Lieve lezer,
Deze uitgebreide samenvatting is gemaakt aan de hand van de leerdoelen, werkgroepen,
hoorcolleges, lawbooks en literatuur. Als ULC-student doe ik mijn best om mezelf zo goed
mogelijk klaar te stomen voor de tentamens. Ik neem jou dan ook graag mee in mijn
leerproces zodat je met deze samenvatting de stof helder voor ogen hebt, met als doel een
goed eindresultaat! Veel succes!
,Inhoudsopgave
Leerdoelen week 1 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) .............................................. 3
Leerdoelen week 2 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep +lawbooks) ............................................... 6
Foster NATUURRECHT (rechtvaardigheid):......................................................................................................... 8
Tatting GEEN UITSPRAAK. ................................................................................................................................ 10
Handy RECHTSREALISME (doelmatigheid) ....................................................................................................... 11
Leerdoelen week 3 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 12
Leerdoelen week 4 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 20
..................................................................................................................................................................... 20
Leerdoelen week 5 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 29
Onwaardige deelgenoot .............................................................................................................................. 37
Catooshi Arrest ............................................................................................................................................ 39
Zutphens Juffrouw ARREST .......................................................................................................................... 40
Leerdoelen week 6 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 42
Leerdoelen week 7 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 56
Haviltex arrest.............................................................................................................................................. 61
Saldin/hbu arrest ......................................................................................................................................... 63
Inleiding privaatrecht ...................................................................................................................................... 64
,Leerdoelen week 1 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep +
lawbooks)
Gedragsnormen (vooral strafrecht) zijn normen die bepaalde gedragingen verbieden of
toestaan. De sanctienormen handhaven de gedragsnormen. Dus als er niet wordt voldaan
aan de gedragsnormen staat daar een bepaalde sanctie tegenover. De
bevoegdheidsverlenende normen, kennen een bevoegdheid toe (bepaalde macht) aan
staatsorganen.
Wat is positief recht en wenselijk recht?
Het positieve recht is het recht dat is vastgelegd of is erkend. Oftewel het recht zoals het is.
Deze rechten zijn bindend en heeft gelding.
Het wenselijke recht is het recht dat zo zou moeten zijn. Oftewel het recht dat ideaal zou zijn.
Dit hoeft dus niet te zijn vastgesteld.
Wat is objectief recht en subjectief recht?
Het objectieve recht is het geheel aan rechtsregels (bestuursrecht/strafrecht). Het is dus een
verzameling van alle rechtsregels in Nederland.
Het subjectieve recht is een aanspraak of bevoegdheid op het recht. Bijvoorbeeld een burger
die het recht heeft op privacy is een subjectief recht. Het recht dat toekomt op een individu.
Een subjectief recht kan ook zijn dat iemand het recht heeft op betaling, waardoor de andere
persoon de plicht heeft om te betalen.
Vanuit het objectieve recht vloeien subjectieve rechten voort. Het objectieve recht vormt de
grondslag waar burgers hun rechten aan kunnen ontlenen.
, Wat is internationaal en nationaal recht?
Het internationaal recht is het recht tussen staten onderling, zoals verdragen (VN-verdrag/EU)
Het nationaal recht is het recht dat is vastgesteld binnen een staat. Deze rechten zijn dus
gelding binnen het grondgebied van een staat. Zo gelden de rechten die in Nederland zijn
vastgesteld, binnen het Nederlands grondgebied, en behoren deze rechten dus tot het
nationaal recht.
Wat is publiek- en privaatrecht?
Publiekrecht ziet de relatie tussen overheid en burger. Sprake van hiërarchie.
Privaatrecht ziet op de relatie tussen burgers onderling. Gelijke rang van partijen.
Wat is dwingend en aanvullend recht?
Het dwingend recht is het recht waar niet van mag worden afgeweken. Zo staat er
bijvoorbeeld in de wet: ‘’Van bepalingen in deze afdeling mag niet … worden afgeweken.’’ De
burger wordt dus gedwongen zich aan het recht te houden, en het recht dient dus te worden
gerespecteerd. Mochten partijen toch afwijken van het dwingende recht, is hetgeen wat
daarbuiten is afgesproken, niet rechtsgeldig.
Het aanvullende recht is het dat dat geldt wanneer partijen zelf niets hebben geregeld. Zo
staat er bijvoorbeeld in een wettelijke bepaling: ‘’…Tenzij anders geregeld’’, ‘Tenzij anders
bepaald, ...’, ‘..kan worden afgeweken.’’ Dus er kan worden afgeweken van de wet als er iets
anders is geregeld.
Deze uitgebreide samenvatting is gemaakt aan de hand van de leerdoelen, werkgroepen,
hoorcolleges, lawbooks en literatuur. Als ULC-student doe ik mijn best om mezelf zo goed
mogelijk klaar te stomen voor de tentamens. Ik neem jou dan ook graag mee in mijn
leerproces zodat je met deze samenvatting de stof helder voor ogen hebt, met als doel een
goed eindresultaat! Veel succes!
,Inhoudsopgave
Leerdoelen week 1 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) .............................................. 3
Leerdoelen week 2 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep +lawbooks) ............................................... 6
Foster NATUURRECHT (rechtvaardigheid):......................................................................................................... 8
Tatting GEEN UITSPRAAK. ................................................................................................................................ 10
Handy RECHTSREALISME (doelmatigheid) ....................................................................................................... 11
Leerdoelen week 3 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 12
Leerdoelen week 4 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 20
..................................................................................................................................................................... 20
Leerdoelen week 5 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 29
Onwaardige deelgenoot .............................................................................................................................. 37
Catooshi Arrest ............................................................................................................................................ 39
Zutphens Juffrouw ARREST .......................................................................................................................... 40
Leerdoelen week 6 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 42
Leerdoelen week 7 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep + lawbooks) ............................................ 56
Haviltex arrest.............................................................................................................................................. 61
Saldin/hbu arrest ......................................................................................................................................... 63
Inleiding privaatrecht ...................................................................................................................................... 64
,Leerdoelen week 1 (incl. PowerPoint + aantekeningen werkgroep +
lawbooks)
Gedragsnormen (vooral strafrecht) zijn normen die bepaalde gedragingen verbieden of
toestaan. De sanctienormen handhaven de gedragsnormen. Dus als er niet wordt voldaan
aan de gedragsnormen staat daar een bepaalde sanctie tegenover. De
bevoegdheidsverlenende normen, kennen een bevoegdheid toe (bepaalde macht) aan
staatsorganen.
Wat is positief recht en wenselijk recht?
Het positieve recht is het recht dat is vastgelegd of is erkend. Oftewel het recht zoals het is.
Deze rechten zijn bindend en heeft gelding.
Het wenselijke recht is het recht dat zo zou moeten zijn. Oftewel het recht dat ideaal zou zijn.
Dit hoeft dus niet te zijn vastgesteld.
Wat is objectief recht en subjectief recht?
Het objectieve recht is het geheel aan rechtsregels (bestuursrecht/strafrecht). Het is dus een
verzameling van alle rechtsregels in Nederland.
Het subjectieve recht is een aanspraak of bevoegdheid op het recht. Bijvoorbeeld een burger
die het recht heeft op privacy is een subjectief recht. Het recht dat toekomt op een individu.
Een subjectief recht kan ook zijn dat iemand het recht heeft op betaling, waardoor de andere
persoon de plicht heeft om te betalen.
Vanuit het objectieve recht vloeien subjectieve rechten voort. Het objectieve recht vormt de
grondslag waar burgers hun rechten aan kunnen ontlenen.
, Wat is internationaal en nationaal recht?
Het internationaal recht is het recht tussen staten onderling, zoals verdragen (VN-verdrag/EU)
Het nationaal recht is het recht dat is vastgesteld binnen een staat. Deze rechten zijn dus
gelding binnen het grondgebied van een staat. Zo gelden de rechten die in Nederland zijn
vastgesteld, binnen het Nederlands grondgebied, en behoren deze rechten dus tot het
nationaal recht.
Wat is publiek- en privaatrecht?
Publiekrecht ziet de relatie tussen overheid en burger. Sprake van hiërarchie.
Privaatrecht ziet op de relatie tussen burgers onderling. Gelijke rang van partijen.
Wat is dwingend en aanvullend recht?
Het dwingend recht is het recht waar niet van mag worden afgeweken. Zo staat er
bijvoorbeeld in de wet: ‘’Van bepalingen in deze afdeling mag niet … worden afgeweken.’’ De
burger wordt dus gedwongen zich aan het recht te houden, en het recht dient dus te worden
gerespecteerd. Mochten partijen toch afwijken van het dwingende recht, is hetgeen wat
daarbuiten is afgesproken, niet rechtsgeldig.
Het aanvullende recht is het dat dat geldt wanneer partijen zelf niets hebben geregeld. Zo
staat er bijvoorbeeld in een wettelijke bepaling: ‘’…Tenzij anders geregeld’’, ‘Tenzij anders
bepaald, ...’, ‘..kan worden afgeweken.’’ Dus er kan worden afgeweken van de wet als er iets
anders is geregeld.
