OPDRACHT LITERATUURSTUDIE
Naam: Edwin Kraaijenbrink
Studienummer: 850162044
Adres: Roerdompstraat 3, Zierikzee
E-mail:
Cursus: PB0702 – literatuurstudie
Thema eindopdracht: Pesten
Opdracht: C Kritische beoordeling
, Van Geel, M., Goemans, A., Toprak F. and Vedder, P., (2017). Which personality traits are
related to traditional bullying and cyberbullying? A study with the Big Five, Dark Triad and
Sadism, Personality and Individual differences, 106, 231-235
Ⅰ Inleiding
1. Formulering van het probleem
a. Is het probleem waar het onderzoek zich op richt duidelijk omschreven?
Het probleem wordt duidelijk omschreven en onderbouwd met cijfers en verwijzingen naar
relevante studies. In de inleiding wordt gesteld dat in een recente studie (Elgar et al.,2015)
uitgevoerd in 79 landen 30% van de adolescenten slachtoffer is geweest van pestgedrag.
Tevens wordt een beeld geschetst wat de gevolgen kunnen zijn voor de slachtoffers van
pestgedrag, variërend van slaapproblemen tot suïcide. Naast de negatieve effecten voor de
slachtoffers worden eveneens de effecten voor de daders benoemd. Ook hier worden
verwijzingen naar de betreffende studies weergegeven.
b. Worden de begrippen voldoende gedefinieerd?
In de inleiding wordt een definitie gegeven van pesten. Pesten wordt omschreven als een
subtype van agressief gedrag waarbij een relatief sterke dader herhaaldelijk een zwakker
slachtoffer op een fysieke of verbale manier lastigvalt (Olweus,1994).
Cyberpesten wordt omschreven als een vorm van pesten waarbij de dader gebruik maakt van
digitale middelen zoals internet of mobiele telefoons.
Naast een definitie van pesten worden ook de vijf persoonlijkheidsdimensies van het Big Five
model toegelicht en wordt er een toelichting gegeven op de begrippen Dark Triad en sadisme.
2. Literatuuroverzicht
a. Wordt op basis van literatuur aangegeven wat wel en niet bekend is over het probleem en
mogelijke oplossingen?
In de introductie wordt een overzicht gegeven van studies naar pestgedrag en de gevolgen van
pesten voor het slachtoffer en de dader. Het gaat hier om studies naar traditioneel pesten en
cyberpesten. Ook wordt er verwezen naar eerdere studies die een verband hebben aangetoond
tussen de Big Five persoonlijkheidseigenschappen en pestgedrag. Zo blijkt uit studies van
Coody & Martin, Mitopoulou & Giovazolias en Sutton & Keogh dat er een verband bestaat
tussen persoonlijkheidskenmerken die bijdragen aan traditioneel pestgedrag. Lage scores op
vriendelijkheid/ inschikkelijkheid (agreeableness), openheid (openess) en zorgvuldigheid
(conscientiousness) en hoge scores op extraversie en emotionele instabiliteit zijn gerelateerd
aan pestgedrag.
Daarnaast blijkt er ook een relatie aangetoond tussen de Dark Triad
persoonlijkheidskenmerken en (traditioneel) pesten op de werkvloer (Baughnab, Dearing,
Giammarco &Vernon). Voor cyberpesten geldt dat er een relatie is aangetoond met
psychopathie (Goodboy & Martin).
Naam: Edwin Kraaijenbrink
Studienummer: 850162044
Adres: Roerdompstraat 3, Zierikzee
E-mail:
Cursus: PB0702 – literatuurstudie
Thema eindopdracht: Pesten
Opdracht: C Kritische beoordeling
, Van Geel, M., Goemans, A., Toprak F. and Vedder, P., (2017). Which personality traits are
related to traditional bullying and cyberbullying? A study with the Big Five, Dark Triad and
Sadism, Personality and Individual differences, 106, 231-235
Ⅰ Inleiding
1. Formulering van het probleem
a. Is het probleem waar het onderzoek zich op richt duidelijk omschreven?
Het probleem wordt duidelijk omschreven en onderbouwd met cijfers en verwijzingen naar
relevante studies. In de inleiding wordt gesteld dat in een recente studie (Elgar et al.,2015)
uitgevoerd in 79 landen 30% van de adolescenten slachtoffer is geweest van pestgedrag.
Tevens wordt een beeld geschetst wat de gevolgen kunnen zijn voor de slachtoffers van
pestgedrag, variërend van slaapproblemen tot suïcide. Naast de negatieve effecten voor de
slachtoffers worden eveneens de effecten voor de daders benoemd. Ook hier worden
verwijzingen naar de betreffende studies weergegeven.
b. Worden de begrippen voldoende gedefinieerd?
In de inleiding wordt een definitie gegeven van pesten. Pesten wordt omschreven als een
subtype van agressief gedrag waarbij een relatief sterke dader herhaaldelijk een zwakker
slachtoffer op een fysieke of verbale manier lastigvalt (Olweus,1994).
Cyberpesten wordt omschreven als een vorm van pesten waarbij de dader gebruik maakt van
digitale middelen zoals internet of mobiele telefoons.
Naast een definitie van pesten worden ook de vijf persoonlijkheidsdimensies van het Big Five
model toegelicht en wordt er een toelichting gegeven op de begrippen Dark Triad en sadisme.
2. Literatuuroverzicht
a. Wordt op basis van literatuur aangegeven wat wel en niet bekend is over het probleem en
mogelijke oplossingen?
In de introductie wordt een overzicht gegeven van studies naar pestgedrag en de gevolgen van
pesten voor het slachtoffer en de dader. Het gaat hier om studies naar traditioneel pesten en
cyberpesten. Ook wordt er verwezen naar eerdere studies die een verband hebben aangetoond
tussen de Big Five persoonlijkheidseigenschappen en pestgedrag. Zo blijkt uit studies van
Coody & Martin, Mitopoulou & Giovazolias en Sutton & Keogh dat er een verband bestaat
tussen persoonlijkheidskenmerken die bijdragen aan traditioneel pestgedrag. Lage scores op
vriendelijkheid/ inschikkelijkheid (agreeableness), openheid (openess) en zorgvuldigheid
(conscientiousness) en hoge scores op extraversie en emotionele instabiliteit zijn gerelateerd
aan pestgedrag.
Daarnaast blijkt er ook een relatie aangetoond tussen de Dark Triad
persoonlijkheidskenmerken en (traditioneel) pesten op de werkvloer (Baughnab, Dearing,
Giammarco &Vernon). Voor cyberpesten geldt dat er een relatie is aangetoond met
psychopathie (Goodboy & Martin).
