Incicivi (snijtanden) voedsel kleine stukken
Canini (hoektanden) (dingen vastgrijpen)
- 2 boven, 2 onder
Premolaren (knippen en vasthouden)
- 8 boven, 8 onder
Molaren (voedsel knippen en fijnmalen)
- 4 boven, 6 onder
Tandformule
1 = rechtsboven 2 = linksboven 3 = links onder 4 = rechtsonder
2e en 3e cijfer:
- De binneste is altijd 01
- C is altijd 04
- Premolaren zijn 05 t/m 08 waarbij P altijd 08 is (grootste kies boven = 8)
- De molaren zijn 09 en verder (grootste kies onder = 9)
Schedel
- Mesocephaal (normaal)
- Brachycephaal (kort)
- Dolichocephaal (lang)
Tandwortel
- Onder tandvlees; word beschermd door cement
Paradontale ligament
- Zit vast aan kaakbot, voedt laagje cement
- Vezels registreert hoe hard je kauwt
- Tand in tandkas houden
Tandvlees
- Hecht vast aan tand
Pocket: hond max 3 mm kat max 1mm
Pulpaholte + tandpulpa = bloedvaten, zenuwen, lymfevaten
Mucogingivale lijn
- Geeft grens tussen tandvlees en slijmvlies
- Alleen bij onderkaak
, De beet
Door drie factoren bepaald:
- De positie en stand van een gebitselement.
- De occlusie:
de wijze waarop de gebitselementen van de boven- en onderkaak op elkaar
sluiten.
normale occlusie, malocclusie
- De stand van de onderkaak ten opzichte van de schedel
Normale beet
- Scharende snijtanden
- Hoektanden moeten langs elkaar heen vallen
- Premolaren staan nooit boven op elkaar, altijd langs elkaar
- P4 boven ligt aan de buitenkant van de m1
Malocclusie
- Vergrote kans op de vorming van tandplak en tandsteen
- Ontsteking tandvlees: gingivitis
o Zonder verlies van epitheliale aanhechting
o Reversibel (kan genezen) mits goede mondhygiënische maatregelen
- Ontsteking parodontium: parodontitis
o Cement, tandvlees, kaakbot, paradontale ligament
o Word aan getast door tandplak en tandsteen
o Gevolgen: pocketvorming, terugtrekken van tandvlees, losse elementen
o Niet reversibel (niet te genezen); vertragen door gebitsreiniging en gebitsverzorging
o Vaak onderschat; probleem bevind zich onder tandvlees
o Klachten: stank
o Andere oorzaken: problemen maag / darm, tumor, vreemde voorwerpen, nierfalen
Tanggebit: 1 hoektand vast in andere hoektand
Overbeet: bovenbijter: brachygnatisme
Onderbeet: ondervoorbijter: prognatisme
Natuurlijk evenwicht
- Tussen microoganisme van de mondholte en immuunsysteem
- Bij 85% evenwicht verstoord: op te lossen door te poetsen
Tandplak
- Voornaamste veroorzaker van aantasting van parodontium
- Wittige, 1-2 mm dikke laag
- Bestaat uit bacteriën
- Kan je niet wegspoelen
Tandsteen
- Omvorming van tandplak
- Perfecte leefomgeving voor bacteriën
- Ontstaat als eerste bij de uitgangen van de speekselklieren
Canini (hoektanden) (dingen vastgrijpen)
- 2 boven, 2 onder
Premolaren (knippen en vasthouden)
- 8 boven, 8 onder
Molaren (voedsel knippen en fijnmalen)
- 4 boven, 6 onder
Tandformule
1 = rechtsboven 2 = linksboven 3 = links onder 4 = rechtsonder
2e en 3e cijfer:
- De binneste is altijd 01
- C is altijd 04
- Premolaren zijn 05 t/m 08 waarbij P altijd 08 is (grootste kies boven = 8)
- De molaren zijn 09 en verder (grootste kies onder = 9)
Schedel
- Mesocephaal (normaal)
- Brachycephaal (kort)
- Dolichocephaal (lang)
Tandwortel
- Onder tandvlees; word beschermd door cement
Paradontale ligament
- Zit vast aan kaakbot, voedt laagje cement
- Vezels registreert hoe hard je kauwt
- Tand in tandkas houden
Tandvlees
- Hecht vast aan tand
Pocket: hond max 3 mm kat max 1mm
Pulpaholte + tandpulpa = bloedvaten, zenuwen, lymfevaten
Mucogingivale lijn
- Geeft grens tussen tandvlees en slijmvlies
- Alleen bij onderkaak
, De beet
Door drie factoren bepaald:
- De positie en stand van een gebitselement.
- De occlusie:
de wijze waarop de gebitselementen van de boven- en onderkaak op elkaar
sluiten.
normale occlusie, malocclusie
- De stand van de onderkaak ten opzichte van de schedel
Normale beet
- Scharende snijtanden
- Hoektanden moeten langs elkaar heen vallen
- Premolaren staan nooit boven op elkaar, altijd langs elkaar
- P4 boven ligt aan de buitenkant van de m1
Malocclusie
- Vergrote kans op de vorming van tandplak en tandsteen
- Ontsteking tandvlees: gingivitis
o Zonder verlies van epitheliale aanhechting
o Reversibel (kan genezen) mits goede mondhygiënische maatregelen
- Ontsteking parodontium: parodontitis
o Cement, tandvlees, kaakbot, paradontale ligament
o Word aan getast door tandplak en tandsteen
o Gevolgen: pocketvorming, terugtrekken van tandvlees, losse elementen
o Niet reversibel (niet te genezen); vertragen door gebitsreiniging en gebitsverzorging
o Vaak onderschat; probleem bevind zich onder tandvlees
o Klachten: stank
o Andere oorzaken: problemen maag / darm, tumor, vreemde voorwerpen, nierfalen
Tanggebit: 1 hoektand vast in andere hoektand
Overbeet: bovenbijter: brachygnatisme
Onderbeet: ondervoorbijter: prognatisme
Natuurlijk evenwicht
- Tussen microoganisme van de mondholte en immuunsysteem
- Bij 85% evenwicht verstoord: op te lossen door te poetsen
Tandplak
- Voornaamste veroorzaker van aantasting van parodontium
- Wittige, 1-2 mm dikke laag
- Bestaat uit bacteriën
- Kan je niet wegspoelen
Tandsteen
- Omvorming van tandplak
- Perfecte leefomgeving voor bacteriën
- Ontstaat als eerste bij de uitgangen van de speekselklieren