Omgaan met Tolken Samenvatting .......................................................................................................... 2
1 Wat is/kan/doet een tolk (niet)? ...................................................................................................... 2
2 Hoe ga je om met een tolk?.............................................................................................................. 3
Omgaan met Tolken Notulen ................................................................................................................... 4
Les 1: Wat is/kan/doet een tolk (niet)? ............................................................................................... 4
Les 2: Hoe ga je om met een tolk? ...................................................................................................... 5
Les 3: Zelf ervaren! .............................................................................................................................. 6
1
, Omgaan met Tolken Samenvatting
1 Wat is/kan/doet een tolk (niet)?
De student benoemt welke typen tolken er zijn en wat elk type kan/doet.
- Gesprokentaaltolk
o Maakt verbale communicatie mogelijk tussen sprekers.
o Simultaan.
o Gebruikt geen gebarentaal.
- Gebarentolk
o Tolkt simultaan tussen gesproken taal en Nederlandse Gebarentaal (NGT).
o Gebruikt visuele (gebaren) en auditieve (gesproken) modaliteiten.
o Tolkt in beide richtingen: van NGT naar gesproken taal en andersom.
o Bedient dove, slechthorende en doofblinde personen die gebarentaalvaardig zijn,
evenals horende personen die geen gebarentaal kennen.
- Schrijftolk
o Tolkt simultaan door gesproken taal om te zetten in geschreven tekst.
o Éenrichtingsverkeer: typt wat er gezegd wordt, zodat dove en slechthorende
personen het kunnen lezen.
o Gebruikt geen gebarentaal.
o Bedient zowel gebarentaalvaardigde als niet-gebarentaalvaardige dove,
slechthorende en doofblinde personen.
- Dove tolk
o Een tolk die zelf doof of slechthorend is en NGT als moedertaal heeft.
o Kan communiceren met dove en slechthorende personen op een manier die vaak
natuurlijker en cultureel adequater is.
- Specialisaties (justitie) en ervaringsgebieden (zie richting RTGS)
o Geen aparte opleiding, maar iets waar je je werk van maakt.
o 1 specialisatie waar een opleiding voor is, dat is justitietolk.
De student benoemt de verschillende spelers in het werkveld van tolken en globaal wat zij doen.
- Tolkenregister (RTGS)
o Register voor tolken Nederlandse Gebarentaal en schrijftolken.
o Zorgt voor registratie en kwaliteitsbewaking van tolken.
o Nascholing is vereist om geregistreerd te blijven.
o Specialisaties mogelijk, bijvoorbeeld in justitie.
- UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen)
o Verantwoordelijk voor de financiering van tolken in Nederland voor werk, onderwijs
en privé.
o Betaalt de tolken uit drie potjes afhankelijk van de context van de tolkopdracht.
- Tolkcontact
o Bemiddelingsbureau waar tolken en tolkgebruikers elkaar kunnen vinden.
o Tolken voeren opdrachten in en factureren via Tolkcontact; UWV betaald.
o Tolkgebruikers kunnen opdrachten plaatsen op een prikbord.
- Belangenbehartiging (NSV en NBTG)
o NSV (Nederlandse Schrijftolk Vereniging) en NBTG (Nederlandse Beroepsvereniging
voor Tolken Gebarentaal) behartigen de belangen van tolken gebarentaal.
o Zetten zich in voor professionele en arbeidsvoorwaarden van tolken.
o Aanvragen van tolken verloopt niet via deze verengingen.
2