Les 1: hoofdstuk 1
Sociologie: bestuderen van het gedrag. Wat gebeurd er binnen een bepaalde cultuur? En waarom?
Het systematisch onderzoek van de menselijke samenleving.
Het sociologische perspectief: de samenleving beïnvloed jouw keuzes(trouwen, kinderen krijgen,
zelfdoding)
Kernbegrippen:
- Sociologische perspectief: sociologie en overheidsbeleid, sociologie en persoonlijke groei,
sociologie als voorbereiding op de arbeidsmarkt.
- Mondiale visie: het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven.
Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen.
- Modernisering
Kijken als socioloog:
- Marginaliteit: kijken naar de minderheid, naar de rand van de samenleving kijken. Kijken naar
de mensen die niet de ‘’norm’’ zijn.
- Sociale crisis: persoonlijke problemen vergelijken met de maatschappij.
De ontwikkeling van de sociologie is versneld door drie belangrijke veranderingen die een
transformatie van de samenleving teweegbrachten:
- De industrialisering
- De explosieve groei van steden
- Nieuwe opvattingen over democratie en politieke rechten
Ferdinand Tönnies blz 17
Emile Durkheim: de overgang van een samenleving gebaseerd op overeenkomsten, naar een
maatschappij gebaseerd op wederzijdse economische onafhankelijkheid.
Max weber: rationalisering(onttovering van de samenleving)
Karl Marx: de industriele revolutie is eeen kapitalistische revolutie. De kleinere rol van de
gemeenschappen, de arbeidsverdeling en het rationeel wereldbeeld, maken het kapitalisme mogelijk.
Mondiale visie:
- Het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven.
- De contacten tussen samenlevingen zijn zeer sterk toegenomen.
- Veel sociale problemen waarmee de westerse wereld geconfronteerd wordt, zijn elders veel
ernstiger.
- Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen.
Modernisering (het sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door de industrialisering):
, - Het verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen.
- Het uitbreiden van persoonlijke keuzemogelijkheden.
- Grotere sociale diversiteit.
- Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn.
Les 2: hoofdstuk 2
, Een theorie verklaart hoe verschijnselen met elkaar samenhangen en op basis hiervan kun je ook
voorspellingen doen.
Theoretische benadering: een fundamenteel beeld van de samenleving dat als de richtsnoer dient
voor theorie en onderzoek:
- Het structureel funcionalisme
- De conflictsociologie
- De symbolisch-interactionismebenadering
- De rationelekeuzebenadering
Het structureel functionalisme:
Aandacht voor de sociale functies van de structuur, die er voor zorgen dat de samenleving blijft
functioneren. Er is een structuur binnen iedere samenleving.
- Manifeste functies: heel duidelijk aanwezig zijn. Iets dat heel duidelijk is voor iedereen,
bijvoorbeeld we willen allemaal een diploma halen.
- Latente functies: functies die niet zo duidelijk zijn, maar wel heel belangrijk zijn. Zoals
bijvoorbeeld voor vriendschappen of relaties opbouwen.
- Sociale disfunctie: soms gebeuren er dingen die niet goed zijn. Het houdt evenwicht, de een
kan veel geld verdienen maar het gaat ten koste van iemand anders.
De conflictsociologie:
Macroniveau, kijken naar het grote geheel. Kijken naar de verschillen en balans.
Niet gericht op stabiliteit en solidariteit, maar op ongelijkheid. het kijkt niet naar de evenwicht maar
juist naar de ongelijkheid. Sekseconflictbenadering en rassenconflictbenadering. Iedereen heeft de
keuze om gelijk behandeld te worden. Iedereen moet alle mogelijkheden krijgen. Conflictsociologie is
activistisch, omdat sociologen actief dingen proberen te veranderen.
Micro: heel klein, kijken naar individuen. Hoe gaan mensen met elkaar om.
Macro: kijken naar de samenleving.
Symbolisch-interactionismebenadering:
Microniveau
De samenleving als resultaat van de sociale interacties tussen individuen. Een continu proces van
communicatie d.m.v. symbolen.
De rationelekeuzebenadering:
Sociologie: bestuderen van het gedrag. Wat gebeurd er binnen een bepaalde cultuur? En waarom?
Het systematisch onderzoek van de menselijke samenleving.
Het sociologische perspectief: de samenleving beïnvloed jouw keuzes(trouwen, kinderen krijgen,
zelfdoding)
Kernbegrippen:
- Sociologische perspectief: sociologie en overheidsbeleid, sociologie en persoonlijke groei,
sociologie als voorbereiding op de arbeidsmarkt.
- Mondiale visie: het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven.
Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen.
- Modernisering
Kijken als socioloog:
- Marginaliteit: kijken naar de minderheid, naar de rand van de samenleving kijken. Kijken naar
de mensen die niet de ‘’norm’’ zijn.
- Sociale crisis: persoonlijke problemen vergelijken met de maatschappij.
De ontwikkeling van de sociologie is versneld door drie belangrijke veranderingen die een
transformatie van de samenleving teweegbrachten:
- De industrialisering
- De explosieve groei van steden
- Nieuwe opvattingen over democratie en politieke rechten
Ferdinand Tönnies blz 17
Emile Durkheim: de overgang van een samenleving gebaseerd op overeenkomsten, naar een
maatschappij gebaseerd op wederzijdse economische onafhankelijkheid.
Max weber: rationalisering(onttovering van de samenleving)
Karl Marx: de industriele revolutie is eeen kapitalistische revolutie. De kleinere rol van de
gemeenschappen, de arbeidsverdeling en het rationeel wereldbeeld, maken het kapitalisme mogelijk.
Mondiale visie:
- Het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven.
- De contacten tussen samenlevingen zijn zeer sterk toegenomen.
- Veel sociale problemen waarmee de westerse wereld geconfronteerd wordt, zijn elders veel
ernstiger.
- Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen.
Modernisering (het sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door de industrialisering):
, - Het verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen.
- Het uitbreiden van persoonlijke keuzemogelijkheden.
- Grotere sociale diversiteit.
- Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn.
Les 2: hoofdstuk 2
, Een theorie verklaart hoe verschijnselen met elkaar samenhangen en op basis hiervan kun je ook
voorspellingen doen.
Theoretische benadering: een fundamenteel beeld van de samenleving dat als de richtsnoer dient
voor theorie en onderzoek:
- Het structureel funcionalisme
- De conflictsociologie
- De symbolisch-interactionismebenadering
- De rationelekeuzebenadering
Het structureel functionalisme:
Aandacht voor de sociale functies van de structuur, die er voor zorgen dat de samenleving blijft
functioneren. Er is een structuur binnen iedere samenleving.
- Manifeste functies: heel duidelijk aanwezig zijn. Iets dat heel duidelijk is voor iedereen,
bijvoorbeeld we willen allemaal een diploma halen.
- Latente functies: functies die niet zo duidelijk zijn, maar wel heel belangrijk zijn. Zoals
bijvoorbeeld voor vriendschappen of relaties opbouwen.
- Sociale disfunctie: soms gebeuren er dingen die niet goed zijn. Het houdt evenwicht, de een
kan veel geld verdienen maar het gaat ten koste van iemand anders.
De conflictsociologie:
Macroniveau, kijken naar het grote geheel. Kijken naar de verschillen en balans.
Niet gericht op stabiliteit en solidariteit, maar op ongelijkheid. het kijkt niet naar de evenwicht maar
juist naar de ongelijkheid. Sekseconflictbenadering en rassenconflictbenadering. Iedereen heeft de
keuze om gelijk behandeld te worden. Iedereen moet alle mogelijkheden krijgen. Conflictsociologie is
activistisch, omdat sociologen actief dingen proberen te veranderen.
Micro: heel klein, kijken naar individuen. Hoe gaan mensen met elkaar om.
Macro: kijken naar de samenleving.
Symbolisch-interactionismebenadering:
Microniveau
De samenleving als resultaat van de sociale interacties tussen individuen. Een continu proces van
communicatie d.m.v. symbolen.
De rationelekeuzebenadering: