Hoorcollege 5 – Europees & Nationaal aanbestedingsrecht – aanbestedingsprocedure (2) en
problemen bij aanbesteding
Doel van dit college
• Afronden stof over eisen aanbestedingsprocedure (geschiktheideisen, selectiecriteria,
gunningscriteria)
• Indruk krijgen van veel voorkomende problemen, rechtskader en uitleg door de rechter
• Problemen t.a.v. het inschrijfgedrag van ondernemingen
• Problemen t.a.v. het gedrag van de aanbestedende dienst
Algemene eisen aanbestedingscriteria
Criteria moeten:
• Proportioneel zijn - verband houden met voorwerp van de opdracht (zie 1.10, 1.13 en 1.16
Aw)
• Transprant zijn - voldoende duidelijk en ondubbelzinnig zijn geformuleerd zodat de normaal
oplettende en behoorlijk geïnformeerde inschrijver ze kan begrijpen (HvJEU Succhi di Frutta,
1.9 Aw)
• Objectief/niet-discriminerend zijn (1.8 Aw.)
• Daarnaast gelden er nog specifieke eisen per categorie criteria (zie Aw en de volgende sheets)
Criteria komen terug per procedure.
Aanbestedingscriteria
Minimumeisen
• Minimumeisen vallen uiteen in verschillende categorieën:
• Geschiktheidseisen (zie hierna)
• Bestek/technische specificaties (artikelen 2.75-2.77 Aw) (Commissie/Denemarken)
• Belangrijk: verbod om merk te vragen tenzij gerechtvaardigd door voorwerp
opdracht, zie 2.76 leden 3 en 4 Aw
• Altijd kans geven aan inschrijvers om gelijkwaardig product te leveren (2.77
lid 1 Aw)
• Bestek/juridische en administratieve voorschriften (niet uitdrukkelijk in Aw geregeld)
• Bestek/uitvoeringseisen (artikel 2.80 Aw)
Geschiktheidseisen (art. 2.90)
1
, • Geschiktheidseisen zijn minimumeisen die betrekking hebben op de competenties
(‘geschiktheid’) van de ondernemer.
• Aanbesteder kan opdracht pas gunnen nadat de geschiktheid van de niet-uitgesloten
deelnemers is getoetst aan de geschiktheidseisen
• Drie soorten (zie 2.90 lid 2 Aw):
• Financiële en economische draagkracht (2.91)
• Technische vakbekwaamheid (2.93)
• Beroepsbevoegdheid (2.98, bijvoorbeeld inschrijving in handelsregister, vergunning)
Financiële en economische draagkracht (2.90 en 2.91)
• Bewijzen draagkracht (zie art. 2.91): (a) bankverklaring, verzekering tegen
beroepsrisico’s (b) jaarrekening en (c) verklaring betreffende omzet.
• In aankondiging al aangeven wat nodig is welke bewijsstukken nodig zijn (2.91, lid 2)
• In principe geen omzeteisen (totale omzet, specifieke omzet) meer, tenzij:
• de aanbesteder zwaarwegende argumenten heeft (dan opnemen in de
aanbestedingsstukken
• en nooit meer dan 300% van de waarde van de opdracht)
• Zie de uitwerking in de Gids Proportionaliteit p. 42 e.v.
• Bijv. Voorschrift 3.5.D over het gebruik van zekerheidsstellingen (die een beslag op
de liquiditeit van een onderneming).
• Komt geen tentamenvraag over..
Geschiktheidseisen: technische bekwaamheid (art. 2.93)
• Zie 2.93 lid 1 met een limitatieve opsomming van verschillende bewijsmiddelen (o.a.
referenties, lijst voornaamste diensten/leveringen, beschrijving technische uitrusting en
maatregelen ter waarborging van kwaliteit, opgave technici, diploma’s, certificaten etc.)
• Referenties (naar tevredenheid uitgevoerde eerder verrichte vergelijkbare opdrachten) zijn in
de praktijk de belangrijkste categorie:
• O.g.v. Voorschrift 3.5 F Gids Proportionaliteit kerncompetenties formuleren (die
betrekking hebben op voorwerp opdracht, 2.90 lid 5 Aw).
• Voorschrift 3.5 G Gids Proportionaliteit: niet meer dan 1 referentie per
kerncompetentie
• Vuistregel in MvT: niet meer dan drie kerncompetenties in totaal
• Voorschrift 3.5 G Gids Proportionaliteit: waarde referentie niet meer dan 60%
waarde opdracht
Gebruik maken van draagkracht/vakbekwaamheid van derden (art. 2.91 en 2.94)
• Het is mogelijk gebruik te maken van de draagkracht of de vakbekwaamheid van andere
ondernemingen – AD kan dit alleen uitsluiten in exceptionele omstandigheden
• De in te zetten ondernemingen kunnen met de inschrijver tot hetzelfde concern behoren, maar
dat hoeft niet.
• Concernmaatschappijen gelden echter ook als ‘derden’ en er moet dus uitdrukkelijk
beroep worden gedaan op hun inzet (zie hieronder)
• De inschrijver moet wel aantonen dat hij – als hij het contract gegund krijgt – in de
uitvoeringsfase daadwerkelijk kan beschikken over de middelen c.q. de bekwaamheid van de
derde(n).
• Voorbeeld bij vakbekwaamheid: d.m.v. overeenkomst derde / inschrijver
• Voorbeeld bij financiële draagkracht: d.m.v. garantie derde (zie 2.92 lid 3 Aw)
Selectiecriteria (2.99 Aw) (1)
Selectiecriteria worden uitsluitend gebruikt in aanbestedingsprocedures met een separate
selectiefase:
Niet-openbare procedure, concurrentiegerichte dialoog, mededingingsprocedure met
onderhandelingen, innovatiepartnerschap
2
problemen bij aanbesteding
Doel van dit college
• Afronden stof over eisen aanbestedingsprocedure (geschiktheideisen, selectiecriteria,
gunningscriteria)
• Indruk krijgen van veel voorkomende problemen, rechtskader en uitleg door de rechter
• Problemen t.a.v. het inschrijfgedrag van ondernemingen
• Problemen t.a.v. het gedrag van de aanbestedende dienst
Algemene eisen aanbestedingscriteria
Criteria moeten:
• Proportioneel zijn - verband houden met voorwerp van de opdracht (zie 1.10, 1.13 en 1.16
Aw)
• Transprant zijn - voldoende duidelijk en ondubbelzinnig zijn geformuleerd zodat de normaal
oplettende en behoorlijk geïnformeerde inschrijver ze kan begrijpen (HvJEU Succhi di Frutta,
1.9 Aw)
• Objectief/niet-discriminerend zijn (1.8 Aw.)
• Daarnaast gelden er nog specifieke eisen per categorie criteria (zie Aw en de volgende sheets)
Criteria komen terug per procedure.
Aanbestedingscriteria
Minimumeisen
• Minimumeisen vallen uiteen in verschillende categorieën:
• Geschiktheidseisen (zie hierna)
• Bestek/technische specificaties (artikelen 2.75-2.77 Aw) (Commissie/Denemarken)
• Belangrijk: verbod om merk te vragen tenzij gerechtvaardigd door voorwerp
opdracht, zie 2.76 leden 3 en 4 Aw
• Altijd kans geven aan inschrijvers om gelijkwaardig product te leveren (2.77
lid 1 Aw)
• Bestek/juridische en administratieve voorschriften (niet uitdrukkelijk in Aw geregeld)
• Bestek/uitvoeringseisen (artikel 2.80 Aw)
Geschiktheidseisen (art. 2.90)
1
, • Geschiktheidseisen zijn minimumeisen die betrekking hebben op de competenties
(‘geschiktheid’) van de ondernemer.
• Aanbesteder kan opdracht pas gunnen nadat de geschiktheid van de niet-uitgesloten
deelnemers is getoetst aan de geschiktheidseisen
• Drie soorten (zie 2.90 lid 2 Aw):
• Financiële en economische draagkracht (2.91)
• Technische vakbekwaamheid (2.93)
• Beroepsbevoegdheid (2.98, bijvoorbeeld inschrijving in handelsregister, vergunning)
Financiële en economische draagkracht (2.90 en 2.91)
• Bewijzen draagkracht (zie art. 2.91): (a) bankverklaring, verzekering tegen
beroepsrisico’s (b) jaarrekening en (c) verklaring betreffende omzet.
• In aankondiging al aangeven wat nodig is welke bewijsstukken nodig zijn (2.91, lid 2)
• In principe geen omzeteisen (totale omzet, specifieke omzet) meer, tenzij:
• de aanbesteder zwaarwegende argumenten heeft (dan opnemen in de
aanbestedingsstukken
• en nooit meer dan 300% van de waarde van de opdracht)
• Zie de uitwerking in de Gids Proportionaliteit p. 42 e.v.
• Bijv. Voorschrift 3.5.D over het gebruik van zekerheidsstellingen (die een beslag op
de liquiditeit van een onderneming).
• Komt geen tentamenvraag over..
Geschiktheidseisen: technische bekwaamheid (art. 2.93)
• Zie 2.93 lid 1 met een limitatieve opsomming van verschillende bewijsmiddelen (o.a.
referenties, lijst voornaamste diensten/leveringen, beschrijving technische uitrusting en
maatregelen ter waarborging van kwaliteit, opgave technici, diploma’s, certificaten etc.)
• Referenties (naar tevredenheid uitgevoerde eerder verrichte vergelijkbare opdrachten) zijn in
de praktijk de belangrijkste categorie:
• O.g.v. Voorschrift 3.5 F Gids Proportionaliteit kerncompetenties formuleren (die
betrekking hebben op voorwerp opdracht, 2.90 lid 5 Aw).
• Voorschrift 3.5 G Gids Proportionaliteit: niet meer dan 1 referentie per
kerncompetentie
• Vuistregel in MvT: niet meer dan drie kerncompetenties in totaal
• Voorschrift 3.5 G Gids Proportionaliteit: waarde referentie niet meer dan 60%
waarde opdracht
Gebruik maken van draagkracht/vakbekwaamheid van derden (art. 2.91 en 2.94)
• Het is mogelijk gebruik te maken van de draagkracht of de vakbekwaamheid van andere
ondernemingen – AD kan dit alleen uitsluiten in exceptionele omstandigheden
• De in te zetten ondernemingen kunnen met de inschrijver tot hetzelfde concern behoren, maar
dat hoeft niet.
• Concernmaatschappijen gelden echter ook als ‘derden’ en er moet dus uitdrukkelijk
beroep worden gedaan op hun inzet (zie hieronder)
• De inschrijver moet wel aantonen dat hij – als hij het contract gegund krijgt – in de
uitvoeringsfase daadwerkelijk kan beschikken over de middelen c.q. de bekwaamheid van de
derde(n).
• Voorbeeld bij vakbekwaamheid: d.m.v. overeenkomst derde / inschrijver
• Voorbeeld bij financiële draagkracht: d.m.v. garantie derde (zie 2.92 lid 3 Aw)
Selectiecriteria (2.99 Aw) (1)
Selectiecriteria worden uitsluitend gebruikt in aanbestedingsprocedures met een separate
selectiefase:
Niet-openbare procedure, concurrentiegerichte dialoog, mededingingsprocedure met
onderhandelingen, innovatiepartnerschap
2