Samenvatting en oefentoets cursus criminalistiek

2023/2024

Samenvatting Criminalistiek




Forensisch laboratoriumonderzoek
Avans Hogeschool
Jaar 2, periode 3

,INHOUDSOPGAVE




LES 1 CRIMINALISTIEK:
WAT IS CRIMINALISTIEK EN PLAATS DESKUNDIGENBEWIJS IN HET RECHT

Wat is criminalistiek?
- De ontwikkeling en toepassing van de technische en (natuur)wetenschappelijke methoden die invloed
hebben op de waarheidsvinding in de rechtspleging. Dus getallen geven aan wetgeving.

Wat is forensische wetenschap?
- Alle wetenschappelijke toepassingen die meehelpen bij het veroordelen van iemand.

Wat is het verschil tussen criminalistiek en forensische wetenschap?
- Criminalistiek is een deel van forensische wetenschap.
- Alle disciplines die wel tot forensische wetenschap behoren maar niet tot criminalistiek, worden niet
voor de waarheidsvinding ingezet.

Wat valt onder criminalistiek:
 DNA
 Onderzoek naar wapens en munitie
 Dactyloscopie
 Verfonderzoek
 Toxicologie
 Forensische accountancy
 Vergelijkend handschriftonderzoek

Wat valt niet onder criminalistiek:
 Rechtspsychologie
 Forensische psychiatrie
 Criminologie  waarom doen mensen wat ze doen en waarom zijn slachtoffers slachtoffer van
dingen.

Forensisch onderzoeker:


1

, - Een forensisch onderzoeker gaat kijken vanaf het gevolg, en zo beredeneren wat de oorzaak van dit
gevolg is.
- Gevolg  oorzaak.
- De centrale vraag is: hoe sterk is het bewijs?

Onderzoeksdoelen
- Niveau 1 = waar is het van afkomstig
 Identificatie  wat voor spoor is het, bepalen van samenstelling van sporen.
 Classificatie  bepalen van de klasse en soort van sporen.
 Kwantificatie  hoeveel van een stof is gebruikt. (concentratie)
 Individualisatie  spoor herleiden naar 1 bron (bvb schoen van 1 individu (krasjes) of
frabriek)
- Niveau 2
 Associatie  relevant contact = er is een link tussen spoor en persoon en/of plaats delict,
dader en slachtoffer. (knuppel op hoofd geslagen, deuk in hoofd, bloed op knuppel) (of
tussen twee voorwerpen)
 Het combineren van twee sporen zonder een conclusie te trekken, de conclusie is
namelijk reconstructie.
- Niveau 3
 Reconstructie  wat heeft er zich afgespeeld. (plaats, tijd en aard van gebeurtenis bepalen)



Bewijsmiddelen van het strafrecht:
- Eigen waarneming van de rechter.
- Verklaringen van de verdachte.
- Verklaring van een getuige.
- Verklaring van een deskundige.
- Schriftelijke bescheiden.
 Welk bewijs wordt meegenomen wordt bepaald door de rechter.

Eisen aan deskundigheidsbewijs: (mbv zaken)
Zaak Amerika:
- Theorie en methoden die gebruikt zijn moeten getoetst zijn of getoetst kunnen worden.
- Het onderliggende onderzoek is gepubliceerd.
- De foutmarge van de methode die gebruikt wordt is niet te groot.
- Vakgenoten accepteren de gebruikte methode over het algemeen.

Zaak Nederland: carnavalsmoord:
- Deskundige is een orthopedisch schoenmaker, hij kijkt naar schoenafdrukken en zegt iets over de
maat en manier van lopen. Ook kijkt hij naar 2 oude laarzen en doet uitspraak dat de verdachte op het
PD zou kunnen zijn geweest.
- De deskundige van het spoor zegt dat ongeveer 108 mensen de afdruk zouden hebben kunnen gezet.
- De deskundige broeders zegt dat de afdrukken van de verdachte afkomstig zou kunnen zijn.
 Geen individualisatie, de schoenen zijn niet gekoppeld aan de persoon want deze
schoenen zijn nooit gevonden.
 Orthopedisch schoenmaker is in dit geval geen deskundige, hij kan namelijk niks
zeggen over deze zaak, hij kan alleen een inschatting maken.
- Deskundigheidsbewijs is cruciaal in deze zaak.
- Deskundigheid wordt betwist, dan mag de rechter dit verweer alleen verwerpen met goede motivatie.
(het is niet voldoende om alleen extra deskundige erbij te halen die eerdere conclusies verwerpen)
- HR vernietigd het vonnis.

Vragen voor deskundige:
- Wat is het beroep en de ervaring.
- Behoord de deskundigheid tot het spoor waar uitspraak over gedaan wordt.
- Welke methoden zijn gebruikt door deskundige.

2