100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Complete samenvatting start tot arts

Beoordeling
-
Verkocht
4
Pagina's
47
Geüpload op
03-11-2019
Geschreven in
2019/2020

Complete samenvatting van het blok start tot arts. Alle literatuur voor het tentamen wordt beschreven en aangevuld met handige afbeeldingen.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
H1-h10 en h13-h15
Geüpload op
3 november 2019
Aantal pagina's
47
Geschreven in
2019/2020
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting deeltoets 1

Het geneeskundig proces hoofdstuk 1 klinisch redeneren binnen het
geneeskundig proces
Klinisch redeneren cyclus

A1 Patientgerelateerd
A2 Verzamel gegevens
 Laat de patiënt zijn of haar verhaal doen.
A3 Herdefinieer het probleem
 Vat samen wat de patiënt heeft verteld, gebruik makend van medische termen en in
staat om lichamelijk onderzoek te doen.
A4 Stel de diagnose vast
 Wat is de diagnose?

B5 Beschrijf de behandelmethoden
 Aan de hand van de doelen die de patiënt heeft.
B6 Selecteer de behandeling
 Welke methode is de beste?

C7 Evalueer de uitkomsten
 De effectiviteit van de behandeling (bijwerkingen, praktisch, wel of geen
vervolgafspraak).
C8 Reflecteer het proces
 Aanpassen behandeling.

,Het geneeskundig proces hoofdstuk 2 symptomen, klachten... en dan?
Pre-medische fase: voordat iemand met een klacht naar de dokter gaat.
 Ervaren van een klacht
 Betekenis van een klacht
 Informatie verzamelen
 Wikken en wegen
 Besluiten

Vormen van ziektegedrag:
 Niets doen (self-limiting)
 Leken raadplegen
 Zelfzorg
- Preventieve zelfzorg (ter voorkoming van de klachten)
- Informatieve zelfzorg (informatie verzamelen)
- Curatieve zelfzorg (met medicatie de klachten behandelen)
 Professionele hulp

Medicalisering: alledaagse klachten waaraan een medisch label wordt toegekend.
Illness: hoe iemand die ziek is zich voelt (ervaring).
Disease: de daadwerkelijke ziekte die iemand heeft.
Sickness: de ziekenrol die iemand aanneemt als diegene daadwerkelijk ziek is.

Attributies: toewijzingen/koppelingen. Verklaringen die iemand heeft voor een bepaalde
klacht.
Self-efficacy: de mate waarin iemand vertrouwen heeft in eigen kunnen.
Locus of control: in hoeverre iemand een externe verantwoordelijk stelt voor hoe het gaat.

Differentiële diagnose: een waarschijnlijke diagnose die de arts heeft.
Cognities/percepties/opvattingen: gedachten over klachten en/of symptomen.

Vragen aan de patiënt tijdens consult volgens SCEGS:
Somatisch- lichamelijke staat en klachten
Cognitief- gedachten bij de klachten
- Identiteit
- Oorzaak
- Gevolgen
- Tijdspad
- Controle  leidt tot acties en gedrag
Emotioneel- gevoelens
Gedragsmatig- wat doet iemand wel of niet tegen de klachten
Sociaal- gevolgen van een klacht voor het leven van de patiënt

,Sociaal
 1e milieu: relatie, kinderen en huisvesting
 2e milieu: werk en financiën
 3e milieu: vrije tijd en sociale contacten

Selectieve aandacht: er is vooral oog voor een bepaald verschijnsel.
Differentiaal diagnostisch kijken: alle mogelijke oorzaken van een klacht nagaan.

Er zijn veel verschillende factoren betrokken bij het wel of niet zoeken van professionele
hulp zoals:
 Persoonskenmerken: geslacht, leeftijd, beroep, burgerlijke staat.
 Sociaal netwerk: sociale steun, reactie omgeving.
 Klachtgerelateerde aspecten: ernst, angst, andere ziektes.
 Opvattingen (cognities, percepties): attitude, bereikbaarheid, nut, tevredenheid,
self-efficacy.

Biopsychosociaal model:
 Biomedische aspecten
 Psychologische aspecten
 Sociale factoren

Het geneeskundig proces hoofdstuk 3 van klacht naar hulpvraag
In Nederland eerst naar de huisarts en vervolgens naar een specialist.
Het hangt van bovenstaande factoren af of er wel of geen bezoek aan de huisarts
plaatsvindt.

De spreekkamer
1. De arts wil begrijpen wat de klacht voor het dagelijks leven van de patiënt betekent,
hiervoor is de hulpvraag van belang.
2. De arts wil een diagnose stellen.
3. De arts wil de patiënt informeren, hij bespreekt behandelingsmogelijkheden en de
voor- en nadelen hiervan.
4. De arts kiest een behandeling samen met de patiënt en maakt hier afspraken over.

Hulpvraag: de concrete vraag waarvoor de patiënt hulp wil en de wensen en verwachtingen
van de patiënt over de manier waarop die hulp gegeven kan worden en over de rol van de
arts daarbij.
 Het is van belang om goed naar de patiënt te luisteren en zich in te leven in de patiënt.

, Verbale communicatie – met woorden
Non-verbale communicatie – lichaamstaal
Paraverbale communicatie – intonatie, dialect, stemvolume, grammatica

Het geneeskundig proces hoofdstuk 4 het genereren van een of meer
waarschijnlijkheidsdiagnoses
Inductieve fase: genereren van werkhypothesen door analytisch en niet-analytisch denken.
Tot iets algemeens komen.

Niet-analytische manier: eerste indruk dus zien en meteen de diagnose vast kunnen stellen.
Analytische manier: verdere informatie doornemen om achter de diagnose te kunnen
komen.

Diagnostische strategieën
Niet analytisch
 Diagnose a vue: meteen kunnen zien wat de diagnose is.
 Patroonherkenning/ziektescript: standaardrijtjes, typische scenario’s en daarbij
behorende verschijnselen.
 Intuïtie: de arts ‘voelt’ dat er iets aan de hand is.

Analytisch
 Orgaansystemen
 Ziektemechanisme- processen in het lichaam waardoor je in een ongezond lichaam
komt
Koorts: lichaam gaat aan de slag  infectieziekte
Ontstaan van kanker, auto-immuunsysteem
 Etiologie: oorzaak van ziekten
Epidemiologie: hoe vaak komt iets voor?
 Specifieke patiëntkenmerken
 Klachten
 Bevindingen lichamelijk en aanvullend onderzoek


Het geneeskundig proces hoofdstuk 5 naar de diagnose: theorie van het
testen
Deductieve fase: testen door anamnese, lichamelijk onderzoek en aanvullend onderzoek.
Van iets algemeens naar iets specifieks gaan.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
lottefokker Universiteit Leiden
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
38
Lid sinds
6 jaar
Aantal volgers
17
Documenten
17
Laatst verkocht
1 jaar geleden

3,5

4 beoordelingen

5
1
4
1
3
1
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen