Verpleegkundige en medische kennis leerdoelen:
Week 1
Medische kennis. De student kan:
uitleggen hoe het proces van bevruchting plaatsvindt
conceptie= bevruchting vind plaats wanneer een spermatozoon(mannelijke geslachtcel) een eicel
binnendringt
Coitus=geslachtsgemeenschap, van de 3ml sperma is het grotendeels zaadvloeistof
Samenstelling zaadvloeistof= 65% vocht uit zaadblaasje, 30% prostaatvocht, 5% slijm van
cowperklier.
Zuurgraad sperma= 7,8 alkalisch
Zaadcellen: rijping duurt 10-14 weken, daarna 1-2 weken in bijbal opgeslagen
De eicel is omgeven door een doorzichtige laag=zona pellucida, met daaromheen een laag
follikelcellen die de eicel van voedsel (suiker) voorzien.
Bij versmelting gaat zwerm spermatozoa door de laag follikelcellen en stort zich op de zona
pellucida, enzymen in de kop van spermatozoa proberen deze op te lossen, als er 1 binnen is
wordt de zona pellucida ondoordringbaar hierna voltooid de eicel de meiose 1
Binnen in de eicel:
1- spermatozoa verlies staart, middenstuk, hals
2- kopgedeelte zwelt op, chromosomen zichtbaar
3- beide kernen smelten op elkaar
4- eicel is bevrucht. Eencellige wordt zygote genoemt
,
, benoemen hoe in het eerste trimester de vroegste delingen, innesteling en placentatie
plaatsvinden
eerste 4 weken
na bevruchting staat genotype vast.
24 uur na bevruchting vind de eerste mitose plaats hierbij ontstaan 2 cellen. Na ongeveer 40
uur delen deze 2 cellen zich en ontstaan er 4. Na 2 klievingsdelingen ontstaat er een bolletje
van 16 cellen
Morula= embryonale stadium van 16 cellen.
Wanneer de morula het lumen van de uturus bereikt verdunt de pellucida waardoor vocht
naarbinnen kan en de intercellulaire ruimtes in elkaar overgaan en er een centrale holte
ontstaat.
Blastocyte= kiemblaasje: 4-5 dagen oude embryo is nu een met vocht gevuld blaasje. Centrale holte
wordt blastulaholte genoemt.
Embryoblast= voorloper van embryo, ontstaan uit eigenlijke kiemcellen aan binnenkant van
blastocyte de rest van de cellen wordt trofoblastcellen genoemd het deel van deze cellen dat aan de
embryoblast grenst heet trofoblast hieruit wordt de placenta gevormd
Klievingsdeling= mitose zonder plasmagroei
Innesteling (nidatie)
Innesteling vind plaats in het endometrium +- 6 dagen na de bevruchting. Na de 8 e dag beginnen het
embryoblast en trofoblast zich p hun eigen manier te ontwikkelen.
De cellen van de embryoblast differentiëren zich in 2 lagen de kiembladen.
Ectoderm= buitenste kiemblad (kant trofoblast) bestaat uit vrij hoge, cilindrische cellen
Entoderm= binnenste kiemblad, bestaat uit kleinere cellen.
Kiemschijf= ectoderm+ entoderm
Amnionholte= holte tussen ectoderm en trofoblast
Na deze fase wordt de trofoblast chorion genoemd
Chorionvilli= chorionvlokken
Spiraalarterien= kleine spiraalvormige bloedvaten van de moeder die zuurstofrijk en
voedselrijk bloed aanleveren.
Chorionholte= met vocht gevulde holte die de amnionholte, kiemschijf en blastulaholte
omgeeft
Hechsteel= hieruit ontstaat later de navelstreng
In de derde week wordt een derde kiemblad gevormd =mesoderm.
Neurale groeve= groeve in ectoderm waar het ruggenmerg zal worden aangelegd
, Embryonale oorsprong (deel van) orgaanstelsel
Ectoderm -huid
-delen van hormonale stelsel
-zenuwstelsel
-sensorisch stelsel
Mesoderm -circulatiestelsel
-urinewegstelsel
-delen van hormonale stelsel
-motorisch stelsel
-voortplantingsstelsel
entoderm -spijsverteringsstelsel
-ademhalingsstelsel
-delen van hormonale stelsel
Week 4 van embryo= embryo draait 180 graden
Hechtstreng wordt de navelstreng met navelstrengbloedvaten uit het mesoderm
Vena umbilicalis= navelstrengader en twee arteriae umbilicales=navelstrengslagaders
Een van de bloedvaten wordt het hartje
Chorion+ amnion vergroeien met elkaar tot vruchtvliezen
Neurale buis= neurale groeve is buis geworden met boven en onderkant opening hiering wordt de
ruggenmerg aangelegt. Craniaal ontstaan de hersenen, in de caudale richting worden gemiddeld drie
paar somieten (oersegmenten) per dag bijgevormd. Je hebt een linker en rechter somiet waaruit de
dermatoom, myotoom en sclerotoom ontstaan
- Dermatoom= gerelateerd aan huidsegmenten
- Myotoom= ontwikkelen zich skeletspiersegmenten
- Sclerotoom= ontstaan wervelhelften
Embrygenese= embryonale ontwikkeling vanaf eencellige stadium tot +- 9 weken. De embryo
nestelt zich dan in het endometrium en ontwikkeld de placenta en navelstreng. Als de
orgaanstelsels zijn aangelegd wordt de baby een foetus genoemd.
Foliumzuur= vitamine B: heb je nodig voor aanmaak rode en witte bloedcellen. Als zwanger niet
genoeg foliumzuur heeft kan er een openruggetje (spina bifida) ontstaan of het ontbreken van de
hersenen (anencefalie)
Benoemen wat de ontwikkelingskenmerken van de foetus zijn in het tweede en derde
trimesters in de zwangerschap
De foetogenese (foetale ontwikkeling)- foetale fase
- Groei en rijping zijn erg belangrijk
- Eerst groeit hoofd daarna komen de verhoudingen pas
- Rond maand 4 is het geslacht te zien
- Maand 5 drinkt de foetus vruchtwater +1 400ml per dag
- Lanugo= donshaartjes over hele lichaam
- Vernix caseosa= witte substantie op huid door talgklier die vet afscheid
Week 1
Medische kennis. De student kan:
uitleggen hoe het proces van bevruchting plaatsvindt
conceptie= bevruchting vind plaats wanneer een spermatozoon(mannelijke geslachtcel) een eicel
binnendringt
Coitus=geslachtsgemeenschap, van de 3ml sperma is het grotendeels zaadvloeistof
Samenstelling zaadvloeistof= 65% vocht uit zaadblaasje, 30% prostaatvocht, 5% slijm van
cowperklier.
Zuurgraad sperma= 7,8 alkalisch
Zaadcellen: rijping duurt 10-14 weken, daarna 1-2 weken in bijbal opgeslagen
De eicel is omgeven door een doorzichtige laag=zona pellucida, met daaromheen een laag
follikelcellen die de eicel van voedsel (suiker) voorzien.
Bij versmelting gaat zwerm spermatozoa door de laag follikelcellen en stort zich op de zona
pellucida, enzymen in de kop van spermatozoa proberen deze op te lossen, als er 1 binnen is
wordt de zona pellucida ondoordringbaar hierna voltooid de eicel de meiose 1
Binnen in de eicel:
1- spermatozoa verlies staart, middenstuk, hals
2- kopgedeelte zwelt op, chromosomen zichtbaar
3- beide kernen smelten op elkaar
4- eicel is bevrucht. Eencellige wordt zygote genoemt
,
, benoemen hoe in het eerste trimester de vroegste delingen, innesteling en placentatie
plaatsvinden
eerste 4 weken
na bevruchting staat genotype vast.
24 uur na bevruchting vind de eerste mitose plaats hierbij ontstaan 2 cellen. Na ongeveer 40
uur delen deze 2 cellen zich en ontstaan er 4. Na 2 klievingsdelingen ontstaat er een bolletje
van 16 cellen
Morula= embryonale stadium van 16 cellen.
Wanneer de morula het lumen van de uturus bereikt verdunt de pellucida waardoor vocht
naarbinnen kan en de intercellulaire ruimtes in elkaar overgaan en er een centrale holte
ontstaat.
Blastocyte= kiemblaasje: 4-5 dagen oude embryo is nu een met vocht gevuld blaasje. Centrale holte
wordt blastulaholte genoemt.
Embryoblast= voorloper van embryo, ontstaan uit eigenlijke kiemcellen aan binnenkant van
blastocyte de rest van de cellen wordt trofoblastcellen genoemd het deel van deze cellen dat aan de
embryoblast grenst heet trofoblast hieruit wordt de placenta gevormd
Klievingsdeling= mitose zonder plasmagroei
Innesteling (nidatie)
Innesteling vind plaats in het endometrium +- 6 dagen na de bevruchting. Na de 8 e dag beginnen het
embryoblast en trofoblast zich p hun eigen manier te ontwikkelen.
De cellen van de embryoblast differentiëren zich in 2 lagen de kiembladen.
Ectoderm= buitenste kiemblad (kant trofoblast) bestaat uit vrij hoge, cilindrische cellen
Entoderm= binnenste kiemblad, bestaat uit kleinere cellen.
Kiemschijf= ectoderm+ entoderm
Amnionholte= holte tussen ectoderm en trofoblast
Na deze fase wordt de trofoblast chorion genoemd
Chorionvilli= chorionvlokken
Spiraalarterien= kleine spiraalvormige bloedvaten van de moeder die zuurstofrijk en
voedselrijk bloed aanleveren.
Chorionholte= met vocht gevulde holte die de amnionholte, kiemschijf en blastulaholte
omgeeft
Hechsteel= hieruit ontstaat later de navelstreng
In de derde week wordt een derde kiemblad gevormd =mesoderm.
Neurale groeve= groeve in ectoderm waar het ruggenmerg zal worden aangelegd
, Embryonale oorsprong (deel van) orgaanstelsel
Ectoderm -huid
-delen van hormonale stelsel
-zenuwstelsel
-sensorisch stelsel
Mesoderm -circulatiestelsel
-urinewegstelsel
-delen van hormonale stelsel
-motorisch stelsel
-voortplantingsstelsel
entoderm -spijsverteringsstelsel
-ademhalingsstelsel
-delen van hormonale stelsel
Week 4 van embryo= embryo draait 180 graden
Hechtstreng wordt de navelstreng met navelstrengbloedvaten uit het mesoderm
Vena umbilicalis= navelstrengader en twee arteriae umbilicales=navelstrengslagaders
Een van de bloedvaten wordt het hartje
Chorion+ amnion vergroeien met elkaar tot vruchtvliezen
Neurale buis= neurale groeve is buis geworden met boven en onderkant opening hiering wordt de
ruggenmerg aangelegt. Craniaal ontstaan de hersenen, in de caudale richting worden gemiddeld drie
paar somieten (oersegmenten) per dag bijgevormd. Je hebt een linker en rechter somiet waaruit de
dermatoom, myotoom en sclerotoom ontstaan
- Dermatoom= gerelateerd aan huidsegmenten
- Myotoom= ontwikkelen zich skeletspiersegmenten
- Sclerotoom= ontstaan wervelhelften
Embrygenese= embryonale ontwikkeling vanaf eencellige stadium tot +- 9 weken. De embryo
nestelt zich dan in het endometrium en ontwikkeld de placenta en navelstreng. Als de
orgaanstelsels zijn aangelegd wordt de baby een foetus genoemd.
Foliumzuur= vitamine B: heb je nodig voor aanmaak rode en witte bloedcellen. Als zwanger niet
genoeg foliumzuur heeft kan er een openruggetje (spina bifida) ontstaan of het ontbreken van de
hersenen (anencefalie)
Benoemen wat de ontwikkelingskenmerken van de foetus zijn in het tweede en derde
trimesters in de zwangerschap
De foetogenese (foetale ontwikkeling)- foetale fase
- Groei en rijping zijn erg belangrijk
- Eerst groeit hoofd daarna komen de verhoudingen pas
- Rond maand 4 is het geslacht te zien
- Maand 5 drinkt de foetus vruchtwater +1 400ml per dag
- Lanugo= donshaartjes over hele lichaam
- Vernix caseosa= witte substantie op huid door talgklier die vet afscheid