Geschiedenis – De eerste wereldoorlog
·· §3.1
Indirect (is al een langere tijd aan de gang)
Er waren al een hele tijd ruzies en spanningen onder het Europese volk. Door iets kleins kon
er een oorlog ontstaan.
- Nationalisme
Landen/ volkeren lieten hun trots graag zien, ten koste van andere landen. De volkeren in de
meervolkenstaten willen hun eigen land.
- Problemen op de Balkan
Rusland, het Turkse Rijk en Oostenrijk-Hongarije willen allemaal een stuk van de Balkan.
Servië wil bondgenootschappen.
- Bondgenootschappen
Landen gaan met elkaar samenwerken.
- Samen staan ze sterk tegenover andere landen.
- Als een van de landen wordt aangevallen, zullen ze elkaar gaan helpen.
Bondgenootschappen
-Geallieerden, Verenigde Staten, Italië, Servië, Engeland, Rusland, Frankrijk·
-Centralen, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije, Duitsland, Turkse Rijk
En de rest was neutraal (Ned., Den., Span., Zweden en Zwitserland)
-Moord op Frans-Ferdinand, kroonprins van Oostenrijk-Hongarije door een Serviër
Princip, lid van de terreurbende, de Zwarte Hand.
Hierna volgt een kettingreactie van oorlogsverklaringen tussen de Centralen en de
Geallieerden
1. Moordaanslag Princip in Sarajevo.
2. Oostenrijk-Hongarije geeft Servië de schuld en verklaart Servië de oorlog.
3. Duitsland steunt Oostenrijk-Hongarije
4. Rusland steunt Servië en mobiliseert zijn troepen aan de Duitse en Oostenrijk-Hongaarse
grens.
5. Frankrijk steunt Rusland.
6. Duitsland verklaart de oorlog aan Rusland en Frankrijk en valt aan.
7. Duitsland gaat door België Noord-Frankrijk binnen.
8. Engeland schiet België te hulp en verklaart de oorlog aan Duitsland.
Eerst de spanningen op de Balkan (leiden tot moord) en dan zorgen de bondgenootschappen
ervoor dat de Eerste Wereldoorlog uitbreekt.
·· §3.1
Indirect (is al een langere tijd aan de gang)
Er waren al een hele tijd ruzies en spanningen onder het Europese volk. Door iets kleins kon
er een oorlog ontstaan.
- Nationalisme
Landen/ volkeren lieten hun trots graag zien, ten koste van andere landen. De volkeren in de
meervolkenstaten willen hun eigen land.
- Problemen op de Balkan
Rusland, het Turkse Rijk en Oostenrijk-Hongarije willen allemaal een stuk van de Balkan.
Servië wil bondgenootschappen.
- Bondgenootschappen
Landen gaan met elkaar samenwerken.
- Samen staan ze sterk tegenover andere landen.
- Als een van de landen wordt aangevallen, zullen ze elkaar gaan helpen.
Bondgenootschappen
-Geallieerden, Verenigde Staten, Italië, Servië, Engeland, Rusland, Frankrijk·
-Centralen, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije, Duitsland, Turkse Rijk
En de rest was neutraal (Ned., Den., Span., Zweden en Zwitserland)
-Moord op Frans-Ferdinand, kroonprins van Oostenrijk-Hongarije door een Serviër
Princip, lid van de terreurbende, de Zwarte Hand.
Hierna volgt een kettingreactie van oorlogsverklaringen tussen de Centralen en de
Geallieerden
1. Moordaanslag Princip in Sarajevo.
2. Oostenrijk-Hongarije geeft Servië de schuld en verklaart Servië de oorlog.
3. Duitsland steunt Oostenrijk-Hongarije
4. Rusland steunt Servië en mobiliseert zijn troepen aan de Duitse en Oostenrijk-Hongaarse
grens.
5. Frankrijk steunt Rusland.
6. Duitsland verklaart de oorlog aan Rusland en Frankrijk en valt aan.
7. Duitsland gaat door België Noord-Frankrijk binnen.
8. Engeland schiet België te hulp en verklaart de oorlog aan Duitsland.
Eerst de spanningen op de Balkan (leiden tot moord) en dan zorgen de bondgenootschappen
ervoor dat de Eerste Wereldoorlog uitbreekt.