LEERBOEK HRM
HOOFDSTUK 11
11.1 Waarom duurzaamheid op de agenda?
Duurzaam HRM wordt gepresenteerd als noodzakelijke aanvulling en correctie op
het klassieke strategisch HR-denken. Strategische HR-praktijken concentreren zich
heel sterk op het interne. Het heeft selectieve aandacht voor schaars talent. Vanuit
het perspectief van human capital-theorie is de focus op de doelgroepen
begrijpelijk.
HR-beleid is een inclusief beleid en heeft aandacht voor alle medewerkers. Het
overstijgt de klassieke HR-taak om de juiste vrouw/man op de juiste plaats te zetten.
11.1.1 Duurzame ontwikkeling en MVO (maatschappelijk verantwoord
ondernemen)
Duurzame ontwikkeling is het sleutelwoord voor verdere groei. Voor organisaties
wordt het streven naar duurzame ontwikkeling sindsdien gevat onder de noemer
MVO.
In essentie gaat het over de grondhouding die de samenleving verwacht van het
bedrijf, de 3 P’s (people, planet & profit). Bedrijven worden beoordeeld op basis van
hun bijdrage aan de sociale, de ecologische en de economische bottom-line.
Het gaat dus niet alleen meer om winst, maar ook over mensen en milieu.
Typisch is dat MVO op ecologisch vlak en in relatie tot de externe stakeholders
relatief veel aandacht krijgt. MVO in relatie tot de interne stakeholders komt veel
minder goed uit de verf, zoals het HR-beleid.
11.1.2 Het schaarste-argument
Naast MVO is ook het schaarste-argument belangrijk voor het duurzaam HRM. Er is
sprake van groeiende schaarste en menselijke resources.
Arbeidsmarktspecialisten waarschuwen voor personeelstekort in de toekomst, niet
alleen hooggeschoolde maar ook middelbaar opgeleide vakmensen. Bedrijven
moeten hier dus rekening mee houden willen zij erin slagen voldoende personeel
aan te trekken en te binden.
11.1.3 Kwetsbaarheid van het individu
Inzetbaarheid is heel erg kwetsbaar. Dit komt door snel veranderende context en
hoge eisen van klanten. Er dreigt een nieuwe sociale ongelijkheid te ontstaan. Ook
werkvermogen, vitaliteit en inzetbaarheid zijn schaarse hulpbronnen waarmee
werknemers en werkgevers verantwoord moeten omgaan.
HOOFDSTUK 11
11.1 Waarom duurzaamheid op de agenda?
Duurzaam HRM wordt gepresenteerd als noodzakelijke aanvulling en correctie op
het klassieke strategisch HR-denken. Strategische HR-praktijken concentreren zich
heel sterk op het interne. Het heeft selectieve aandacht voor schaars talent. Vanuit
het perspectief van human capital-theorie is de focus op de doelgroepen
begrijpelijk.
HR-beleid is een inclusief beleid en heeft aandacht voor alle medewerkers. Het
overstijgt de klassieke HR-taak om de juiste vrouw/man op de juiste plaats te zetten.
11.1.1 Duurzame ontwikkeling en MVO (maatschappelijk verantwoord
ondernemen)
Duurzame ontwikkeling is het sleutelwoord voor verdere groei. Voor organisaties
wordt het streven naar duurzame ontwikkeling sindsdien gevat onder de noemer
MVO.
In essentie gaat het over de grondhouding die de samenleving verwacht van het
bedrijf, de 3 P’s (people, planet & profit). Bedrijven worden beoordeeld op basis van
hun bijdrage aan de sociale, de ecologische en de economische bottom-line.
Het gaat dus niet alleen meer om winst, maar ook over mensen en milieu.
Typisch is dat MVO op ecologisch vlak en in relatie tot de externe stakeholders
relatief veel aandacht krijgt. MVO in relatie tot de interne stakeholders komt veel
minder goed uit de verf, zoals het HR-beleid.
11.1.2 Het schaarste-argument
Naast MVO is ook het schaarste-argument belangrijk voor het duurzaam HRM. Er is
sprake van groeiende schaarste en menselijke resources.
Arbeidsmarktspecialisten waarschuwen voor personeelstekort in de toekomst, niet
alleen hooggeschoolde maar ook middelbaar opgeleide vakmensen. Bedrijven
moeten hier dus rekening mee houden willen zij erin slagen voldoende personeel
aan te trekken en te binden.
11.1.3 Kwetsbaarheid van het individu
Inzetbaarheid is heel erg kwetsbaar. Dit komt door snel veranderende context en
hoge eisen van klanten. Er dreigt een nieuwe sociale ongelijkheid te ontstaan. Ook
werkvermogen, vitaliteit en inzetbaarheid zijn schaarse hulpbronnen waarmee
werknemers en werkgevers verantwoord moeten omgaan.
