Helpend wij mogen elkaar
- Meewerkend ik doe wat jij wilt
- Afhankelijk help me
- Terug getrokken laat me maar
met rust
- Opstandig minacht me maar
- Offensief wees bang voor mij
- Concurrerend kijk eens hoe goed
ik ben
Behoefte piramide
Maslow
Gedrag van de persoon komt voort
uit behoeften
Doel: behoefte bevredigen
- Een hogere behoefte kan
men niet voelen als die
eronder niet bevredigd zijn
Gedrag is op een doel gericht
Vragen van belang:
- Wat wil een leerling bereiken met dit gedrag?
- Wat is de winst van dit gedrag?
- Wat levert dit gedrag hem op?
- Wat krijgt hij ermee?
Hoe kun je erachter komen welke behoefte er achter het gedrag zit?
Informatie verzamelen door:
- Observeren
- In gesprek gaan: leerlingen, groepsleerkracht/ mentor, ouders
- Kennis van ontwikkelingspsychologie
Wat kun je als docent doen:
- Alternatief bieden bijvoorbeeld meerkeuze vrijheid
- Behoefte uitstellen bijvoorbeeld praten van leerlingen onderling