100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting psychologie en orthopedagogiek 2.3

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
33
Geüpload op
04-04-2024
Geschreven in
2023/2024

Samenvatting pedagogiek jaar 2 blok 3, 33 bladzijdes. Onderwerpen zijn: geschiedenis mentale problemen, medisch model, stoornis, eerste 1000 dagen, psychologische behoeften Maslow, moderne behoeftetheorie, motivatie, motivatietheorieën, stress, angststoornissen, conformisme, emoties, emotietheorieën, stemmingsstoornissen, theorieën voor somberheid, verslaving, categorieën drugs, agressie, pro-sociaal gedrag, perspectieven in behandeling, wetgeving, kanttekening jeugdwet, SKJ, sociale kaart, slaapcyclus, slaapstoornissen, gehechtheid, ADHD, ASS, KOPP en KOV, voeding, seksuele diversiteit, systeemgericht werken, brusjes van kind met psychische stoornis.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
4 april 2024
Aantal pagina's
33
Geschreven in
2023/2024
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting psychologie en orthopedagogiek 2.3
Tentamen: 8 april 2024

Psychiatrie = medisch specialisme dat zich bezighoudt met psychische ziektebeelden, waarbij
hoofdzakelijk wordt gekeken naar lichamelijke processen (complexere problematiek, mag medicijnen
voorschrijven)

Psychologie = bestudeert het gedrag en innerlijk leven van mensen, met als doel meer kennis en
begrip te krijgen over mentale processen (bv emoties, gedachten, behoeften, motivatie)



Geschiedenis:

- Stenen tijdperk: mentale problemen -> schedel doorboren zodat de kwade geesten uit het
hoofd kunnen ontsnappen
- Griekse arts Hippocrates (vader vd westerse geneeskunde): keek moreler naar psychische
problemen -> psychologische problemen hebben een lichamelijke oorzaak (verandering van
dieet, lust, lichaamsbeweging)
- Middeleeuwen: ging in de baarmoeder iets niet goed -> niet geholpen -> levend verbrand (je
was een heks)
- Na de middeleeuwen: psychiatrische patiënten werden vastgeketend aan muren, sliepen in
eigen uitwerpselen, in dolhuizen geplaatst (rijke mensen konden tegen betaling daar gaan
kijken)
- Morele therapie (rond 1800): ieder mens heeft behoefte aan normale menselijke bejegening
-> dagbesteding, dokters gingen met ze in gesprek (ipv naar ze kijken)
- Rond 1850: oude psychiatrische instellingen (morele therapie was weer weg, geldkwestie)
- Vanaf 1900: psychiatrische patiënten zijn mensen met een probleem die geholpen moeten
worden (morele therapie)
- 1900 – nu: medisch model is leidend -> biologisch ontbreekt er iets (bv teveel/te weinig
stofjes in hersenen)
 Stoornissen (hersenziekten) worden op 5 verschillende dimensies bekeken:
1. Diagnose van stoornis op basis van symptomen (DSM-V)
2. Verklaring van de symptomen (bv biologisch)
3. Prognose (voorspelling over het beloop van de stoornis)
4. Behandeling van stoornis
5. Preventie (voorkomen van stoornissen)

Kritiek op medisch model:

- Lang niet alle diagnoses hebben een duidelijke (lichamelijke) oorzaak
- Diagnoses zijn gebaseerd op de subjectieve beschrijving door de persoon
- De GGZ-taal en toename van diagnoses problematiseert en vergroot mogelijk stigma en
schaamte (wanneer ben je eigenlijk nog normaal?)




1

,Stoornis = combinatie van:

- Afwijking van wat normaal wordt gevonden in:
 Ontwikkelingsfase
 Context of cultuur van de persoon
- Persoon zelf of omgeving ervaart er last van



Perspectieven hoe je naar een stoornis kan kijken:

1. Biologisch perspectief (medisch model): genetische afwijkingen, te weinig neurotransmitters,
verschillende hersenstructuren
2. Psychologisch perspectief: onbewuste conflicten met jezelf, depressieve gevoelens door het
verleden, invloed van leerervaringen
3. Sociaal cultureel perspectief: van alles meegemaakt (armoede, racisme, langdurige
werkloosheid)
 Bio-psycho-sociaal perspectief (alles met elkaar verweven)



Ontwikkeling kind is afhankelijk van:

- Aanleg
 Genen (gen = kenmerk die meebepaalt hoe je lichaam eruitziet en hoe je lichaam
werkt)
 Baarmoederlijke omgeving
 Pre-, peri- en postnatale invloeden (bv alcohol, zuurstoftekort)
- Omgeving
 Interactie met aanleg: omgeving kan bevorderend of juist remmend werken,
afhankelijk van het kind (en zijn genen)
- Rijping van centraal zenuwstelsel (CZS)
 Hoe meer informatie kinderen krijgen, hoe meer verbindingen, hoe beter de
hersenen kunnen rijpen



Verschillen tussen:

- Belemmering = oorsprong van probleem komt van buitenaf (bv scheiding ouders)
- Beperking = bepaalde lichamelijke functie is verstoord (bv niet kunnen lopen, niet kunnen
zien, spraakgebrek)
- Stoornis = afwijking (ontwikkelingsfase of context/cultuur) + last (zelf of omgeving)



Gedragsprobleem vs stoornis:

- Gedragsprobleem = regelmatig ongewenst gedrag vertonen dat storend is voor anderen (bv
driftbuien, pesten, agressief gedrag)
- Gedragsstoornis = het ongewenste gedrag duurt langer dan 6 maanden EN symptomen
komen in bepaalde combinaties voor (in DSM-V)

Internaliserend vs externaliserend:

2

, - Internaliserende problematiek:
 Meestal meisjes
 Teruggetrokken, angstig gedrag
 Onvermogen om aan te passen
 Laag testosteron
 Kans op verwaarlozing (vanwege teruggetrokken gedrag)
- Externaliserende problematiek:
 Meestal jongens
 Agressief / acting out
 Duidelijker aanwezig
 Testosteron hoger
 Kans op mishandeling

Verschil meisjes en jongens:

- Biologisch: testosteron
- Omgeving: socialisatie (meisjes zijn lief en schattig, jongens zijn stoer)



Eerste 1000 dagen (vanaf conceptie/bevruchting tot twee jaar)

- Gevoelige periodes = afgebakende periode waarin een kind extra gevoelig is om iets te
ontwikkelen (bv moedertaal)
- Begint eigenlijk al vóór de bevruchting:
 Multi-factoriële overerving (genen + omgevingsinvloeden) -> genotype geeft het
bereik aan, afhankelijk van de omgeving (bv IQ: stimulerende omgeving zal zorgen
voor een hoger IQ van het bereik)
 Omgevingsinvloeden (voor de zwangerschap al rekening houden met gezondheid
moeder en vader, zelfs oma heeft al invloed)
- Zwangerschap eerste weken: kind is geheel afhankelijk van baarmoederlijke omgeving (is nog
geen placenta)
- Daarna wordt placenta ontwikkeld (zuurstof, voedingsstoffen) -> kwaliteit en grootte heeft
invloed op de gezondheid van het kind
- Stress -> verhoogde kans op problemen in ontwikkeling van het kind

Na de geboorte:

- Lichamelijke ontwikkeling: rijping en ontwikkeling van organen gaat door
- Cognitieve ontwikkeling:
 Synaptische groei (hersenverbindingen nemen enorm toe) – later: pruning (snoeien; wat
niet gebruikt wordt, verdwijnt weer) -> efficiënter functioneren
 Principe van serve en return: samenspel tussen ouder en kind (ouder reageert op signaal
van kind) -> ontstaan hersengebieden (bv taal)
 Hiërarchische opbouw: eerst basale functies, dan complexere




3

, - Sociaal-emotionele ontwikkeling:
 Emotie-regulatie:
o Van co-regulatie naar zelfregulatie (beter omgaan met prikkels)
o Principe van serve en return (sensitief reageren op bijvoorbeeld angst) -> niet
sensitief reageren door ouders kan zorgen voor problemen in emotie-
regulatie
o Temperament en ‘goodness of fit’ (omgeving moet passen bij temperament
van kind)
 Stressregulatie:
o Stress is kortdurend/alledaags + stressniveau normaliseert snel -> positieve
stressreactie (bv prik krijgen)
o Stress is heftiger/langduriger + responsieve ouder aanwezig -> draagbare
stressreactie (bv verlies van vertrouwd persoon)
o Stress is heftiger/langduriger + adequaat ouderschap afwezig -> toxische
stressreactie (minder vertakkingen bij neuronen)
 Gehechtheidsrelaties:
o Normaal gesproken: eerste gehechtheidsrelaties bij 6-12 maanden
o Intern werkmodel = mentale representatie van gehechtheidsrelaties,
verwachtingen over hoe er op hem gereageerd wordt (bv als ouder altijd
troost -> kind leert dat anderen er voor hem zijn)
o 15% ernstige problemen ouder-kind relatie


Risico- en beschermende factoren:

- Nooit direct verband: risicofactoren willen niet zeggen dat er later problemen ontstaan, maar
wel hogere kans (aantal beschermende factoren speelt een rol)
- Verschillende niveaus: kindniveau, ouderniveau, omgevingsinvloeden
- Risicofactoren: ongezonde leefstijl, psychische problemen, lage SES, eenouder/samengesteld
gezin, huiselijk geweld, stress, laaggeletterdheid, medische problemen, huilbaby
- Beschermende factoren: veilige hechting, veerkracht, opvoedvaardigheden, hulp kunnen
vragen/accepteren, sociale competenties, positieve relaties, verbinding, stabiel inkomen



Effectieve interventies:

- SAFE-criteria (Samenhangend, Actief, Focus op gedrag, Expliciet/duidelijk)
- Multimodaliteit: gericht op meerdere domeinen is effectiever (bv thuis én school)
- Gericht op meerdere factoren
- Goede implementatie (uitvoering)




4

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
femkeveenstra Haagse Hogeschool
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
15
Lid sinds
1 jaar
Aantal volgers
3
Documenten
8
Laatst verkocht
6 dagen geleden

3,2

5 beoordelingen

5
2
4
0
3
1
2
1
1
1

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen