CE4 B-lijn (deeltoets 3)
1. De beginbalans
Het financiële plan is een onderdeel uit het ondernemingsplan.
Is opgedeeld in verschillende onderdelen:
Het investeringsplan
Het financieringsplan
De beginbalans
De resultatenbegroting
De liquiditeitsbegroting
De eindbalans
1.1 Het investeringsplan
Binnen een investeringsplan zijn er middelen nodig om een onderneming op te kunnen
zetten: activa, deze kunnen weer onderverdeeld worden in: vaste activa & vlottende activa
Vaste activa: deze gaan langer mee dan één productieproces. Het duurt langer dan één jaar
om vaste activa liquide te maken, in geld om te zetten (inventaris, auto, pand)
Vlottende activa: deze worden binnen één jaar in geld omgezet. Dit betekend dus dat het
korter dan een jaar duurt voordat deze activa liquide kunnen worden gemaakt. (voorraden,
debiteuren, kas, nog te ontvangen…)
Investeringsplan debetzijde balans
De volgorde van de posten zijn zodanig geordend dat de minst liquide middelen bovenaan
staan en de meest liquide middelen onderaan.
Inventaris: betreft de waarde van de kantoorbenodigdheden, bureaustoelen etc.
Voorraden: betreft de waarde van de handelsgoederen die de onderneming in bezit
heeft.
Debiteuren: geeft het bedrag weer dat we nog tegoed hebben van klanten a.d.h.v.
de verkochte producten (bij beginnende onderneming is dit bedrag nog 0)
Vooruitbetaalde huur: (wordt gezien als een bijzondere post). Het geld is al betaald
en de prestatie hebben we nog tegoed. Er is dus sprake van een vordering, deze is
niet in de vorm van geld maar in de vorm van een dienst.
Bank RC (rekening courant): geeft het saldo weer van de lopende rekening van de
onderneming bij een bank. Met dit geld kunnen direct betalingen worden verricht,
(betaalrekening).
1
, Kas: letterlijk het geld wat in de kas ligt om contante betalingen mee te doen en
wisselgeld terug te kunnen geven.
Geen pand gekocht? Huren kan ook onder de post (vooruitbetaalde huur)
Andere bezittingen die als post op het investeringsplan kunnen voorkomen:
Lening u/g: betreft uitgeleend geld van de onderneming. Het betreft een vordering en
behoort dus tot de bezittingen
Effecten: Verhandelbare rechten die een financiële waarde vertegenwoordigen,
zoals aandelen en obligaties
Vooruitbetaalde verzekeringen: vooruitbetaling kan in allerlei vormen optreden
Nog te ontvangen bedragen: Bijvoorbeeld ‘nog te ontvangen rente’ over een
uitgeleend bedrag. Dit betreft een vordering en behoort dus tot de bezittingen.
1.2 Het Financieringsplan
Bedrag dat nodig is om een onderneming op zetten financieringsbehoefte en wordt
afgeleid uit het totaalbedrag van het investeringsplan (creditzijde balans) = vaste activa +
vlottende activa.
Het financieringsplan laat zien hoe de ondernemer dit bedrag moet gaan ophoesten.
Eigen vermogen: financieren met eigen geld of eigen vermogen.
Dit kan doormiddel van drie manieren:
1. De eigenaar brengt eigen spaargeld in
2. De eigenaar brengt eigen bezittingen in
3. De eigenaar ontvangt een schenking/gift
Vreemd vermogen: financieren met leningen.
Lang vreemd vermogen (LVV) en Kort vreemd vermogen (KVV).
Door het aangaan van leningen ontstaan schulden.
LVV: wanneer de lening voor langer dan een jaar wordt aangenomen
KVV: wordt de lening binnen een jaar terugbetaald.
Voorbeelden van een LVV:
Een banklening: alleen verstrekt wanneer de bank het idee heeft dat de lening incl.
de rente terugbetaald kan worden. Hierbij wordt dan door de bank naar het eigen
vermogen gekeken.
Een hypothecaire lening
Een achtergestelde lening: lening waarbij de vertrekker ervan bij een eventueel
faillissement van de onderneming als laatste het recht heeft om het geld terug te
krijgen (alle andere schuldeisers komen eerder aan bod)
Voorzieningen: verwachte uitgave in de toekomst, alleen is de exacte datum nog
onbekend. Het geschatte bedrag van die uitgaven wordt opgenomen als schuld onder
de post voorzieningen. (vb: voorziening onderhoud en voorziening juridische
procedure). Voorzieningen zouden ook onder de KVV kunnen vallen.
Voorbeelden van KVV:
Crediteuren: geeft het bedrag weer dat we nog moeten betalen aan leveranciers
(schuld.) Deze schuld ontstaat wanneer er niet direct wordt afgerekend maar op
rekening wordt ingekocht.
2
1. De beginbalans
Het financiële plan is een onderdeel uit het ondernemingsplan.
Is opgedeeld in verschillende onderdelen:
Het investeringsplan
Het financieringsplan
De beginbalans
De resultatenbegroting
De liquiditeitsbegroting
De eindbalans
1.1 Het investeringsplan
Binnen een investeringsplan zijn er middelen nodig om een onderneming op te kunnen
zetten: activa, deze kunnen weer onderverdeeld worden in: vaste activa & vlottende activa
Vaste activa: deze gaan langer mee dan één productieproces. Het duurt langer dan één jaar
om vaste activa liquide te maken, in geld om te zetten (inventaris, auto, pand)
Vlottende activa: deze worden binnen één jaar in geld omgezet. Dit betekend dus dat het
korter dan een jaar duurt voordat deze activa liquide kunnen worden gemaakt. (voorraden,
debiteuren, kas, nog te ontvangen…)
Investeringsplan debetzijde balans
De volgorde van de posten zijn zodanig geordend dat de minst liquide middelen bovenaan
staan en de meest liquide middelen onderaan.
Inventaris: betreft de waarde van de kantoorbenodigdheden, bureaustoelen etc.
Voorraden: betreft de waarde van de handelsgoederen die de onderneming in bezit
heeft.
Debiteuren: geeft het bedrag weer dat we nog tegoed hebben van klanten a.d.h.v.
de verkochte producten (bij beginnende onderneming is dit bedrag nog 0)
Vooruitbetaalde huur: (wordt gezien als een bijzondere post). Het geld is al betaald
en de prestatie hebben we nog tegoed. Er is dus sprake van een vordering, deze is
niet in de vorm van geld maar in de vorm van een dienst.
Bank RC (rekening courant): geeft het saldo weer van de lopende rekening van de
onderneming bij een bank. Met dit geld kunnen direct betalingen worden verricht,
(betaalrekening).
1
, Kas: letterlijk het geld wat in de kas ligt om contante betalingen mee te doen en
wisselgeld terug te kunnen geven.
Geen pand gekocht? Huren kan ook onder de post (vooruitbetaalde huur)
Andere bezittingen die als post op het investeringsplan kunnen voorkomen:
Lening u/g: betreft uitgeleend geld van de onderneming. Het betreft een vordering en
behoort dus tot de bezittingen
Effecten: Verhandelbare rechten die een financiële waarde vertegenwoordigen,
zoals aandelen en obligaties
Vooruitbetaalde verzekeringen: vooruitbetaling kan in allerlei vormen optreden
Nog te ontvangen bedragen: Bijvoorbeeld ‘nog te ontvangen rente’ over een
uitgeleend bedrag. Dit betreft een vordering en behoort dus tot de bezittingen.
1.2 Het Financieringsplan
Bedrag dat nodig is om een onderneming op zetten financieringsbehoefte en wordt
afgeleid uit het totaalbedrag van het investeringsplan (creditzijde balans) = vaste activa +
vlottende activa.
Het financieringsplan laat zien hoe de ondernemer dit bedrag moet gaan ophoesten.
Eigen vermogen: financieren met eigen geld of eigen vermogen.
Dit kan doormiddel van drie manieren:
1. De eigenaar brengt eigen spaargeld in
2. De eigenaar brengt eigen bezittingen in
3. De eigenaar ontvangt een schenking/gift
Vreemd vermogen: financieren met leningen.
Lang vreemd vermogen (LVV) en Kort vreemd vermogen (KVV).
Door het aangaan van leningen ontstaan schulden.
LVV: wanneer de lening voor langer dan een jaar wordt aangenomen
KVV: wordt de lening binnen een jaar terugbetaald.
Voorbeelden van een LVV:
Een banklening: alleen verstrekt wanneer de bank het idee heeft dat de lening incl.
de rente terugbetaald kan worden. Hierbij wordt dan door de bank naar het eigen
vermogen gekeken.
Een hypothecaire lening
Een achtergestelde lening: lening waarbij de vertrekker ervan bij een eventueel
faillissement van de onderneming als laatste het recht heeft om het geld terug te
krijgen (alle andere schuldeisers komen eerder aan bod)
Voorzieningen: verwachte uitgave in de toekomst, alleen is de exacte datum nog
onbekend. Het geschatte bedrag van die uitgaven wordt opgenomen als schuld onder
de post voorzieningen. (vb: voorziening onderhoud en voorziening juridische
procedure). Voorzieningen zouden ook onder de KVV kunnen vallen.
Voorbeelden van KVV:
Crediteuren: geeft het bedrag weer dat we nog moeten betalen aan leveranciers
(schuld.) Deze schuld ontstaat wanneer er niet direct wordt afgerekend maar op
rekening wordt ingekocht.
2