Samenvatting thema 1 - Obstetrie
1
,Samenvatting thema 1 - Obstetrie
2
, Samenvatting thema 1 - Obstetrie
Kan de functioneel-anatomische aspecten van de organen die betrokken zijn bij de
voortplanting weergeven:
De tractus genitalus bestaat uit inwendige organen, gelegen in het kleine bekken, en uitwendige
genitaliën.
Inwendige organen:
- Ovaria: ‘’eierstok’’, aan weerszijde van de uterus. Worden op hun plek gehouden door een
deel van het mesenterium (‘’brede ligament’’) en door een paar ondersteunende ligamenten;
o ligamenten ovarii: tussen ovarium en uterus
o ronde ligament: tussen bekkenwand en ovarium
In deze ligamenten zijn ook de bloedvaten van de ovaria gelegen.
De ovaria hebben drie belangrijke functies:
1. Vorming van vrouwelijke gameten of oocyten (eicellen)
2. Afgifte van vrouwelijke geslachtshormonen waaronder progestagenen en oestrogenen
3. Afgifte van inhibine dat via terugkoppeling bij de regeling van de FSH-productie betrokken
is
- Tuba uterina: ‘’eileiders’’, buisvormige structuur die de transportweg van het ovarium naar
uterus vormen, ook wel salpinx genoemd. Bestaan uit drie delen:
1. Infundibulum: dichts gelegen bij ovarium, trechtervormig met talrijke vingervormige
uitsteeksel, welke fimbriae worden genoemd.
2. Ampulla
3. Isthmus
- Uterus: ‘’baarmoeder’’, gelegen in kleine bekken en buigt zich in normale positie naar voren
toe. Bestaande uit corpus en cervix.
o Corpus onderverdeeld in:
Fundus; bovenste deel, gelegen boven inmonding tubae
Isthmus; vernauwende deel richting cervix.
Cavum uteri; benoeming voor de holte in de baarmoeder.
o Cervix (‘’baarmoedermond’’) is onderste gedeelte baarmoeder, loopt een klein stukje
in vagina door. Kanaal en opening, ter plaatse van de cervix is ostium uteri.
Baarmoederwand bestaat van binnen naar buiten uit:
1. Endometrium; baarmoederslijmvlies
2. Myometrium; spierlaag
3. Perimetrium; viscerale peritoneum laag
- Vagina: fibromusculaire buis die de genitalia interna verbindt met de buitenwereld en
daarmee de functie van paringsorgaan koppelt aan die van geboortekanaal. Proximaal in de
vagina bevindt zich het hymen (maagdenvlies) of resten daarvan. Loopt in dorsocraniale
richting naar cervix uteri. De ondiepe groeve welke de cervix omgeeft noemen we de fornix.
Vascularisatie A. Uterina en A. Vaginalis = aftakkingen vanuit de A. iliaca interna. De A. Ovaria is
afkomstig uit de aorta.
Somatische en sensibele innervatie afkomstig uit plexus sacralis, relevante aftakking is n. pudendus
(innerveert perineum). Autonome innervatie afkomstig uit plexus hypogastricus inferior welke
autonome vezels (para-/sympatische en viscero-afferente vezels) bevatten.
3
1
,Samenvatting thema 1 - Obstetrie
2
, Samenvatting thema 1 - Obstetrie
Kan de functioneel-anatomische aspecten van de organen die betrokken zijn bij de
voortplanting weergeven:
De tractus genitalus bestaat uit inwendige organen, gelegen in het kleine bekken, en uitwendige
genitaliën.
Inwendige organen:
- Ovaria: ‘’eierstok’’, aan weerszijde van de uterus. Worden op hun plek gehouden door een
deel van het mesenterium (‘’brede ligament’’) en door een paar ondersteunende ligamenten;
o ligamenten ovarii: tussen ovarium en uterus
o ronde ligament: tussen bekkenwand en ovarium
In deze ligamenten zijn ook de bloedvaten van de ovaria gelegen.
De ovaria hebben drie belangrijke functies:
1. Vorming van vrouwelijke gameten of oocyten (eicellen)
2. Afgifte van vrouwelijke geslachtshormonen waaronder progestagenen en oestrogenen
3. Afgifte van inhibine dat via terugkoppeling bij de regeling van de FSH-productie betrokken
is
- Tuba uterina: ‘’eileiders’’, buisvormige structuur die de transportweg van het ovarium naar
uterus vormen, ook wel salpinx genoemd. Bestaan uit drie delen:
1. Infundibulum: dichts gelegen bij ovarium, trechtervormig met talrijke vingervormige
uitsteeksel, welke fimbriae worden genoemd.
2. Ampulla
3. Isthmus
- Uterus: ‘’baarmoeder’’, gelegen in kleine bekken en buigt zich in normale positie naar voren
toe. Bestaande uit corpus en cervix.
o Corpus onderverdeeld in:
Fundus; bovenste deel, gelegen boven inmonding tubae
Isthmus; vernauwende deel richting cervix.
Cavum uteri; benoeming voor de holte in de baarmoeder.
o Cervix (‘’baarmoedermond’’) is onderste gedeelte baarmoeder, loopt een klein stukje
in vagina door. Kanaal en opening, ter plaatse van de cervix is ostium uteri.
Baarmoederwand bestaat van binnen naar buiten uit:
1. Endometrium; baarmoederslijmvlies
2. Myometrium; spierlaag
3. Perimetrium; viscerale peritoneum laag
- Vagina: fibromusculaire buis die de genitalia interna verbindt met de buitenwereld en
daarmee de functie van paringsorgaan koppelt aan die van geboortekanaal. Proximaal in de
vagina bevindt zich het hymen (maagdenvlies) of resten daarvan. Loopt in dorsocraniale
richting naar cervix uteri. De ondiepe groeve welke de cervix omgeeft noemen we de fornix.
Vascularisatie A. Uterina en A. Vaginalis = aftakkingen vanuit de A. iliaca interna. De A. Ovaria is
afkomstig uit de aorta.
Somatische en sensibele innervatie afkomstig uit plexus sacralis, relevante aftakking is n. pudendus
(innerveert perineum). Autonome innervatie afkomstig uit plexus hypogastricus inferior welke
autonome vezels (para-/sympatische en viscero-afferente vezels) bevatten.
3