5 vwo hoofdstuk 8 oefen
, Toets A
███ Opgave 1 Methanol
Methanol, CH3OH , wordt toegepast als antivries, oplosmiddel en
brandstof. Methanol wordt in de chemische industrie vooral gemaakt uit
synthesegas, een mengsel van CO(g) enH2(g), volgens :
CO(g) + 2 H2(g) CH3OH(g) bij 250 oC en een hoge druk. Ook is een
katalysator nodig.
3p a Geef de evenwichtsvoorwaarde Kc (met concentraties).
Je hebt bij 250 oC een gasmengsel met de volgende samenstelling:
[CO] = 0,25 mol L-1, [H2] = 0,15 mol L-1 en [CH3OH] = 0,36 mol L-1. Er heerst
geen evenwicht. Bij deze temperatuur is de evenwichtsconstante Kc gelijk
aan12,5.
3p b Leg uit of [CO] groter of kleiner zal zijn geworden of gelijk zal blijven op het
moment dat het evenwicht wel is ingesteld.
2p c Leg uit welke reactiesnelheid de grootste zal zijn tijdens het instellen van
het evenwicht: de reactiesnelheid naar links of naar rechts.
Bij het genoemde mengsel stelt zich een evenwicht in.
3p d Schets in een diagram de concentraties van CO(g), H2(g) en CH3OH(g) tegen
de tijd tot er een evenwicht is ingesteld in aanwezigheid van een goed
werkende katalysator A.
2p e Schets in het diagram van vraag d in een andere kleur of met een stippellijn de
hoeveelheid CH3OH(g) tegen de tijd, wanneer er een katalysator B is
toegevoegd, die veel minder goed werkt dan katalysator A.
Het rendement van het proces is hoger wanneer er in het reactorvat een
lagere temperatuur én een hoge druk heerst.
1p f Geef de definitie van rendement.
3p g Leg met behulp van de evenwichtsvoorwaarde uit, waarom het rendement
hoger is bij een hoge druk.
, Toets A
███ Opgave 1 Methanol
Methanol, CH3OH , wordt toegepast als antivries, oplosmiddel en
brandstof. Methanol wordt in de chemische industrie vooral gemaakt uit
synthesegas, een mengsel van CO(g) enH2(g), volgens :
CO(g) + 2 H2(g) CH3OH(g) bij 250 oC en een hoge druk. Ook is een
katalysator nodig.
3p a Geef de evenwichtsvoorwaarde Kc (met concentraties).
Je hebt bij 250 oC een gasmengsel met de volgende samenstelling:
[CO] = 0,25 mol L-1, [H2] = 0,15 mol L-1 en [CH3OH] = 0,36 mol L-1. Er heerst
geen evenwicht. Bij deze temperatuur is de evenwichtsconstante Kc gelijk
aan12,5.
3p b Leg uit of [CO] groter of kleiner zal zijn geworden of gelijk zal blijven op het
moment dat het evenwicht wel is ingesteld.
2p c Leg uit welke reactiesnelheid de grootste zal zijn tijdens het instellen van
het evenwicht: de reactiesnelheid naar links of naar rechts.
Bij het genoemde mengsel stelt zich een evenwicht in.
3p d Schets in een diagram de concentraties van CO(g), H2(g) en CH3OH(g) tegen
de tijd tot er een evenwicht is ingesteld in aanwezigheid van een goed
werkende katalysator A.
2p e Schets in het diagram van vraag d in een andere kleur of met een stippellijn de
hoeveelheid CH3OH(g) tegen de tijd, wanneer er een katalysator B is
toegevoegd, die veel minder goed werkt dan katalysator A.
Het rendement van het proces is hoger wanneer er in het reactorvat een
lagere temperatuur én een hoge druk heerst.
1p f Geef de definitie van rendement.
3p g Leg met behulp van de evenwichtsvoorwaarde uit, waarom het rendement
hoger is bij een hoge druk.