Samenvatting onderzoekspracticum 2:
inhoudsanalyse + oefentoets
Universiteits van Amsterdam – Communicatiewetenschap – 2024
Inhoudsopgave
Deel 1 Introductie.......................................................................................................... 2
Wat is inhoudsanalyse?.............................................................................................. 2
Waarom inhoudsanalyse?........................................................................................... 4
Deel 2 Onderzoeksvragen.............................................................................................. 6
BESCHRIJVENDE ONDERZOEKSVRAGEN.....................................................................6
VERKLARENDE VRAGEN.............................................................................................. 8
VERGELIJKENDE VRAGEN............................................................................................ 9
Deel 3 Steekproeftrekking in inhoudsanalyse..............................................................12
STEEKPROEFTREKKING: OPFRISSER.........................................................................12
SELECTE STEEKPROEFTCHNIEKEN............................................................................13
ASELECTE STEEKPROEFTECHNIEKEN........................................................................14
SAMPLING MET NEXIS UNI........................................................................................19
Hoorcollege 2 Operationalisatie, validiteit, betrouwbaarheid.........................20
Deel 1 – validiteit van metingen...................................................................................20
MANIFESTE VS LATENTE MEDIA-INHOUD..................................................................20
VALIDITEIT VS BETROUWBAARHEID VAN METINGEN.................................................22
Deel 2 – Codeerproces................................................................................................. 23
CODEERSCHEMA....................................................................................................... 26
VALIDITEIT VAN METINGEN.......................................................................................27
Deel 3 – Betrouwbaarheid............................................................................................ 28
Het codeboek........................................................................................................... 28
Veelvoorkomende oorzaken lage betrouwbaarheid..................................................29
Hoe bereik je hoge betrouwbaarheid?......................................................................29
Vaststellen van betrouwbaarheid.............................................................................30
Hoorcollege 3 digitale data en geautomatiseerde inhoudsanalyse (CCA)........33
Digitale media.......................................................................................................... 33
COMPUTATIONAL CONTENT ANALYSIS......................................................................35
Welke methode is superieur?...................................................................................38
Baden’s drie bedenkingen bij CTA............................................................................39
OEFENTOETS...............................................................................................41
Vragen...................................................................................................................... 41
Antwoorden.............................................................................................................. 47
1
,Hoorcollege 1 Introductie, Onderzoeksvragen, Steekproeftrekking
Deel 1 Introductie
Wat is inhoudsanalyse?
Inhoudsanalyse: een onderzoeksmethode waarmee kenmerken van geregistreerde inhoud
van communicatie worden geanalyseerd.
Dimensies van inhoud:
- Geschreven (tekst)
- Verbaal (audio)
- Visueel (video)
Deze cursus: kwantitatieve analyse van kenmerken van inhoud van mediaboodschappen.
- Kwantitatief: analyseren op systematische, objectieve, repliceerbare manier.
- Inhoudskenmerken: manifest tot latent, maar altijd meetbaar en kwantificeerbaar (zie
hoorcollege 2)
Systematisch = wetenschappelijke methode
Objectief = bias weglaten en niet subjectief
Repliceerbaar = transparant en mogelijkheid om het onderzoek ter herhalen
Grondleggers kwantitatieve inhoudsanalyse – ken je klassiekers:
- Bernard Berelson (1912-1979)
Content analysis in communication research (1952)
- Ole Holtsi (1933-2020)
Content analysis for the social sciences and humanities (1969)
- Klaus Krippendorff (1932-2022)
Content analysis: an introduction to its methodology (1980)
2
,Zichtbaarheid (prominentie) = welke onderwerpen komen het meest aanbod in
media/meeste aandacht
Bias = komen bepaalde politici meer voor dan andere, maar ook minderheden, vrouwen en
mannen -> gaat over representatie
‘Gevaarlijke’ inhoud = jongeren consumenten van media, denk aan seks en geweld -> wat
mensen traditioneel zorgwekkend vinden
Nieuwsframes = framing, frames kunnen belangrijk zijn over hoe we de wereld begrijpen
Nieuws over gezondheid = is analyseerbaar denk aan de pandemie
Sociale media = minstens net zo belangrijk als de traditionele massa media
Films en series = ook een vorm van inhoud consumeren
Inhoud voor kinderen = inhoud die we gevaarlijk vinden voor kinderen en die specifiek
gemaakt is voor kinderen
En nog veel meer!
3
, Waarom inhoudsanalyse?
1. Inhoudsanalyse is fundamenteel voor theorievorming in de
Communicatiewetenschap
Inhoud staat centraal binnen communicatieprocessen:
- Oorzaak van – en voorwaarde voor – mediaeffecten
- Uitkomst van kenmerken van – en rondom – mediaproducenten
-> Maakt het mogelijk om relaties te toetsen door het hele communicatieproces heen.
Inhoud staat centraal zowel als een uitkomst als een oorzaak.
2. Inhoudsanalyse kan het ontwerp van onderzoek naar media-effecten sterker maken
Data uit inhoudsanalyse kan gekoppeld worden aan data uit enquête om media-
effecten te verklaren
Relevante media-inhoud is de onafhankelijke variabele in studies over media-impact.
-> zonder inhoud geen effect
Als meting van (mogelijkheid tot) blootstelling is inhoud superieur aan zelfrapportage
respondent.
-> moeilijk voor respondenten zelf blootstelling te rapporten
-> inhoud heel goed meten dan heb je een goede maat voor de mogelijkheid tot
blootstelling
Inhoud meten = media-impact duiden; niet meten = speculeren
-> door inhoud meten weet je echt wat er in de media was en ben je niet aan het
speculeren
Selectie geanalyseerde media-inhoud kan dienen als (representatief) stimulusmateriaal
in experiment (experiment wordt realistischer)
Inhoudsanalyse kan bijdragen aan een sterker experimenteel onderzoek, dan kan je in het
experiment realistisch en representatief stimulus materiaal toevoegen.
Resultaten hebben hogere ecologische validiteit.
Uniek aan inhoudsanalyse is dat je beide onderzoekspracticum kan combineren en
gebruiken voor inhoudsanalyse!
4
inhoudsanalyse + oefentoets
Universiteits van Amsterdam – Communicatiewetenschap – 2024
Inhoudsopgave
Deel 1 Introductie.......................................................................................................... 2
Wat is inhoudsanalyse?.............................................................................................. 2
Waarom inhoudsanalyse?........................................................................................... 4
Deel 2 Onderzoeksvragen.............................................................................................. 6
BESCHRIJVENDE ONDERZOEKSVRAGEN.....................................................................6
VERKLARENDE VRAGEN.............................................................................................. 8
VERGELIJKENDE VRAGEN............................................................................................ 9
Deel 3 Steekproeftrekking in inhoudsanalyse..............................................................12
STEEKPROEFTREKKING: OPFRISSER.........................................................................12
SELECTE STEEKPROEFTCHNIEKEN............................................................................13
ASELECTE STEEKPROEFTECHNIEKEN........................................................................14
SAMPLING MET NEXIS UNI........................................................................................19
Hoorcollege 2 Operationalisatie, validiteit, betrouwbaarheid.........................20
Deel 1 – validiteit van metingen...................................................................................20
MANIFESTE VS LATENTE MEDIA-INHOUD..................................................................20
VALIDITEIT VS BETROUWBAARHEID VAN METINGEN.................................................22
Deel 2 – Codeerproces................................................................................................. 23
CODEERSCHEMA....................................................................................................... 26
VALIDITEIT VAN METINGEN.......................................................................................27
Deel 3 – Betrouwbaarheid............................................................................................ 28
Het codeboek........................................................................................................... 28
Veelvoorkomende oorzaken lage betrouwbaarheid..................................................29
Hoe bereik je hoge betrouwbaarheid?......................................................................29
Vaststellen van betrouwbaarheid.............................................................................30
Hoorcollege 3 digitale data en geautomatiseerde inhoudsanalyse (CCA)........33
Digitale media.......................................................................................................... 33
COMPUTATIONAL CONTENT ANALYSIS......................................................................35
Welke methode is superieur?...................................................................................38
Baden’s drie bedenkingen bij CTA............................................................................39
OEFENTOETS...............................................................................................41
Vragen...................................................................................................................... 41
Antwoorden.............................................................................................................. 47
1
,Hoorcollege 1 Introductie, Onderzoeksvragen, Steekproeftrekking
Deel 1 Introductie
Wat is inhoudsanalyse?
Inhoudsanalyse: een onderzoeksmethode waarmee kenmerken van geregistreerde inhoud
van communicatie worden geanalyseerd.
Dimensies van inhoud:
- Geschreven (tekst)
- Verbaal (audio)
- Visueel (video)
Deze cursus: kwantitatieve analyse van kenmerken van inhoud van mediaboodschappen.
- Kwantitatief: analyseren op systematische, objectieve, repliceerbare manier.
- Inhoudskenmerken: manifest tot latent, maar altijd meetbaar en kwantificeerbaar (zie
hoorcollege 2)
Systematisch = wetenschappelijke methode
Objectief = bias weglaten en niet subjectief
Repliceerbaar = transparant en mogelijkheid om het onderzoek ter herhalen
Grondleggers kwantitatieve inhoudsanalyse – ken je klassiekers:
- Bernard Berelson (1912-1979)
Content analysis in communication research (1952)
- Ole Holtsi (1933-2020)
Content analysis for the social sciences and humanities (1969)
- Klaus Krippendorff (1932-2022)
Content analysis: an introduction to its methodology (1980)
2
,Zichtbaarheid (prominentie) = welke onderwerpen komen het meest aanbod in
media/meeste aandacht
Bias = komen bepaalde politici meer voor dan andere, maar ook minderheden, vrouwen en
mannen -> gaat over representatie
‘Gevaarlijke’ inhoud = jongeren consumenten van media, denk aan seks en geweld -> wat
mensen traditioneel zorgwekkend vinden
Nieuwsframes = framing, frames kunnen belangrijk zijn over hoe we de wereld begrijpen
Nieuws over gezondheid = is analyseerbaar denk aan de pandemie
Sociale media = minstens net zo belangrijk als de traditionele massa media
Films en series = ook een vorm van inhoud consumeren
Inhoud voor kinderen = inhoud die we gevaarlijk vinden voor kinderen en die specifiek
gemaakt is voor kinderen
En nog veel meer!
3
, Waarom inhoudsanalyse?
1. Inhoudsanalyse is fundamenteel voor theorievorming in de
Communicatiewetenschap
Inhoud staat centraal binnen communicatieprocessen:
- Oorzaak van – en voorwaarde voor – mediaeffecten
- Uitkomst van kenmerken van – en rondom – mediaproducenten
-> Maakt het mogelijk om relaties te toetsen door het hele communicatieproces heen.
Inhoud staat centraal zowel als een uitkomst als een oorzaak.
2. Inhoudsanalyse kan het ontwerp van onderzoek naar media-effecten sterker maken
Data uit inhoudsanalyse kan gekoppeld worden aan data uit enquête om media-
effecten te verklaren
Relevante media-inhoud is de onafhankelijke variabele in studies over media-impact.
-> zonder inhoud geen effect
Als meting van (mogelijkheid tot) blootstelling is inhoud superieur aan zelfrapportage
respondent.
-> moeilijk voor respondenten zelf blootstelling te rapporten
-> inhoud heel goed meten dan heb je een goede maat voor de mogelijkheid tot
blootstelling
Inhoud meten = media-impact duiden; niet meten = speculeren
-> door inhoud meten weet je echt wat er in de media was en ben je niet aan het
speculeren
Selectie geanalyseerde media-inhoud kan dienen als (representatief) stimulusmateriaal
in experiment (experiment wordt realistischer)
Inhoudsanalyse kan bijdragen aan een sterker experimenteel onderzoek, dan kan je in het
experiment realistisch en representatief stimulus materiaal toevoegen.
Resultaten hebben hogere ecologische validiteit.
Uniek aan inhoudsanalyse is dat je beide onderzoekspracticum kan combineren en
gebruiken voor inhoudsanalyse!
4