Week 1
Communicatiewetenschap = bestuderen van productie, distributie, inhoud en receptie van
communicatieboodschappen.
Kenmerken van massacommunicatie:
- Op grote schaal
- Eenrichtingsverkeer
- Onbekende ontvanger
- Voor iedereen geljik en tegelijk
- Tijdelijk
- Gericht op een publiek
Media (gemedieerde communicatie):
Technologie
Interpersoonlijke communicatie Continuüm Massacommunicatie
Een communicatiewetenschapper brengt onderbouwing en nuance in het debat.
De mediawereld wordt geleid door ongeveer acht grote bedrijven waar alle kleinere bedrijven
onder vallen. Een aantal voorbeelden van deze bedrijven:
Disney: Star Wars, 21st Century Fox en National Geographic
Time Warner: HBO, CNN, Cartoon Network, Rotten Tomatoes
Liberty Media: UPC, Vodafone, Ziggo, ITV (Verenigd Koninkrijk)
Alphabet: Google en alles wat daarbij hoort (Google Plus, Google Ventures, Fiber, Verily,
Google Capital)
Er zijn drie mogelijke economieën:
- Vrije Markt
Een oneindig groot aantal gelijke aanbieders
Concurrentie om prijs
Vooral een ideaaltype
- Monopolie
Een aanbieder
Zonder concurrentie
Kan prijs en kwaliteit bepalen
- Monopolistische Concurrentie
Voor een specifiek product is er een monopolist, maar:
Relatief gemakkelijke toegang tot de markt
Verschil met andere producten (en aanbieders) is klein
Bedrijven proberen concurrentie te ontlopen
Zoeken andere niche
Verschil met vrije markt: Er is een beperkt aantal aanbieders die zich
bijzonder proberen te maken.
Een niche is een deel van een markt, bijvoorbeeld de filmwereld. Hierin zijn verschillende
niches zoals:
, - Tekenfilms, animatie (Disney)
- Filmshuisfilms (Lux)
- TV-series (Netflix en HBO)
Vier Mediasystemen:
Libertian Model: Systeem van vrije markt, zonder overheidsregulering.
Social Responsibility Model: Systeem van vrijheid, maar met de gedachte
dat er verantwoordelijkheid moet zijn, meestal afgedwongen door de overheid.
Autoritair Systeem: Nieuws dat wordt gebracht moet in lijn zijn met wat de
overheid wil dat er wordt gebracht.
Totalitair Systeem: Het individu is ondergeschikt aan de staat.
In Nederland heeft de Overheid verschillende rollen:
Schaarste reguleren: b.v. radiofrequenties regelen
Marktfalen tegengaan: anti-kartelbeweging
Beschermen tegen ‘dreiging’: minimumleeftijden stellen
Toegang tot Informatie en Cultuur verschaffen
De NPO (Nederlandse Publieke Omroep) heeft drie televisiezenders, vijf landelijke
radiozenders en dertien regionale radio- en televisiezenders. Daarnaast heeft ze een
website: NPOStart.nl en zijn er activiteiten van de omroepvereniging.
In Nederland is sprake van een duaal bestel: zowel publieke als commerciële omroepen
zenden media. In onderstaande tabel vind je de verschillen tussen de twee verschillende
omroepen:
Publieke omroepen Commerciële omroepen
Taak van Overheid Gefinancierd uit Reclamegelden
Gefinancierd uit
- Belastinggelden
- Verkoop omroepgids
- Reclamegelden (STER)
Week 2
De Product Life Cycle van James Potter (van het boek Media Literacy) wordt gebruikt om te
onderzoeken op welke tijd een strategie het beste voor een bepaald product kan worden
gebruikt. De verschillende stages in het model zijn:
1. Introduction Innovation: wat is de meerwaarde van het product?
2. Growth Penetration: wanneer groeit de verkoop en waarom?
3. Maturity Peak: wanneer is de verkoop op zijn best?