100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Medische kennis periode 1.2

Beoordeling
4,0
(3)
Verkocht
6
Pagina's
49
Geüpload op
24-03-2019
Geschreven in
2018/2019

Dit document is een samenvatting van medische kennis. Het is afkomstig van een leerling van Windesheim Zwolle, hierin worden alle leerdoelen genoemd die zijn opgegeven. Door dit document te kopen en te kennen haal je een voldoende op je toets!

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Alles wat je voor periode 2 moet weten
Geüpload op
24 maart 2019
Aantal pagina's
49
Geschreven in
2018/2019
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Medische kennis periode 2
Les 1
Anatomie: de bouw van het lichaam.
Fysiologie: de functies van het lichaam.
Pathologie: de leer van ziektes in het algemeen.
Pathofysiologie: fysiologische processen die tot ziekte leiden.
Pathogenese: de leer van mechanismen van het ontstaan van een ziekte.



Gezondheid: het vermogen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht
van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven.

Ziekte: een afwijking van de normale lichaamsstructuren en -functies die resulteren in
verstoring van de vitale functies (bloeddruk, ademhaling, polsfrequentie en temperatuur).



Draagkracht: wat je aan kan.
Wordt bepaald door: aanleg, conditie, psychische – en sociale factoren.

Draaglast: wat je moet doen.
Wordt bepaald door endogeen/van binnen (erfelijk/aangeboren) en exogeen/van buiten (uit
je omgeving).


Het medisch model:
Etiologie: wat zijn de oorzaken? Risicofactoren van deze ziekte? Wat zijn de pathologische
veranderingen die de symptomen veroorzaken?
Symptomatologie: wat zijn de symptomen? Hoe uiten deze veranderingen zich?
Diagnostiek: wat kan er aan gedaan worden? Wat wil de patiënt zelf? Hoe wordt deze
diagnose gesteld? Welke middelen worden er ingezet?
Behandeling: wat wordt er aan gedaan?
Ziekteverloop: hoe gaat de behandeling? Komen er veel complicaties bij? Hoe is het
ziekteverloop? Welke groepen in de bevolking zijn kwetsbaarder voor een ernstiger beloop
van deze ziekte? Wat is de prognose wanneer behandeling mogelijk is? En wanneer niet?

,Factoren die de gezondheid kunnen beïnvloeden:
Autosomaal recessief: van beide ouders is het veranderende gen doorgegeven (het
recessieve allel).
Autosomaal dominant: van beide ouders is het niet-veranderde gen doorgegeven (het
dominante allel).
Geslachtsgebonden recessief: dit betekent dat alleen een jongen de ziekte van het allel kan
krijgen. De ziekte zit dan namelijk op het X-chromosoom van de moeder.
Exogeen: fysisch, chemisch, immunologisch (immuunsysteem reageert niet meer goed),
microbiologisch, psychosociaal, voeding.
Multifactoriële aandoeningen: aandoeningen door optelsom van verschillende oorzaken.



Symptomalogie en ziektebeloop:
Prodromen: voortekenen.
Subklinisch: je merkt het nog niet.
Manifest: het is duidelijk.
Acute ziekte: plotseling begin, doorgaans kortdurend en heftig.
Chronische ziekte: langdurige ziekte maar niet per definitie levenslang.
Exacerbatie: piek qua klachten.
Remissie: in een goede periode.
Recidief: heroptreden van symptomen na ziektevrij interval.
Complicaties: ongunstige verwikkeling in het loop (er komt een ziekte bij).
Syndroom: combinatie van symptomen.
Restverschijnselen: herstel is niet volledig.
Progressief: klachten worden steeds erger en meer.
Infauste prognose: terminaal.
Mortaliteit: maat voor de sterfte, vaak aangegeven als het aantal sterftegevallen per 100.00
inwoners in een bepaalde periode.
Morbiditeit: maat voor het voorkomen van beperkingen als gevolg van bepaalde ziektes.
Comorbiditeit: het voorkomen van twee of meerdere stoornissen per persoon.
Incidentie: het aantal nieuwe gevallen van een bepaalde ziekte in een bepaalde periode.
Prevalentie: het aantal ziektegevallen op een bepaald tijdstip in een bepaalde populatie.

,Epidemiologie: studie naar het voorkomen van ziektes in relatie tot het voorkomen van
andere verschijnselen.
Therapie: gunstig beïnvloeden van het beloop.
Causaal: gericht op wegnemen van oorzaken.
Symptomatisch: wegnemen van verschijnselen.
Substitutiebehandeling: lichaamseigen stoffen of extra voedingsstoffen worden toegediend
waaraan het lichaam een tekort heeft.
Curatief: bedoeld om te genezen.
Palliatief: gericht op verlichten van lijden.
Operatief: m.b.v. operatieve ingreep.
Conservatief: chirurgisch, maar zonder operatie.



Algemene diagnostiek:
Proces waarmee wordt vastgesteld wat de oorzaak van de afwijkingen of klachten is.
De eerste vorm van diagnostiek is de medische anamnese.
Vervolgens wordt er een lichamelijk onderzoek gedaan.
 Inspectie: bekijk van de buitenkant, de bewegingen en de houding van het lichaam.
 Palpatie: het lichaam wordt met de vingers of handen afgetast. Hiermee kan de grootte,
de structuur, het oppervlak, de plaats en gevoeligheid van de organen of lichaamsdelen
worden onderzocht. Hiermee worden de pols en de temperatuur van de huid gemeten.
 Auscultatie: het luisteren naar, met name, de longen, het hart en de darmen. Er wordt
gekeken naar de frequentie, de intensiteit en de duur van de geluiden die het lichaam
voortbrengt. Er kan onder andere hierbij een bloeddrukmeting worden gedaan.
 Percussie: lichaamsdelen bekloppen met vingers of handen waardoor de omvang, de
ligging van organen en de consistentie van de onderliggende structuren wordt
beoordeeld. Vulling van urineblaas en hoogte baarmoeder na bevalling wordt hiermee
bepaald.
 RT-scan: alleen therapeutisch: digitaal verwijderen van fecale obstructie (de darmwand
probeert het obstakel uit de weg te ruimen).
Als laatste kan er ook nog gebruik worden gemaakt van aanvullend onderzoek.
 Röntgenonderzoek: aan de hand van röntgenstraling kunnen de
inwendige structuren van het lichaam worden bekeken.
Contrastmiddelen nodig: het spijsverteringsstelsel en het
uitscheidingsstelsel beter zien. Contra intraveneus: om bloedvaten en
uitscheidingsstelsel beter te kunnen zien. Op een röntgenfoto zijn

, voornamelijk organen, weefsels en botten te zien: bloedvaten dus niet. Een weefsel laat
niet dezelfde hoeveelheid straling door dan botten waardoor het mogelijk is om de
verschillende structuren in het lichaam op een röntgenfoto te onderscheiden. Het is een
2D-beeld. Op een röntgenfoto kun je botbreuken, fracturen, dislocaties,
botmisvormingen en calcificaties zien.
 CT-scan: met behulp van röntgenstraling en een computer
kunnen de inwendige structuren in driedimensionaal beeld
(een dwarsdoorsnede) verkregen worden. Hierbij kan ook
contrast worden gebruikt: intraveneus of door het te
drinken. Bij het maken van een CT-scan kan de arts onder
andere afwijkingen in de bloedvaten, herseninfarcten,
tumoren en botbreuken opsporen. Het is een 2D-beeld,
maar door de draaiende buis zie je de status van weke delen
beter.
 MRI-scan: trillingen van het lichaam
in reactie op een sterk magnetisch
veld worden gebruikt om de
binnenkant van het lichaam in beeld
te brengen. Er worden namelijk
radiogolven door het lichaam
gezonden. Hierbij krijg je dus ook een
dwarsdoorsnede. Een arts gebruikt
een MRI-scan om hersenafwijkingen
zoals tumoren, ontstekingen, hernia’s
en gewrichtsproblemen op te sporen. Het is een 3D-beeld.
 Echografie: hierbij worden beelden van inwendige organen in
beeld gebracht door middel van weerkaatsing van
geluidsgolven tegen verschillende soorten weefsels.
 Nucleaire geneeskunde: met behulp van radioactieve stoffen
worden beelden gemaakt van de structuur en werking van
organen.
 Elektrocardiografie (ECG): hierbij kan de hartwerking in beeld worden gebracht. Met
behulp van hoogfrequentie geluidsgolven worden de bewegingen van de hartkleppen en
van de atria en ventrikels gedurende de hartcyclus in beeld gebracht.
 EEG: hierbij kan de hersenactiviteit in beeld worden gebracht.
Op deze manier kan de pathofysiologie van het hart en de
hersenen worden opgespoord.
 Biopt: een stukje weefsel dat door middel van een punctie of
excisie verwijderd is, onder de microscoop wordt bekeken. Een
biopsie wordt vaak gedaan om te kijken of een tumor goed- of kwaadaardig is.
€2,99
Krijg toegang tot het volledige document:
Gekocht door 6 studenten

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten


Ook beschikbaar in voordeelbundel

Thumbnail
Voordeelbundel
Medische kennis leerjaar 1
-
1 3 2019
€ 8,97 Meer info

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 3 reviews worden weergegeven
3 jaar geleden

5 jaar geleden

6 jaar geleden

4,0

3 beoordelingen

5
0
4
3
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
elriekekersten Hogeschool Windesheim
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
82
Lid sinds
6 jaar
Aantal volgers
64
Documenten
25
Laatst verkocht
8 maanden geleden

3,9

20 beoordelingen

5
4
4
10
3
5
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen